472 Van Joost Bade
Parijs, 20 september 1516
Bade aan de heer Erasmus, gegroet
Ik heb je prachtige boek, de Parabolae, ontvangen. Met je gebruikelijke bescheidenheid wil je dat ik er iets moois van maak, terwijl het jouw boek is dat mijn drukkerij glans zal verlenen, als ik het niet vervelend zou vinden de vele mensen díe schade te berokkenen die zij mij hebben aangedaan. Voor als je het niet begrijpt, het zit zo: de mensen hebben een zo hoge dunk van jou dat zij, als jij een herziene uitgave van een van je werken aankondigt, ook al heb je er niets aan toegevoegd, geen cent meer geven voor de vorige uitgave. Een dergelijk verlies heb ik moeten dragen met je De copia, de Panegyricus, de Moria en de Enchiridion - want ik had 500 exemplaren gekocht - en de Adagia, waarvan ik er 110 had aangeschaft. Het zou onze zaak dus erg veel goed doen als je een bepaald werk aan één bepaalde drukker toewijst en er niets aan verandert voordat hij alle exemplaren daarvan heeft verkocht. Je hebt dat in zekere zin gedaan met de Parabolae, als je je eerste drukkerGa naar voetnoot1. van te voren waarschuwde en Martens niet aanmoedigde het te gaan drukken. Ik had op jouw aanraden een groot deel van je Lofredes naar Duitsland gestuurd, maar wat is dat, nu zij daar gedrukt zijn,Ga naar voetnoot2. anders dan uilen naar Athene brengen?Ga naar voetnoot3. Omdat de Parabolae goed aansluiten bij de Copia zal ik ze toch, zodra er een pers vrij is, drukken in dezelfde letter en op hetzelfde papier.
Ik ben al enige tijd op zoek naar een plaats op de eerste pagina's van een bijzonder boek waaraan ik als aan het rietbosGa naar voetnoot4. kan verklaren hoezeer ik je wijsheid en welsprekendheid bewonder. Weliswaar zal ik niets nieuws te melden hebben of aan de heersende mening over jou iets toevoegen, maar ik zal mijn ongeduldig verlangen een brok toewerpen zodat het niet in razernij verkeert. Ik herinner mij daarop gezinspeeld te hebben in mijn laatste, uitvoerige brief. Ik vertrouwde toen ook een zorgvuldig geschreven van onze Budé toe aan de schoonzoon van Joost Donaret, de bode van de stadssecre-