De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 4. Brieven 446-593
(2006)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd477 Aan Pieter Gillis
| |
[pagina 85]
| |
een ander had toevertrouwd. Ik maak Nergensland gereed. Denk erom het voorwoord te sturen, maar liever niet aan mij, maar aan een ander, liever aan Busleiden. Voor het overige zal ik handelen als een vriend betaamt. Stuur alsjeblieft via Franz de Sententiae PauliGa naar voetnoot3. hierheen, zodat ik ze aan Bade kan geven. Ik heb twee brieven van hem ontvangen en ook een zeer uitvoerige maar vriendschappelijke van Budé. Ik zal je de onbenulligheden van Van Dorp doen toekomen. Ik heb nog nooit een zo vijandige vriend gezien. Toen Tunstall zijn dwaasheden tegen mij had gelezen, en zijn antwoord aan mij, kreeg hij zo'n hekel aan de man dat hij zijn naam nauwelijks nog kan horen. Je ziet wat het hem allemaal oplevert! Ik op mijn beurt heb hem geantwoord, maar hem verzekerd voortaan geen moeite meer te zullen verspillen aan al die onzin. Tunstall heeft een hoge dunk van jou en bewondert meer dan wie ook je gaven. Echt, je bent de ‘man van goede trouw’, want volgens de oude formule meen je niet alleen fatsoenlijk te moeten omgaan met fatsoenlijke mensen, maar ook met kleermakers en schippers.Ga naar voetnoot4. Je had met de schipper moeten schipperen; nu vraagt hij wat hem goeddunkt. Vervolgens kwam van de twintig el Doorniks laken waarmee ik mijn jas liet voeren, slechts ongeveer vijf el terug. Maar dat zijn kleinigheden. Eenoog,Ga naar voetnoot5. of liever de Cycloop als hij dat liever hoort, overhandigde me een ongewassen testament in plaats van een gewassen. Als er een reden is waarom je hierheen wilt komen, dan zal je komst een waar genoegen voor me zijn. Maar ik wilde niet dat je, om mijnentwege, met veel ongemak gaat rondzwerven. Want ik heb besloten hier deze winter door te brengen en geen moment langer. Als je kwaad bent op je bediende Johan, dan moet je kwaad worden op mij, want ik heb hem twee dagen opgehouden. Ik heb mijn ene paard zo verkocht dat ik het niet als verkocht, maar als verloren beschouw; ook het andere dat ik aan de abtGa naar voetnoot6. heb geschonken, beschouw ik als verloren. Vaarwel, onvergelijkelijke vriend. Groet je voortreffelijke vader en je lieve echtgenote hartelijk van me. Brussel, de dag voor het feest van Lucas Als zich een geschikte man aanbiedt om brieven te bezorgen, zorg dan dat ik hem krijg. |
|