| |
| |
| |
Copieboek van Jean Louis de Lorme
| |
| |
Copieboek van Jean Louis de Lorme
Ballard seul imprimeur pour la musique rue St. Jean de Beauvais Mont Parnasse a Paris
Niet zeker is, of hier de zoon of de vader is bedoeld, zeer waarschijnlijk echter de eerste (brief 13 februari). De Horace van Dacier, waarvan Ballard de helft drukte, kwam op naam van de zoon te staan en deze had volgens de D.B.F. sedert 1694 de leiding van de firma, de vader daarentegen woonde op het bovengenoemde adres en was de officiële drukker van de muziek. Ik geef daarom gegevens over beiden:
Christophe Ballard, geb. Parijs ± 1641, 1666 libr. en impr., 1690 in bestuur communauté, in 1701 4 persen, 2 apprentis en 9 compagnons, zijn familie reeds 200 jaar drukker van vader op zoon, st. 1715.
Jean Baptiste Christophe Ballard, geb. Parijs ± 1674, 1694 libr. en impr., 1706 in bestuur communauté, in 1701 6 persen en 11 compagnons, st. 1750.
(Coyecque I, 121 geeft stukken betreffende een geschil tussen Ballard en J.B. Lully, surintendant de la musique du Roy en I, 174-176 stukken betreffende de familie Ballard).
8-8-1707: Roger is nog steeds ontevreden. Hij heeft instrumenten getoond om matrijzen te maken en zegt einde van dit jaar een van de mooiste gietsels ter wereld te zullen hebben en de opera's van Lully mooier en correcter dan B. uit te kunnen geven. L. zendt Pralard een catalogus van Roger van eigen en van buitenlandse muziek. B. kan die daar misschien gaan zien, vóór die verder is gegeven. L. hoopt, dat B. kan beginnen met het drukken van de Horace.
29-8-1707 (18-8): L. heeft met Roger gesproken, niet uit naam van B., maar bij wijze van conversatie. B. had L. hoop gegeven, dat de letters in 6 weken gegoten zouden zijn. Nu zijn er al twee maanden voorbij en L. heeft 14.000 livres zonder profijt liggen. Indien Colombat (= Jacques Colombat) dezelfde romein heeft als Quillau mag B. die gebruiken. L. zal Dacier vragen een corrector voor de 1ste proef te mogen nemen. Dacier kan dan zelf de 2de nazien. Er kunnen dan 8 vel per week worden gedrukt. L. zal bij zijn volgende zending naar Parijs de theepotten en pijpen sturen.
24-10-1707: L. is zeker, dat B. het billet van Desprez, betaalbaar op 1 oktober, heeft gekregen. L. vreest, dat B. nog niet is begonnen. L. zelf heeft in de 3 maanden sedert zijn terugkeer de Leguat en de Tournemir gedrukt en 3 soorten letters laten gieten voor de Hardouin, waarvan reeds 20 vel is gedrukt. Wanneer Dacier 's avonds een proef krijgt, kan die de volgende morgen worden afgehaald.
17-11-1707 (30-10): L. zendt in een baal aan de Boudots in een kist aan Helvetius (Adriaan Helvetius, 1661-1727, medicus) 2 gros pijpen en 4 theepotten, waarvan 1 voor B. is. Boudot zal B. 4 Puffendorf Droit de la nature 4o 2 vol. geven voor Vaultier (waarsch. de bewerker van de dict. de Moreri). Die kost hier f 7.10. -. Dit wordt tezamen 42 livres. Wanneer Sanluque (Jean Sanlecque, lettergieter te Parijs) woord heeft gehouden, moeten de
| |
| |
letters voor de Horace nu in de kasten staan. Dacier wil slechts 3 vel per week nazien. L. vraagt een catalogus van muziek van B.
12-1-1708 (24-12-1707): L. vraagt de proefvellen voortaan aan Girin te geven om door te zenden. L. hoopt, dat nu de letters er zijn, B. 3 vel per week zal afleveren. Dacier heeft beloofd 6 vel per week na te zien. Indien L. nieuwe boeken naar Parijs zendt, zal hij daarvan aan B. 2 exemplaren sturen. L. schrijft aan de andere kant van de brief (niet opgenomen in copieboek) de klachten, die Roger tegen B. heeft. L. zendt B. Roger's catalogus, gefrankeerd tot Lille.
2-2-1708: Roger komt L. steeds om berichten van B. vragen. Roger bericht, dat hij 4 boeken van B. nodig heeft en die zal nadrukken als hij die niet krijgt. ‘Je vous diray entre nous qu'il est en guerre avec Mortier, libraire d'icy, et luy contrefait sa musique, lequel a debouchées les ouvriers a monsieur Roger. C'est ce qui fait qu'il voudroit avoir votre reponce. Car s'il ne convient pas avec vous, il sera contraint d'avoir une personne a Paris, afin d'y faire vendre les ouvrages que monsieur Mortier luy aura contrefait presque pour rien, au cas que le contrefaiseur envoye, ce qui luy fera peu de perte a ce qu'il pretend, puisqu'il a les planches. Enfin monsieur, il souhaite vorte reponce avec d'autant plus d'impatience qu'il ne saurait prendre des mesures justes, sur ce qu'il doit faire pour Paris, avant qu'il n'ait vu ce qu'il pourra faire avec vous.’ L. heeft de 4 eerste vellen van de Horace, die B. heeft gedrukt, ontvangen. L. vraagt een nieuwe catalogus van B.; de andere heeft L. naar Londen doorgezonden.
13-2-1708 (3-2): L. is heel tevreden over het werk van B., maar heeft pas 7 vel gekregen. Hij is minder tevreden over Quillau. L. is zeer dankbaar jegens messieurs Vaultier en le Chanteur (er blijkt niet, wat zij voor hem hebben gedaan).
