Groot-Duitsche dichtkunst(1942)–Jan H. Eekhout– Auteursrecht onbekendEen reeks vertolkingen Vorige Volgende [pagina 21] [p. 21] Weg en wil Als de storm opsteekt Kantelt het kranke. Stormen breken Een zwak geslacht. Wij schrijden de straten Der eeuwigheid. Wij behoeden de vrijheid! Wij schutten het recht! Immer wortelt De nood in 't verleden. Het leven zweept ons. Uit pijn wordt geboren De menschlijke plicht. Dwars door de verwarring Ligt onze tocht, Dwars door de nachten Naar 't licht, dat bevrijdt. Achter ons zwijken Getijen en tijden. Ons hart luidt opstand En allerwegen Wordt de wekroep vernomen In des broeders naam. Waar daaddrift woont In de menschen, leeft helder Woord en verlangen - Bevel en bewilliging - Niets dan slechts menschlijkheid. [pagina 22] [p. 22] Wij stormen over Den daaglijkschen dood Ter zuivre Gemeenschap Voor eeuw na eeuw! Alfred Thieme Vorige Volgende