De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 2. Brieven 142-297

200 Aan Servaas Rogier
[Florence, 4 november 1506]

Dit is de eerste bewaard gebleven brief die Erasmus in Italië heeft geschreven. Hij had Parijs verlaten in augustus en was via Orléans, waar hij een paar dagen de gast was van Nicolas Bérauld, naar Lyon gereisd en vandaar over de Mont Cenis naar Turijn. Terwijl hij de Alpen overstak, schreef hij het gedicht De senectute (Over de ouderdom), opgedragen aan Guillaume Cop. In Turijn verkreeg hij op 4 september de graad van doctor in de theologie. Erasmus was niet trots op zijn Turijnse graad en nergens in zijn correspondentie vertelt hij waar hij zijn graad behaald heeft, maar hij bewaarde wel zorgvuldig zijn bul, die tegenwoordig berust in de universiteitsbibliotheek van Bazel.

Erasmus van Rotterdam aan Servaas, gegroet

Ik had vele redenen om naar Italië te gaan, maar bij mijn aankomst werd het land hevig geteisterd door oorlogsgeweld, zodat ik, toen de paus^1. samen met de Franse troepen zich gereed maakte Bologna te belegeren, vandaar naar Florence moest vluchten. Maar omdat er sterke geruchten zijn dat Bentivog-

1. Julius ii.

[p. 118]

lio samen met zijn drie zoons op de vlucht onderschept is door de Fransen,^2. hoop ik, zodra de toestand tot rust is gekomen, weer naar Bologna terug te keren. De paus en zijn kardinalen zijn van plan daar de winter door te brengen.

Ik heb de dokterstitel in de theologie gehaald, tegen mijn zin, maar overreed door de verzoeken van vrienden. Volgende zomer hoop ik je te bezoeken. Vaarwel.

2. Giovanni Bentivoglio regeerde als pauselijk vicaris over Bologna, maar kwam in conflict met Julius ii. Toen deze zich meester maakte van de stad, vluchtte Bentivoglio weg.