feliciteer je van harte met dat heilzame voornemen en ik hoop dat, zelfs zonder mijn hulp, Hij, die zich verwaardigd heeft het in je op te wekken, het zal begunstigen en bevorderen. Maar met het grootste genoegen gaf ik gehoor aan de wensen van een man die me zo dierbaar is en die me een zo vrome dienst vraagt. Jij, doe je uiterste best niet de indruk te wekken dat je lichtvaardig mijn hulp hebt ingeroepen en dat ik zonder resultaat op je verzoek ben ingegaan. Ja, laten wij in een gezamenlijk gebed de welwillende geest van Jezus afsmeken, zodat Hij mij bij het schrijven ingeeft wat heilzaam is en dat voor jou werkzaam maakt.
Hoewel ik er niet aan twijfel dat de lectuur van de Heilige Schrift je stof in overvloed zal bieden, heeft mijn broederlijke liefde me toch aangespoord om je naar vermogen althans met dit kleine, geïmproviseerde werkje te steunen en te helpen in je voornemen. Ik heb het met des te meer haast samengesteld omdat ik bang was dat je in handen zou vallen van dat soort bijgelovige monniken die deels voor eigen gewin en deels uit grote ijver maar zonder inzicht, zee en woestijn afreizen en die, zodra zij iemand hebben gevonden die af wil van zijn ondeugden en zijn leven wil beteren, hem met de afschuwelijkste aansporingen, bedreigingen, verlokkingen, het klooster proberen in te drijven alsof er buiten de pij geen christendom bestaat. Als zij de geest van zo'n man hebben volgestopt met onbenullige haarkloverijen en problemen die niet zijn op te lossen, snoeren zij hem vast aan allerlei ingeslopen gewoontes die de mensen hebben bedacht, persen de ongelukkige in het keurslijf van het judaïsme en leren hem te beven, niet lief te hebben. Monnikendom is niet hetzelfde als vroomheid, maar een levenswijze die nuttig of waardeloos is, al naar gelang ieders lichamelijke en geestelijke instelling. Ik spoor je daartoe niet aan, ik raad het je ook niet af. Maar ik wil slechts benadrukken dat de ware vroomheid niet bestaat in wat je eet, wat voor kleding je draagt, of in welke uiterlijkheid dan ook, maar in datgene wat ik je heb doorgegeven. Ga om met mensen in wie je het ware beeld van Christus hebt aangetroffen. En als er geen mensen zijn wier gezelschap je beter maakt, verwijder je dan zo ver mogelijk van alle menselijk contact en nodig de heilige profeten, Christus, de apostelen uit je gezelschap te houden. Maak je vooral vertrouwd met het werk van Paulus. Dat moet je altijd op je schoot hebben, 's nachts doorbladeren, overdag doorbladeren, en tot op het laatste woord van buiten leren. Ik ben al enige tijd zeer hard bezig een commentaar op hem te schrijven. Het is
een gedurfde onderneming, maar vertrouwend op Gods hulp zal ik mijn uiterste best doen, opdat men niet kan zeggen dat ik, na Origenes, Ambrosius, Augustinus en na zoveel commentatoren van recenter datum, werk gedaan lijk te hebben dat niet nodig was en geen resultaat heeft opgeleverd; en de lasteraars die denken dat de hoogste godsdienst erin be-