5-3-1708: Het vertrek van L.'s vriend bij de posterijen heeft wat vertraging gebracht, maar nu loopt alles weer. L. bestelt muziekboeken bij B.
16-4-1708: Quillau zal in 3 maanden gereed zijn met zijn 5 delen van 90 vel en daar B. 5 delen van 115 vel heeft, wil L. deel 10 van 19 vel aan Quillau geven. B. heeft nog voor 8 maanden werk, zonder de indices en inleiding. Het is voor L. heel belangrijk, dat de Horace in september gereed is. L. vraagt vast de vellen van deel 6, 7 en volgende bijeen te zoeken om de exemplaren voor Holland over Rouen te verzenden, zodra er een schip is. L. hoopt, dat B. de 2de betaling van Desprez heeft ontvangen.
30-4-1708 (20 en 21-4): L. geeft zijn oordeel over de zoon Boudot. L. is hem geen Puffendorfs schuldig, integendeel, toen L. Parijs verliet, was madame Boudot hem 800 livres in boeken en 2500 livres in geld schuldig en sedertdien heeft L. nog voor 4000 livres gestuurd. Wat betreft het paspoort op naam van zoon Boudot, L. heeft het hem verschaft. L. heeft het laatste paspoort teruggestuurd. L. zal in het 1ste paket een Puffendorf voor Vaultier sturen. L. vindt goed, dat B. al zijn 5 delen drukt, mits B. zich met Quillau kan verstaan en mits hij, als die gereed is, 6 vel per week aflevert. B. moet zich ook met Quillau over het geld van de billetten van Desprez verstaan, daar Quillau in dat geval teveel krijgt. L. kan B. niet contant gaan betalen.
14-5-1708 (5-5): L. zal voor Vaultier een Puffendorf zenden, maar B. moet eerst schrijven, of die bij de Chambre passeren zal. ‘Afin de vous engager d'autant plus a finir l'Horace, je vais vous dire monsieur ce qui m'engage le plus a souhaiter qu'il soit finis avant la fin de septembre prochain, c'est que le livre est tres exelant en Angleterre, ou j'en vendré au moins deux cent ainsi qu'en Allemagne, ou je me propose d'aller, dans l'un et l'autre endroit dans le mois de novembre prochain. Si je n'ay pas l'Horace avant mon depart, j'en pert la vente d'un an, surtout en Angleterre, ou on ne vend rien apres la separation du Parlement.’ L. vraagt tenslotte om B.'s factum, dat hij gaarne zou willen zien.
2-7-1708: L. zal de Puffendorf nog deze maand versturen. L. zendt B. een brief voor Robustel en vraagt B. deze te verzegelen en dan af te leveren. L. vraagt B. samen met Robustel te bemiddelen in zijn geschil met de Boudots.
23-8-1708 (9-8): L. dankt B. voor zijn bemiddeling in het geschil met de Boudots en zegt, dat deze zeer redelijk zijn. L. beklaagt zich zeer, dat noch B., noch Quillau voortmaken met het drukken van de Horace. L. begrijpt niet, waarom Dacier vreest, dat de indices oponthoud zullen geven. Ruim 4 maanden geleden hebben Quillau en Girin met een persoon, wiens naam L. is vergeten, afgesproken om de indices voor 6 livres per vel te maken. L. zal nu echter aan Varique, met wie B. een afspraak heeft gemaakt, 100 livres voor het maken van alle indices geven. Wat het papier betreft, Pioche (Nicolas Pioche, papierkoper te Parijs, zie KS 1376) moest 807 ramen leveren, genoeg voor ± 200 vel. Er moet dus nog zijn. L. zal echter aan Girin opdracht geven voor verder papier te zorgen. L. zendt voor Vaultier 4 exemplaren van Vossius.
| |
| |
| |
Barbin (veuve) libraire au Palais à Paris
Marie Cochart, geb. Parijs ± 1663, weduwe van Claude Barbin (1654 libr., uitgever van Molière, Boileau, la Fontaine etc., st. december 1698), in 1701 1 compagnon, geen drukkerij, st. 1707.
(Zie F. Longchamp, Un libraire du 17e siècle, Le Bibliographe moderne 1914-1915, XVII, 10-39.
ff 21939, 524: Histoire abregée des Provinces Unies des P.B. avec des figures et des medailles. Prés. pour avoir permission d'en faire entrer dans le commerce, par la veuve Barbin. 12.8.1701 distr., 1.8.1702 néant attendu qu'il ne s'agit que de l'entrée de ce livre en France, qui a été permise pour cette fois.
ff 21940, 885: Le conte de Gabalis. Prés. par la veuve Barbin 22.4.1706 pour priv. gén., réprouvé comme un ouvrage rempli d'absurditez 29.4.1706, néant rendu le 29.5.1706).
12-9-1707: L. zendt madame B. de titel van Leguat en vraagt bestelling en vraagt haar aan madame Roulland enkele boeken voor hem te geven.
15-12-1707: L. heeft van madame Roulland gehoord, dat madame B. de gevraagde boeken heeft gegeven en dankt haar daarvoor. Hij bestelt, zo snel mogelijk, 4 Siam, 2 Caré en 4 Venerony. L. stuurt haar enkele boeken; indien zij die niet wil hebben, moet ze het hem berichten.
| |
Bats (I. de)
Imbert de Bats, geb. Parijs ± 1670, 2de zoon van de libr.-impr. Pierre de Bats, 1694 libr., in 1701 1 compagnon, 1704 impr., woont 1707 Rue Saint Jacques a l'image Saint Benoit, près la Fontaine Saint Séverin, 1721 drukkerij in de Rue de la Harpe, st. vóór 1730.
