Paul Citroen. Schrijversportretten
(1998)–Stance Eenhuis– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 24]
| |
Bekende kunstenaarsHet is wonderlijk dat iemand die aan de wieg stond van veel kunstvernieuwingen, zich tijdens de tweede helft van zijn leven met een maniakale overgave op de traditionele portretkunst heeft gestort. Waar komt deze preoccupatie met mensen vandaan? Omgang met mensen leek niet alleen een levensbehoefte maar ook een levensvoorwaarde voor Citroen. Zoals hij alles verzamelde, zo verzamelde hij ook mensen. Aan het einde van zijn leven had hij zo'n 7000 portretten gemaakt. Bij wijze van spreken zou men hem verslaafd aan het menselijk gezicht kunnen noemen. Citroen heeft zelf een onbevredigend antwoord geformuleerd: ‘En ook al hebben er reeds duizenden portrettisten bestaan, hij doet nog altijd zijn ontdekkingen aan het menselijk gelaat, dat voor hem is als een landschap met een eigen klimaat.’Ga naar eind37 Wellicht had hij behoefte aan steun en erkenning van anderen bij zijn zoektocht naar een uitgesproken richting in zijn eigen werk. Hij besefte goed dat hij in zijn werk de volle overtuigingskracht miste. Het opdelen van zijn talenten zou je een journalistieke werkwijze kunnen noemen. Zijn modellen waren vaak prominente figuren uit kunstenaarskringen. Citroen had in zijn leven een uitgebreide kennissenkring opgebouwd. Veel van die oude contacten, die vaak uitgroeiden tot langdurige vriendschappen, kwamen hem later van pas. Elk jaar noteerde hij nauwkeurig in zijn dagboeken de namen van bekende kunstenaars die hij in dat jaar had ontmoet, waaruit blijkt dat zijn connecties in het kunstenaarscircuit veel voor hem betekenden. Hij zorgde er steeds voor dat hij in contact kwam met beroemde kunstenaars: ‘Om mij te laten inspireren. Om iets op te snuiven van hun sfeer. En ook | |
[pagina 25]
| |
omdat ik graag bewonder.’Ga naar eind38 Vaak waren ze bereid voor hem te poseren, zodat het oeuvre van Citroen veel portretten van beroemde en bekende tijdgenoten omvat. Het portretteren van beroemdheden verschafte hem tevens een alibi om in hun nabijheid te verkeren. Wellicht had hij de wens om zelf in aanzien te stijgen door onder het mom van het maken van een portret op intieme voet met een beroemd iemand te staan. Is het immers niet zo dat de roem van degene van wie je een portret maakt, ook een beetje op de portrettist afstraalt? Het portretteren van gewone mensen kan even moeilijk zijn, maar heeft minder status. Het succes van de portretkunstenaar neemt toe met de sociale status van de geportretteerden zodat zijn netwerk van beroemdheden hem op zijn beurt ook bekend maakte. Omgekeerd vond men het ook een eer door hem geportretteerd te worden. |