'Het is me niet mogelik een mening juist te vinden, omdat ze aangenaam is'
(2000)–Marcellus Emants– Auteursrechtelijk beschermdBrieven van Marcellus Emants aan Gonne Loman-van Uildriks, 1904-1909
[pagina 68]
| |
15
| |
[pagina 69]
| |
onze dood een ander leven moeten
beginnen. Is dat andere leven dan beter dan het tegenwoordige? Weten we daar al
iets van? Is 't niet mogelik en zelfs waarschijnlik dat het zogenaamde leven na
de dood ten slotte niets anders is dan een Eerste pagina en enveloppe van de brief van Marcellus Emants aan
Gonne van Uildriks, 13 oktober 1905. (Collectie Letterkundig
Museum.)
| |
[pagina 70]
| |
verder sterven van hetgeen van ons nog niet gestorven is. Veel sterft reeds af gedurende ons leven. Waarom zou er niet nog wat sterven na onze dood? Onze haren bijvoorbeeld doen dit reeds. De spiritisten zeggen: Christus was een medium. Het is wel mogelik; maar maakt dat de bijbel voor u mooier of misschien juist minder mooi? Het een is even goed mogelik als het ander. - U schrijft: ‘als ik werkelik geestkracht bezat zou ik in staat wezen mij zelf te overwinnen.’ Ik ben dit in 't geheel niet met u eens en bovendien wat denkt u bij die woorden; ‘mij zelf overwinnen’? Wie overwint dan wie? Zijn er twee mensen in u? ik geloof, dat alleen het verstand en de neiging vaak met elkander in strijd zijn in de mens. Welnu, dan overwint altijd wie voor het ogenblik de sterkste is. Heeft u heel sterke neigingen of zijn die maar zwak en als ze sterk zijn, zijn ze dan ook nadelig voor u of voor anderen? Als dat laatste niet het geval is, waarom zouden ze dan overwonnen moeten worden? Ja, dat samenzijn met een man... Zwijgen is wel het beste; maar het lukt niet altijd en ik vind het geen geestkracht iets niet te doen. Of liever ik vind ook dit wel geestkracht, maar men kan dunkt mij geestkracht bezitten en toch zich niet altijd kunnen beheersen of te wel zwijgen. U meent, dat men bij het aangaan van een huwelijk zelfbevrediging zoekt. Ja, dat is wel zo. Zeker is 't een van de interessantste levensproblemen na te gaan wat de mensen in zulke gevallen tot elkander aantrekt. Daarvan snappen de critici nooit iets. Zij denken altijd, dat de deugden, die men later in elkander ontdekt, de doorslag hebben gegeven, maar dat is natuurlik volkomen onwaar. M.i. is 't niet mogelik te beschrijven wat twee mensen tot elkander brengt. Het is even onmogelik als te verklaren waarom de een houdt van zuring en de ander van zoete peultjes. U meent, dat ik van Holland houd; maar daarin dwaalt u. Ik heb een hekel aan ons volk, een hekel aan ons land en een hekel aan ons klimaat. Onze aristokraten vind ik karakterloos en ploertig; onze middenstand vind ik plomp, onartistiek, | |
[pagina 71]
| |
dom-lacherig om 't geen men niet begrijpt, smakeloos, naäperig van vreemden, zonder gevoel van eigenwaarde en toch pedant. Onze boeren vind ik nog lomper en konservatiever dan elders; ons minder stadvolk vind ik ongehoord ruw gemeen en tegelijkertijd lafhartig. En huichelaars zijn alle Nederlanders. Al wat ik in Holland goed vind is schilderachtigheid, goede groenten, beste aardappelen, uitmuntende room, vrij goede vruchten, en betrekkelike vrijheid. Voor de rest vind ik alles hier duur en slecht. In niets munten wij uit. Wat betrekkelik goed is, is nageäapt. We kunnen evenmin wetten maken als pakjes maken. Onze winkeliers zijn niet op de hoogte van de waren, die zij verkopen. Overal elders vindt men tegenwoordig alles beter voor minder geld dan bij ons. Met overal bedoel ik dan Europa. Doorgaans schaam ik me Nederlander te zijn, nog nooit ben ik er trots op geweest. Alles is hier lamlendig. Daar ik evenwel geen namaak Duitser of Fransman wil zijn, tracht ik zo goed mogelik Nederlander te wezen. Ondertussen erger ik me in dit kikvorsenland geboren te zijn. Keer ik van de reis terug, dan heb ik altijd een gevoel alsof de ellende bij honderden ponden op me neerviel. U leent geen geld meer. Ik ook niet. Ik heb 't dikwels gedaan en er nog nooit anders dan verdriet van gehad. Nu nog iets over jicht. Ik heb hier een dokter leren kennen, die me zoal niet belooft, dan toch doet hopen, dat ik van mijn jicht niet veel meer zal merken. Sinds begin Augustus is dit ook zo. ik moet een streng dieet volgen, baden, water drinken en pilletjes slikken. Deze pilletjes bevatten juist wat uw famielielid ook neemt, maar gezuiverd van 't geen daarin slecht is voor hart en ingewanden. Het middel is colchicin en de dokter heet Bouma (Bazarstraat 52 den Haag). Hij is zelf jichtlijder en merkt niets meer van zijn kwaal. Misschien schrijft u dit eens aan de Heer Loman. Intussen teken ik hoogachtend: Marc. Emants |
|