12-9-1707: L. heeft B. op rekening de Sermons van Volpiliere geleverd. De Géographies van le Coq, die L. in commissie heeft van B., zal hij zeker alle verkopen. L. bestelt boeken bij B. en zendt hem de titel van Leguat.
30-1-1708: L. bericht, dat alles wat B. heeft besteld, uitverkocht is. L. vraagt B. aan madame Roulland voor hem een exemplaar van de Entretiens sur les sciences te geven, indien B. deze heeft ontvangen. Daar de entrée van Leguat niet is toegestaan, kan L. de door B. bestelde 40 exemplaren niet leveren.
30-8-1708: L. heeft B. geleverd voor 262 l. en B. aan L. voor 590 l. 15 s., zodat L. nog 328 l. 15 s. schuldig is. Daar L. nog 59 onverkochte exemplaren van de Parfait Géographe heeft, tezamen 236 livres, blijven slechts 92 l., 15 s. over. L. zendt nu aan B. via Dezallier boeken voor 192 l. 10 s. Hij zal trachten de Parfait géographe nog te verkopen, maar het is oud en erg duur. L. heeft B.'s broer voor 208 l. 10 s. geleverd en die van hem voor 214 l., zodat L. hem nog 5 l. 10 s. schuldig is. L. zendt hem 2 Voyages du Septentrion in 12o fig.
| |
Bats (P. de)
Pierre de Bats, geb. Parijs ± 1669, oudste zoon van de libr.-impr. Pierre de Bats, 1691 libr., in 1701 1 apprentif, st. vóór 1730.
12-9-1707: L. zal aan het eind van de maand aan B. de boeken sturen, die hij nog aan B. schuldig is. L. vraagt of B. Leguats wil hebben en misschien eveneens nog andere boeken. Tenslotte bestelt L. ook nog zelf boeken bij B.
| |
| |
30-1-1708: L. schrijft, dat Boyer uitverkocht is en dat hij daarom in plaats daarvan stuurt 6 delen van de Voyages de la compagnie, die sedert hun ruil zijn verschenen, en 4 Voyages de Guinée. Madame Roulland heeft L. bericht, dat B. geweigerd heeft haar iets af te geven voor L.
| |
Bignon (abbé)
Jean Paul Bignon, 1662-1743, in 1684 opgenomen in de Congrégation de l'Oratoire, verliet deze in 1691 om voor zijn oom de Pontchartrain, de contrôleur général et secrétaire d'Etat, de afdeling ‘la littérature et les académies’ te verzorgen. Als zodanig reorganiseerde hij de verschillende académies. Hij werd prédicateur du Roi, abt van Saint Aventin en l'Isle en later doyen du chapitre de Saint Quentin (30.000 livres rente per jaar), in 1701 conseiller d'Etat. Van 1699 tot 1714 was de Pontchartrain kanselier van Frankrijk, waaronder de direction de la librairie viel, die Bignon voor hem waarnam. In 1719 volgde hij de overleden Louvois op als grand maitre de la bibliothèque du Roi, in 1720 kreeg hij, nadat verschillende andere koninklijke bibliotheken onder zijn beheer waren gebracht, de titel bibliothécaire du Roi. In 1741 werd hij als zodanig opgevolgd door een van zijn neven.
Zijn eigen enorme bibliotheek verkocht hij in 1718 aan Law, die hem voor 50.000 livres aan kardinaal Dubois verkocht. Deze verkocht deze op zijn beurt in 1725 voor 65.000 livres aan een aantal libraires. Een catalogus werd door de libraires gemaakt. De titel luidt: Bibliotheca Duboisiana, ou catalogue de la bibliothèque de feu son éminence le cardinal Dubois, receuillie cy-devant par monsieur l'abbé Bignon. La Haye 4 vol. in 12o. Aan Turrettini scheef Bignon 18 mei 1713: ‘Je me suis fait une loi de ramasser généralement tout ce qui s'imprime dans les pays étrangers; et quand je ne me la serois pas faite, je rechercherois avec empressement jusqu' aux plus petites pièces, dont vous enrichissez le public’ en 20 oktober 1713 naar aanleiding van een bibliothèque publique: ‘Je sais de quelle utilité sont ces sortes d'établissements-là pour les gens de lettres: et c'est en partie ce qui m'a engagé à ramasser un assez bon nombre de volumes. Ceux que j'ai déjà montent à près de 50000; et je compte les augmenter tous les jours, non pas tant pour moi, que par rapport à nos sçavans, qui ne manquent que trop souvent des secours nécessaires pour perfectionner leurs ouvrages: trop heureux si par là je puis me rendre utile à la république des lettres.’ Bignon publiceerde zelf weinig, slechts een tweetal kleine werken en een aantal mémoires in de Journal des savants, waarvan hij sedert 1702 de leiding had en die hij ook geheel reorganiseerde. Na zijn dood, in 1743, zei Fréret, dat men hem moest zien ‘moins comme un académicien ou comme un homme de lettres, quelque droit qu'il eut de prétendre à ces titres, que comme le bienfaiteur des lettres, et comme celui auquel elles doivent, en grande partie, la considération dont elles
jouissent’. ‘Sans lui et sans les établissements qu'il a procurés, peut-être ne resteroit- il aucun vestige de ce que le cardinal de Richelieu et monsieur Colbert avoient fait pour elles’. Saint Simon noemt hem een ‘bel esprit, très savant’ en ‘un des premiers hommes de lettres de l'Europe’, maar is weinig te spreken over zijn levenswijze. Zijn vijanden beschuldigden Bignon ervan een soort litterair despotisme uit te oefenen, zijn vrienden noemden hem ‘Mecène de son siècle et l'ange tutélaire des sciences et des savans’.
| |
| |
Zijn correspondentie, maar alleen uit later jaren is bewaard in de Bibliothèque Nationale. Litteratuur over hem, zie D.B.F.
