De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 2. Brieven 142-297

196 Aan Roger Wentford
Parijs, 12 juni [1506]

Roger Wentford was rector van de Saint Anthony's school in Londen. Erasmus had opnieuw zijn vriendschap gezocht nadat hij in Engeland was teruggekeerd.

Erasmus aan zijn vriend Roger, gegroet

Onder de vele, zeer lieve vrienden die Brittannië me heeft gegeven, kom jij, mijn Roger, op de eerste plaats. Je genegenheid voor me was zo standvastig, je gezelschap zo aangenaam, je behulpzaamheid zo groot dat ik een heerlijke herinnering aan mijn vriend Roger met me zal blijven meedragen, waarheen het lot me ook nog moge voeren. Ach, moge het lot je vergunnen mij te volgen naar Italië! Dan zul je daar beschikken over de hele Erasmus die je, om zo

[p. 115]

te zeggen, al volledig tot de jouwe hebt gemaakt.

De reis verliep behoorlijk voorspoedig, alleen de boottocht was vreselijk. Wij waren vier nachten de speelbal van wind en golven. Ik hield er een hoofdpijn aan over waarvan ik, naar ik hoop, nu spoedig verlost zal worden. Ik vond het heerlijk weer in Frankrijk te zijn, des te heerlijker omdat ik het zo lange tijd niet gezien had. Maar Brittannië blijf ik missen, vooral omdat ik daar zoveel geleerde, oprechte, liefhebbende, hulpvaardige, opgewekte vrienden heb achtergelaten, die zich allemaal zo voor me hebben uitgesloofd. Daaronder moet ik jou op de eerste plaats zetten. Zorg er daarom voor dat je jezelf gelijk blijft in je genegenheid voor Erasmus. Ik op mijn beurt zal mezelf dagelijks overtreffen in mijn vriendschap voor Roger. Vaarwel.

Parijs, daags na Corpus Christi [1507]