448 Van Johan Sixtinus aan Pieter Gillis
[Londen] 12 augustus [1516]
Johan Sixtinus aan de zeergeleerde Pieter Gillis, gegroet
Hoewel ik niets nieuws heb om te schrijven, aangezien ik in mijn brief,Ga naar voetnoot1. die je door Pieter Eenoog gebracht is, duidelijk genoeg heb aangegeven wat mijn bedoeling is en daarna nog in een andere brief die ik recentelijk stuurde via een man van Mechelen, zodat ik eerder een brief van jou verwacht, wilde ik toch Erasmus, die ons beiden zeer dierbaar is, niet met lege handen naar jullie laten vertrekken. Ik herhaal bij deze het verzoek van mijn laatste brief om mij te laten weten of je hebt gedaan wat ik, vertrouwend op je vriendelijkheid, vroeg, of nog niet. Als de zaak nog niet is afgehandeld, zou ik graag willen dat onze vriend Erasmus een van de getuigen is. Als er hier iets is waarmee ik jou of andere vrienden van dienst kan zijn, dan zal ik dat altijd prompt en bereidwillig doen. Erasmus vindt het niet nodig dat ik naar jullie kom, tenzij ik nog iets anders van je nodig heb; ik heb dan ook nog geen besluit genomen of ik kom of niet. Vaarwel en aanvaard mijn hartelijke groeten.
12 augustus