Brieven zie Bijlage
| |
Bohm
Michael of Michel Bohm, geb. Meissen in Saksen, was in 1707 in dienst bij Rigaud in Parijs (zie brief aan Dezallier 21-10-1707). Waarschijnlijk had hij toen al relaties met Leers, die ook speciaal met de groep Anisson-Rigaud in contact stond. Toen Leers zich uit zaken wilde terugtrekken, vond hij in Rotterdam zelf geen geschikte koper. Tenslotte sloten Caspar Fritsch en Michel Bohm op 2-5-1709 voor notaris van Bortel te Rotterdam een contract met Leers, waarbij deze aan de beide compagnons al zijn boeken, prenten, drukkerij en al, wat tot zijn negotie behoorde, verkocht voor f 120.000, te voldoen in een aantal termijnen, waarvan de laatste op 1.5.1715 zou vervallen. (N.A. 1498, 187). Op 22-5-1709 werd een huurcontract voor het gebouw van de drukkerij gesloten. Fritsch en Bohm moesten nu ook poorter en gildelid te Rotterdam worden. Het eerste geschiedde op 17-10-1709. Het laatste had meer voeten in de aarde, daar zij de vereiste vier leerjaren niet hadden volbracht. Op 25-1-1710 werd hun rekwest om de boekbindersproef te mogen afleggen, met vrijstelling van de vier leerjaren, aan het boekbindersgilde om advies gegeven. Zij kregen tenslotte toestemming om voor f 150 gildelid te worden (Gildearchief Amsterdam 57, 96). Op 7-10-1710 sloten Fritsch en Bohm een compagnie voor notaris van Bortel (N.A. 1501, 173). De afbetaling, eerst aan Leers zelf, later aan zijn erven, liep niet vlot, aangezien Fritsch en Bohm ‘vermits de slegte en neringlooze constitutie der tijden, door den zwaren en langdurige oorlog veroorsaekt, zoo veele boeken niet hadden kunnen debiteren als zij wel hadden gedagt en gewenscht’. Op 13-3-1715 werd de compagnie tussen Fritsch en Bohm voor notaris S. Favon te 's Gravenhage ontbonden, dus vlak voor het verlopen van de laatste termijn van aflossing. Bohm sloot een nieuw contract van compagnieschap met Charles Levier, die de plaats van Fritsch innam. Bohm begon nu uitstel van betaling aan de erven
Leers te vragen. Op 19-7-1715 kwamen voor notaris van Bortel de beide boekverkopers tot een overeenkomst met Cornelia Brandt, de weduwe van Leers, en de voogd over de kinderen Leers. Bohm en Levier zouden in het bezit blijven van de boekhandel, maar de erven Leers zouden de op de zolders opgeslagen boeken in eigendom houden. De zolderhuur zou uiteraard door Bohm en Levier worden betaald. Bij elke aflossing zouden voor het dubbele van het afgeloste bedrag boeken door de erven Leers worden vrijgegeven. Volgens de opgemaakte inventaris werd de voorraad van opgeslagen boeken getaxeerd op f171.081. De gedrukte vellen van de Dictionnaire van Bayle - Bohm en Levier waren bezig met de herdruk - zouden daar successievelijk bij worden gevoegd. Ook het privilege voor deze Dictionnaire zou ter meerdere zekerheid onder de erven Leers komen. Indien Bohm en Levier iets van de zolders nodig hadden, konden zij dat tegen reçu er afhalen. De schuld van f 83.379 (met inbegrip van rente over de niet tijdig afgeloste bedragen) werd verminderd op f 80.000, omdat gebleken was, dat onder
| |
| |
de boeken van Leers er verscheidene onvolledig of bedorven waren. Deze f 80.000 zouden Bohm en Levier binnen 8 jaar moeten aflossen in 8 termijnen van f 10.000. In geval van nalatigheid zouden de erven Leers zes maanden na het eerste geval van nalatigheid het contract van 2-5-1709 ter executie mogen leggen. (N.A. 1511, 40). Op dezelfde dag sloten Bohm en Levier voor notaris van Bortel een contract van compagnieschap. De moeilijkheden waren echter niet opgelost. Bohm en Levier konden evenmin afbetalen. Op 30-1-1716 werd de compagnieschap tussen hen beiden voor notaris van Bortel ontbonden. Intussen had Bohm over moeten gaan tot de veiling van een deel van zijn boeken, wat op 11-11-1715 te Delft geschiedde. Op 27-8-1716 transporteerde hij voor notaris van Bortel vele van zijn vorderingen uit hoofde van deze veiling, die uiteraard over langere termijnen liepen, aan de erven Leers. Uiteindelijk was Bohm gedwongen tot verkoop van een aantal hoofdbestanddelen van zijn fonds, tenslotte zelfs van de herdruk van de beroemde Dictionnaire van Bayle. Uit de acten, afgedrukt bij KS, ziet men dit droeve verloop van Bohm's zaken. In de herfst van 1722 stief Bohm in den Haag (Resol. Weth. Rotterdam 10-11-1722).
Op 13-4-1710 gaat Michel Bohm over van de Lutherse kerk, waartoe hij behoorde, naar de Waalse kerk te Rotterdam. Op 7 april 1715 trouwt hij te Rotterdam met Marie Jeanne de la Mejannelles, geboortig van Saint Quentin. Op 9-10-1722 maakt het echtpaar zijn testament.
