De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 2. Brieven 142-297
(2004)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd187a Van Julius II
| |
[pagina 102]
| |
digheid toen hij de dispensatie vroeg van Julius ii. | |
Julius etc. aan onze beminde zoon Desiderius Erasmus, kanunnik van het klooster Stein in Holland van de orde der augustijnen in het diocees Utrecht, gegroet etc.Je ijver voor de godsdienst, je eerzame leven en karakter en je andere prijzenswaardige eigenschappen van oprechtheid en deugdzaamheid, waarvan een zeer geloofwaardig getuigenis ons heeft bereikt, brengen ons ertoe je onze speciale genade en gunst te bewijzen. Vandaar dat wij, wensende je, gezien je bovenvermelde verdiensten, een speciale gunst te tonen aangezien je, zoals je verzekert, lijdt aan een beletsel vanwege je geboorte, uit een ongetrouwde leek en een weduwe, en je vrijsprekend bij deze breve en verklarend dat je vrijgesproken bent in de toekomst van ieder soort kerkelijke veroordeling, schorsing, verbod en andere kerkelijke vonnissen, censuren, straffen je opgelegd door het recht of door een persoon voor welke aanleiding of zaak ook (voor het geval dat je door een zulke op enige manier gebonden bent), voor zover het nodig is voor de tenuitvoerlegging van deze breve en niet verder, voldoen aan je verzoek en geven je krachtens onze apostolische gezag door de inhoud van deze breve en als geschenk van onze bijzondere gunst, een dispensatie die als volgt luidt: te aanvaarden en (zoals gezegd) te houden ieder kerkelijk beneficie met of zonder zielzorgfunctie die gewoonlijk gehouden wordt door priesters, zelfs als het een parochiekerk is of het eeuwige waarnemerschap daarvan of een koorkapel, vrije kapel of hospitaal of jaarlijkse dienst gewoonlijk toegewezen aan dezelfde klerken op de wijze van een eeuwigdurend kerkelijk beneficie en door het recht van lekenbeschermers of [...], van welke schatting of waarde de vruchten, revenuen en opbrengsten daarvan ook mogen zijn, mits zij op wettige wijze aan je worden overgedragen en je worden overhandigd of op andere wijze worden toegekend en je daartoe bent aangesteld, en die je of eenvoudigweg of bij ruil mag vervreemden zo dikwijls als je wilt en in plaats van het vervreemde op dezelfde te ontvangen en te behouden als voordien gezegd vrij en wettig een ander kerkelijk beneficie van gelijke of andere aard met of zonder de zorg voor de zielen met de kwalificaties zoals hiervoor bepaald; ongeacht het voornoemde beletsel van je geboorte en de algemene of bijzondere pauselijke besluiten en ordonnanties, die zijn uitgegeven door het concilie van PoitiersGa naar voetnoot1. of door Otto en | |
[pagina 103]
| |
OttobonoGa naar voetnoot2. zaliger gedachtenis, vroeger legaten van de Heilige Stoel in het koninkrijk Engeland; ongeacht ook de besluiten en ordinanties van de provinciale concilies en synoden; ongeacht de statuten en gewoonten van het klooster Stein in Holland, van de orde der augustijnen, in het diocees Utrecht, waarvan je kanunnik bent en waar bovendien, volgens je eigen verklaring, je in het openbaar je professie hebt gedaan, die zouden zijn bevestigd onder ede door de genoemde orde volgens de apostolische goedkeuring of van ieder ander gezag; ongeacht iedere verhindering van welke aard ook, bevrijden we je daarvan vanuit ons apostolisch gezag door deze breve en als een bijzondere gunst. Laat niemand etc. zich verzetten tegen onze vrijstelling en dispensatie, etc. Als iemand etc. Gegeven te Rome in de Sint-Pieter, in het jaar des Heren 1505, de 4e januari, het derde jaar van ons pontificaat. A. Colocci |
|