De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 5. Brieven 594-841
(2008)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd742 Aan Richard Pace
| |
[pagina 182]
| |
je onbesmet het strijdperk verlaat. Als je deze mensen uitdaagt tot openbare disputen, doe je niets anders dan paarden de vlakte opsturen.Ga naar voetnoot4. Ik heb de hoop dat binnenkort die ‘broederlijke’ theologie en die hele groep pseudo-christenen veel gematigder zullen heersen dan ze nu doen. Ik zelf bevind me in het laatste bedrijf van mijn spel; hoe succesvol ik was in de vorige bedrijven, mogen anderen beoordelen. Ik zal evenwel mijn rol blijven spelen. Als More bij je is, verbaast het mij dat hij zo zwijgzaam is als Pythagoras.Ga naar voetnoot5. Ik had liever naar jullie toe willen snellen dan schrijven, als ik daar met al mijn studie tijd voor had, of als ik zeker wist dat je daar was. Wil je de heer MarkGa naar voetnoot6. mijn groeten overbrengen. More hoef je niet namens mij te groeten, aangezien hij niets dergelijks doet in jouw brieven, hoe talrijk die ook zijn. Vaarwel, zeer geachte Pace. Leuven, de dag van de apostel Thomas |
|