Bohm en Leers geven in 1710 inlichtingen over de ideeën in de Republiek aan de abbé Du Bos via de boekverkoper Anisson te Parijs, die hun brieven doorgeeft (Lombard 125).
30-9-1707: L. schrijft, dat van der Marck verbaasd is niets gehoord te hebben op zijn brief over een wisselbrief, die B. op van der Marck heeft getrokken en die is geaccepteerd. Als B. die wil terugnemen, zal L. hem alles betalen, daar hij geld in Parijs heeft. Voor van der Marck en voor L. betekent dit, dat ze geen koersverlies zullen hebben en voor B. contant geld. L. zal later op B.'s brief van 12-9-1707 antwoorden. L. zal B. 40 Leguats sturen en vraagt verdere bestelling. L. heeft 6 Sermons de Bourdalou 12o 6 vol. gekregen, maar houdt deze voor rekening van B. Hij wenst geen f 5. - voor een ongebonden boek, dat in Frankrijk gebonden 8 livres kost, te betalen. De regeling met Posuel (Jean Posuel, libr. te Lyon) bevalt L. niet.
21-10-1707: L. zendt B. een wisselbrief van 1040 livres op Dezallier voor rekening van van der Marck. L. vraagt B. de ontvangst van het geld te berichten.
20-11-1707: L. vraagt B. aan iedereen, die ernaar vraagt, te zeggen, dat hij niet weet, dat L. de Horace te Parijs laat drukken en verder ook aan niemand te schrijven, dat hij de Gerson aan Dezallier heeft verkocht. L. vraagt een antwoord op de zaak, waarover Etienne met B. heeft gesproken. L. heeft via Boudot over Rouen boeken aan Rigaud gezonden volgens de ingesloten lijst. Van de lijst, die B. heeft gezonden uit Lyon, heeft L. slechts 10 of 12 artikelen.
| |
Boileau (abbé)
Jacques Boileau, 1635-1716, theoloog en schrijver, o.a. van de Historica disquisitio, waarover de volgende brieven handelen. Deze zijn door de Lorme gericht aan de abbé St. Loup (uit een brief van 8-9-1707 aan de Boudots blijkt echter, dat dit een schuilnaam is).
24-5-1708: L. is verheugd, dat B. hem hoop geeft, dat het boek in Frankrijk vrij zal kunnen worden ingevoerd. Als iemand zich namens B. bij L. vervoegt, zal L. die niet alleen enkele exemplaren, maar de gehele oplaag geven. L. beklaagt zich over de Boudots.
| |
| |
9-7-1708: L. schrijft, dat hij de brief van B. van 27-6 pas 6-7 heeft ontvangen en dat dit te laat was om 24 exemplaren van de ‘dissertation’ af te geven, daar de gehele oplaag van 500 exemplaren in een baal naar Parijs is gezonden.
| |
Bossière (abbé), viquaire de St. Mery
9-8-1708: L. zendt B. een brief voor Chamillart en vraagt B. bij hem te pleiten voor de entree van enkele Hardouins. Chamillart heeft indertijd beloofd daarbij te zullen helpen. L. durft thans dit echter niet te vragen. L. vraagt B. tenslotte aan m. Villeras en m. de Malezieu (Nicolas de Malezieu, 1650-1727) zijn diensten aan te bieden voor het zenden van boeken.
| |
Boudot libraire rue Saint Jaques au Soleil d'Or a Paris
De brieven zijn gericht, afwisselend aan Jean Boudot en zijn moeder, de weduwe van Jean Boudot, de aanvankelijke correspondent van de Lorme. Ik geef hier bijzonderheden over alle drie:
Jean Boudot, geb. Feurs en Forez ± 1651, apprenti bij Louis Billaine te Parijs, daarna 9 jaar bij zijn oom, Antoine Bertier te Parijs, en 2 jaar bij Billaine, februari 1682 gevestigd met veuve Edme Martin te Parijs, 1863 libr. als haar schoonzoon, 1701 imprimeur du roi en imprimeur du parlement, heeft echter geen drukkerij in 1701, 1 apprenti en als facteur Jaques Etienne (zelf maitre-libraire), in 1704 in bestuur communauté, hij vertaalde stichtelijke werken, st. 27-(volgens brieven 23) 12-1706.
Marie Therese Martin, zet na de dood van haar man de boekhandel voort, tezamen met haar zoon, st. 17-2-1744.
Jean Boudot, geb. Parijs 9-10-1685, 29-12-1706 libraire, 1707 imprimeur du roi et de l'academie des sciences, geleerde, st. 10-3-1754.
In balen, gericht aan Jean Boudot, komen in 1697-1698 herhaaldelijk niet gepermitteerde boeken voor, waarbij verschillende drukken van de Lorme (ff 21743, 24, 28 en 29). In 1705 en 1706 ontvangt hij in balen niet gepermitteerde boeken, die bestemd zijn voor Bignon, o.a. op 5-9-1706 de Bibliotheca fratrum Polonorum, fol., en Obres de Agredo fol. 2 vol. (ff 21931, 12 en 49).
Op 26-6-1699 kreeg Jean Boudot privilege van de duc du Maine om te drukken in Trevoux, op 11-8-1699 deed hij dit over aan Etienne Ganeau. De relaties bleven echter nauw. Boudot liet van alles drukken in Trevoux. Op 1-5-1701 kreeg hij privilege voor 12 jaar voor het drukken van de Dictionnaire latin-françois et françois-latin te Parijs en Trevoux (ff 21939, 422). Het manuscript had hij gekocht van P.N. Blondeau, inspecteur de l'imprimerie à Trevoux. Op 10-3-1702 vroeg Jean Boudot privilège général voor het Nouveau Testament in de vertaling van Richard Simon, gedrukt met privilege van de duc du Maine te Trevoux. Reeds op 19-3-1702 kreeg hij toestemming en op 29-3-1702 privilege. (ff 21939, 422).
