De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 4. Brieven 446-593

587 Van Guy Morillon
Gent, 5 juni [1517]

Guy Morillon aan de heer Erasmus, gegroet

Paris heeft zijn Helena gekregen! Ik heb een vrouw^1. getrouwd, mijn beste heer, en ik zou haar nu graag voor u als het ware beschrijven, als ik niet de hoop had dat u binnenkort hierheen zult komen en ik haar zodoende aan u kan tonen. Met wat voor uitdrukking de heer kanselier^2. uw brief las en hoe hij over u denkt, zult u vernemen uit de brief van onze theoloog.^3. Allen die u goed gezind zijn, zijn het er over eens dat u onmiddellijk hierheen moet komen, voordat de kanselier zijn reis naar Spanje aanvangt. Ik vraag u, mijn beste heer, dat u zich in deze zaak door uw vrienden laat vermurwen. Het

1. Elisabeth de Mil.

2. Jean Le Sauvage.

3. Pierre Barbier. Als hij Erasmus in deze tijd geschreven heeft, is zijn brief verloren gegaan; zie brief 608.

[p. 314]

overige, wat voor u van belang kan zijn, kunt u beter horen als u hier zelf bent. Mijn vrouw roept me steeds weer naar bed. Vaarwel, heer.

Van Gent, 5 juni.

Ik en mijn vrouw brengen volmondig een toost uit op Pieter Gillis, uw vriendelijke gastheer.