van echter
zij: ik heb innig medelijden met je beroerde geschiedenis en griezel zoodra ik
het waag ook met je mede te gevoelen. Laat dit je nu evenwel een les zijn. God
heeft ons organisme zoo ingericht, dat het elk oogenblik de grootste gevaren
loopt van uit zijn voegen te geraken. Hij heeft onze omgeving zoo ingericht, dat
ze ons onophoudelijk met de pijnlijkste aanrakingen bedreigt en toch verbeeldt
hij zich, dat alles goed werd afgeleverd. Ik ben bang voor zulk een bouwmeester
en raad ook jou voor de toekomst aan hem wat pessimistischer te wantrouwen.
Schopenhauer, die er volstrekt niet zulke draayerige theorien op na hield, als
jij wel meent, heeft de leer gepredikt: houd u buiten de aanraking met
hekpunten, en uit het hiernamaals van baron Hellenbach lacht hij je nu uit. - Ik
vermoed, dat je goede fee je deze letteren voorleest, natuurlijk scheldend op
mijn fraai schrift. Is dit vermoeden juist, dan zal ik, christelijk, kwaad met
goed vergelden en haar mijn dank betuigen voor haar briefje van gisteren.
Natuurlijk heb ik mij gehaast Stam op de hoogte te stellen van de onaangename
historie. - Geprikkeld door het herhaalde gevraag van mijn uitgever neem ik nu
de vrijheid om nog eene mededeeling aan te konden. Is het stuk, waarin de
ondergeteekende wordt behandeld, reeds naar de Portefeuille vertrokken? Cremer
stelde zich wonderen voor van de uitwerking dezer karakteristiek. Hij heeft in
afwachting mijne werkjes in commissie uitgezonden en nu vragen de boekhandelaren
die de boeken ontvingen, met echt philosofische leukheid en Nederlandsche
kunstwaardeering: waarom.
Eva sukkelt met koorts en zenuwen. Zij slikt chinine, arsenicum, salol enz. en
het helpt nog maar weinig. De lucht van Davos zal haar echter, naar ik vertrouw,
wel veel goed doen. Hoe kwamen die Batavieren toch op de gedachte een moeras,
waarboven de zon zich voortdurend achter wolken verschuilt, aan de baren te gaan
ontwoekeren?
Nieuws heb ik niet. Ik pen, pende en zal pennen. Eerstdaags krijgt ge dus ook een
pennevrucht, vermaak er u mêe.
Zeer nieuwsgierig ben ik naar het kwaad, dat men van mij heeft verteld. Ik
verneem dit altijd graag, want is 't waar, dan leert men zich zelven kennen, is
't onwaar, dan geeft het een blik in anderen.
En nu; beterschap en pessimistische berusting. Aangenaam zal 't mij wezen spoedig
betere berichten te ontvangen.
Groet den schrijver van Charles Duplessis, zoodra hij eens naar je komt kijken;
ontvang voor jelui beide ons beider hartelijke groeten en geloof mij steeds,
tt
Marcellus Emants
N.B Ik heb lust op het adres te schrijven: hekkespringer, maar ... ik bedwing
mij