De Parijse collega's van Boudot, die reeds in 1697 in fel verzet waren gekomen tegen zijn voorganger in Trevoux, genaamd Pierre le Rouge (zie hun rekwest ff 22126, 116), kwamen weer in
| |
| |
verweer: ‘La surprise, dont Boudot a usé en l'obtention de ces deux privileges est manifeste par l'abus mesme qu'il en a fait à l'égard du premier, en ce que le privilege n'estoit accordé que pour imprimer la version du Nouveau-Testament à Paris, et pour n'avoir lieu qu'après que cet ouvrage, pour lequel il étoit donné, auroit esté de nouveau corrigé par des examinateurs nommez à cet effet, au mépris des quelles regles et conditions Boudot auroit imprimé et joint ce privilege à la fin des exemplaires de Trevoux, dont il auroit debité un nombre considerable; et que quant à l'autre privilege, la surprise n'est pas moindre, en ce que par ce moyen ledit Boudot se procuroit indirectement à lui seul ou à ses associez la faculté de vendre dans le royaume le Dictionnaire universel de l'impression de Trevoux, ce qui est directement contraire aux edits...’. De Parijse boekverkopers hadden succes; op 22-1-1703 werden bij arrest du conseil d'Etat du Roi de beide privileges gecancelleerd en ‘fait sa Majesté iteratives deffences audit Boudot et à tous imprimeurs, libraires et autres, de quelques qualité et condition qu'ils soient, de faire imprimer hors le royaume aucuns ouvrages, sous prétexte de pareils privileges, ni de joindre les privileges à aucuns livres d'impression etrangere, à peine de nullité des privileges obtenus ou à obtenir et d'estre procedé contre les contrevenans par confiscation des exemplaires, amendes et autres peines portées par les ordonnances, arrests et reglemens’. (ff 22071, 204 (515) en ff 21814, 83 en 241).
28-7-1707: L. wacht op paspoort en vraagt bestelling en een bewijs om boeken af te halen bij Roger. L. heeft uit Luik een pakket over Verdun met nieuwe boeken uit Duitsland voor Bignon gezonden met daarbij voor B. 9 Dixme royale. Broncart heeft B. een baal gezonden, die ergens is blijven steken. De Lettres d'Ossat zijn ter perse. B. moet L. een bewijs sturen om deze af te halen. L. heeft boeken uit Engeland en wacht op een bestelling van B. hiervan. L. bestelt boeken bij B. voor de Frankforter Messe in september. B. moet het pakket, gemerkt AB libri, sturen aan Jaques Hennes, maire et échevin a Sedan, die het zal doorzenden. Girin zal B. nog 2 Heures de Maintenon geven om erbij te doen.
11-8-1707: L. zal de volgende dag de baal over Lille versturen, wanneer het antwoord van B. er dan nog niet is. L. hoopt, dat B. aan Jordan in Bar-le-Duc een gebonden Dictionnaire de Trevoux heeft gezonden. De lettres d'Ossat zullen 5 delen in 12o beslaan. Het 5de deel is bijna gereed. L. vraagt daarom direct ‘vie, préface et table’ te sturen om vertraging te voorkomen. L. vraagt of B.'s Dictionnaire latine 8o al haast gereed is. L. bestelt bij een man, wiens naam hij is vergeten, een vignet in hout net als voor het hoofd van de préface van de Hommes Illustres van Perrault en 3 of 4 letters in hout voor een folio. L. zendt brieven voor Bignon en Boileau (deze laatste is niet opgenomen in het copieboek) en vraagt aan Moreau een copie te vragen van de ruil, die L. met hem heeft gesloten.
25-8-1707 (19-8): Buffart moet het paspoort geven voor verschillende schepen. L. moet een baal aan Bignon sturen en kan niet langer op een bestelling van B. wachten. L. zal zorgen voor de boeken van Roger en voor het weghalen van de Lettres d'Ossat. L. dringt aan op haast maken met het paspoort, omdat hij de Leguat wil versturen, waarvan hij de titel stuurt, daar hij vreest voor nadruk in Frankrijk. L. heeft voor meer dan f 1200 aan boeken uit Engeland. Verzending daarvan wacht op het paspoort. L. wacht nog op vignet en letters van Bouttemont voor het werk van Hardouin. L. heeft geen tijd om Boileau te antwoorden. L. vraagt aan Giffart een opgaaf te vragen van boeken, die L. hem heeft gegeven, met prijzen.
5-9-1707 (26-8): L. vraagt opgaaf van boeken, die B. van hem in commissie heeft. L. zal B. voor zover mogelijk de gevraagde boeken zenden en de Engelse boeken, die hij niet heeft, laat hij komen; hij moet daar echter alles met geld betalen. Van Bignon kan B. een catalogus lenen met opgaaf van alle boeken, sedert 1703 verschenen in Holland, Poland en Duitsland. L. zal aan Sloane (Hans Sloane, 1660-1753, medicus te Londen) in Londen zenden, wat B. hem opgeeft, en op order van Leibnitz (Gottfried Wilhelm Leibnitz, 1646-1716, geleerde te Hannover) 2 delen van de Academie geven. L. zal aan B. het pakket van Leers voor Carré (Louis Carré, 1663-1711, geleerde) sturen. L. dankt voor de Diable Boiteux. L. zendt met de volgende baal de door B. bestelde boeken, gemerkt x, die wel passeren, en gemerkt o, die via Bignon moeten gaan. De Bibliotheque choisie zou volgens
| |
| |
L. echter ook met o moeten gemerkt zijn. L. vraagt of de Perpetuité van Amauld 4o 4 vol. passeert en of het debiet heeft in Frankrijk. L. vraagt B. aan Robustel en Guerin (Louis Guerin) de titel van Leguat te laten zien. L. wil vooral boeken van Houry (Laurent d'Houry) hebben. L. vraagt of B. de 2 Histoire de la bible, die hij bij hem heeft achtergelaten, al heeft verkocht. L. heeft in de Chambre verschillende Contes à rire 8o, die Girin beloofd had aan L. te sturen. L. vraagt B. deze af te halen en aan hem te zenden. Als het niet lukt, moet Bignon bemiddelen.
