De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 4. Brieven 446-593
(2006)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd545 Aan Thomas More
| |
[pagina 225]
| |
De brenger van deze brieven is een fatsoenlijk jongmens; hem heeft Sixtinus ik weet niet wat in het vooruitzicht gesteld. Daarop vertrouwend is hij naar Engeland gegaan, niet beseffend dat uit een simpele belofte nog geen daad geboren wordt; toch moet je Sixtinus aansporen wat meer voor hem te doen. Als Vives dikwijls bij je is, zul je gemakkelijk kunnen raden wat ik in Brussel moest doorstaan met al die Spanjaarden die me dagelijks komen begroeten, nog afgezien van de Italianen en Duitsers. Nogmaals vaarwel. Antwerpen, 8 maart 1517 |
|