8-9-1707 (2-9): L. heeft de cognossementen van de 3 balen, die 25-8 uit Rouen zijn gegaan, ontvangen. L. vraagt B. haast te maken met het paspoort en Buffart, de la Vigne en Dupuy om hun wensen te vragen. ‘Ce sont des messieurs qu'il faut menager.’ L. dankt B. voor het bericht, dat Bignon eraan twijfelt of L. wel al het beloofde kan leveren. L. betoogt, dat dit niet direct vlot kan lopen, maar steeds beter zal gaan en zet uiteen, wat hij al heeft gedaan. L. vraagt, wat B. voor port betaalt voor zijn brieven. L. vraagt aan Picart opgaaf van prijs voor de tekening voor Leguat te vragen. L. vraagt B. opgaaf van de boekverkopers, met wie B. open rekening heeft, daar L. zo mogelijk alles via B. wil betrekken. L. moet boeken van anderen in betaling hebben, daar hij B. veel meer levert dan die aan hem. L. vraagt 1ste vel van B.'s nieuwe folio en opgaaf van de tijd, wanneer het gereed zal zijn.
15-9-1707 (9-9): L. heeft vignet en 4 letters ontvangen. L. bestelt een cijfer voor een vriend P.H. (Pierre Humbert). L. heeft de opdracht van Leibnitz uitgevoerd. L. bestelt 100 avertissements voor de Sections coniques. L. heeft bijna alles, wat monseigneur le Premier heeft besteld, behalve ‘les pieces sales’ (waarschijnlijk zijn bedoeld: onnette prenten, vergelijk de brief aan Duchesne). De persoon, die ze had, is in Duitsland (Fritsch). L. zal aan Duchesne schrijven. L. zal van Maurry boeken krijgen en vraagt B. daar 50 Dictionnaire latin-françois bij te doen voor B.'s rekening en nog boeken volgens bijgaande lijst. L. vraagt B. de ingesloten brief aan Thierry te geven, na die te hebben gelezen, en aan Picart te vragen een catalogus van de prenten met prijzen te maken.
26-9-1707: L. heeft 3 balen gekregen, maar daarin slechts 30 titels voor de Sections coniques en geen kartons voor de verscheurde pagina 288 gevonden. L. vraagt per ommegaande 70 titels en 100 kartons, daar hij ze anders niet kan verkopen. L. bestelt bepaalde boeken ‘doré et marbré sur tranche’. L. vreest, dat er geen schepen meer naar Rouen zullen gaan, wanneer het paspoort eindelijk komt. L. moet een groot aantal van Leguat en Tournemir zenden om nadruk in Frankrijk te voorkomen. L. heeft naar Bignon een kist gezonden over Lille. Daarin zit iets voor monseigneur le Premier, waarover B. aan Duchesne moet schrijven, deffecten voor Dezallier, Pocquelin en voor B. zelf voor de twee incomplete Gersons.
29-9-1707 (23-9): L. doet bestelling en vraagt die te zenden aan Jaques Hennes te Sedan, maar er mag niets bij voor L. zelf, want deze zending gaat naar Frankfort. L. vraagt naar de letter in hout, bestemd voor de Lettres d'Ossat. Alles wacht daarop. Roger klaagt, dat B. aan Witte de deffecten voor de boeken, die B. aan Roger heeft geleverd, niet heeft willen geven. Roger weigert boeken voor B. te geven, zolang hij geen satisfactie heeft gekregen. L. heeft de kartons van de Sections coniques gevonden. L. vraagt B. aan Guerin een afrekening te vragen, opdat hij zien kan of die klopt met de zijne. L. vraagt, wie de auteur is van de Histoire universelle des voyages 12o bij Giffart en vraagt deel 2, zodra het verschijnt. L. bestelt 4 Histoire de l'academie 1699 tome l. L. vraagt B. aan Constart of hoe die heet, die het portret van de dichter Boileau heeft laten graveren, nog enkele portretten te vragen. L. zal terugsturen, wat Constart wenst. (Het valt niet uit te maken welk van de vele portretten van Boileau wordt bedoeld).
7-10-1707: L. kan de Sections coniques nog steeds niet verkopen, daar 70 titels ontbreken en vraagt nog 50 avertissements, daar hij er maar 50 heeft gekregen. L. bestelt 6 of 10 Histoire de l'academie 4o 1706. L. heeft achter het 2de deel van Leguat een catalogus van boeken, die hij B. zendt, gevoegd. L. vraagt B. naar Quillau te gaan en de gedrukte vellen van de Horace op te sturen, daar Etienne in verzuim blijft.
13-10-1707: L. is verontwaardigd niets te horen. L. durft Leguat en Tournemir niet te laten verschijnen, zolang het paspoort er niet is, daar hij nadruk in Frankrijk vreest. L. vreest, dat er de gehele winter geen schip meer zal zijn. L. doet tenslotte een bestelling.
24-10-1707: L. heeft een gedeelte van het boek van Dupin ontvangen en vraagt de rest. L. vraagt B. uit de baal aan Bignon een Erasmus fol. 11 vol. gr.p. voor Pocquelin te halen en Bignon de port van Brussel naar Parijs te vergoeden. L. heeft de paspoorten ontvangen, maar het schip, dat nog in de haven ligt voor Rouen, is te vol. L. heeft de vorige donderdag de Leguat aan Bignon gestuurd met de catalogus.
27-10-1707 (aan madame B.): L. is verheugd te zien, dat madame B. prijs stelt op de correspondentschap. L. is verheugd, dat de 70 titels van de Sections coniques zijn verstuurd. L. raadt B. aan een agenda te houden.
| |
| |
27-10-1707 (21-10): L. heeft de 70 titels nog niet ontvangen. L. heeft 2 wegen bedacht om zijn twee nieuwe boeken in Frankrijk te krijgen, òf over Lille, zoals hij de pakketten aan Bignon zendt, maar daarvoor zou B. permissie van Bignon moeten vragen, zeggende dat L. nadruk in Frankrijk vreest, òf op het paspoort dat Coignard over land heeft, die dan een paspoort over zee van L. terug zou krijgen. L. is het eens met B., dat ze Du Puy een Dictionnaire van Bayle cadeau moeten doen, al is het een groot cadeau. L. zal ook een Academie des Dames voor hem zenden. Op het paspoort had moeten staan, dat de balen in Parijs zouden worden gevisiteerd. B. moet trachten dit nog gedaan te krijgen door Bignon. Het visiteren in Rouen brengt onnodige onkosten mee en is ook om andere redenen ongewenst. Indien de gebonden boeken niet tijdig gereed zijn voor de verzending door madame Roulland, moet B. ze brengen naar monsieur de Launay (Pierre de Launay) a la Ville de Rome, die een baal naar Dubois verzendt. Daarbij moet B. 12 Infiniments petits 4o en 6 ramen schrijfpapier voegen. B. mag de Contes à rire niet verkopen, daar ze niet aan L. horen. Uit het pak uit Verdun moet B. 2 Dixme royale aan Girin, 1 aan Dezallier en 1 aan Desprez geven en 5 zelf houden. Tenslotte vraagt L. antwoord op 3 nog steeds onbeantwoorde vragen. L. heeft Etienne gevraagd de vellen van de Horace op te sturen, omdat die toevallig erbij was, toen L. met Quillau de overeenkomst sloot. L. vraagt B. om aan Dacier een copie van het privilege te vragen en om bij Ballard langs te gaan en daar de stand van zaken op te nemen. Roger heeft L. voor B. gegeven: 24 Voyages 7 vol. 12o van Schouten, 2 Gruyter fol., 3 Biblia Hebraica 8o, 4 Opuscula mythologia graeca 8o, 4 Moluques, 6 Testaments de Mons, 6 Cervantes. L. bestelt per ommegaande deel 7 van de Lettres Edifiantes.
27-10-1707: ‘Je vous felicite sur votre pensé au sujet de monsieur l'abbé Boileau. Je suis fort en peine comment je pourray faire passer son livre chez vous, je n'aye point de voye et il faut que vous m'aidiez en cela. Voicy comment: dans la balle que j'enveray a monsieur l'abbé Bignon des livres qui ne peuvent souffrir la visite, je serois d'avis de mettre dans les maculatures dessus et dessous la balle. J'ay été 2 fois present a l'ouverture de 2 balles, qui luy etoient adressé par le defun. Une fois il est venu un moment et l'autre point du tout. Il pourroit bien faire la même chose a present, mais quand il ne le feroit pas, je crois que ce que j'ay l'honneur de vous dire pourroit reusir. Je cacherois les titres dans d'autres livres. Voiez monsieur, si ce que je vous marque peut reusir et prenez la peine de me le faire savoir. Pour l'avenir pour vous eviter la peine d'aller chez monsieur D.M. (Du Mesnil), quand je voudray vous faire savoir quelque chose et particulierement oter cet embarras a l'amy - je veux dire quand je voudray vous faire savoir des choses qu'il n'est pas nécessaire qu'on sache chez vous - je mettray dans les lettres que je vous adresseray directement une autre lettre a l'adresse de monsieur Pegasse et cacheté du même cachet que celle ci. Vous pouvez la decacheter en votre particulier. Voila monsieur tout ce que j'ay a vous dire etc.’
10-11-1707 (3-11): L. vindt de Dictionnaire van Bayle een te groot geschenk voor Dupuy. L. zendt een Accademie des Dames en 2 Moyens de parvenir 12o, het eerste voor Dupuy. De Lespine, Dupuys l'ainé, Pierre de Bats, Cot, Delaulne en Jombert zenden L. de gevraagde boeken niet. L. begrijpt de reden daarvan niet, daar hij alleen aan de Bats en Dupuys een kleine schuld heeft. L. draagt B. op weer boeken aan Jaques Hennes te zenden voor Frankfort. L. vraagt deffecten te zenden aan monsieur Goupy, controleur des postes te Mons. L. vraagt aan madame Roulland of aan monsieur de Launay 6 Dictionnaires de Danet lat.-franç., die le Roy verkoopt, voor hem te geven. Eindelijk is er een schip en hoopt L. 3 balen te verschepen op de volgende dag. L. zendt nu een algemene factuur en de volgende week een factuur met de prijzen en opgaaf van de verdeling van de boeken, waarvan veel exemplaren zijn, over de boekverkopers in Parijs. Een baal met boeken, die niet gemakkelijk passeren, is aan Bignon gericht. L. is al bezig aan een volgende baal, waarin hij de Lettres d'Ossat, die nog niet gereed zijn, en boeken uit Engeland zal verzenden. L. stuurt een brief voor Pralard, die B. een Theologie de Grenoble in het Latijn voor de baal naar Sedan zal geven. L. zendt voor ± f 1000 in geld.
14-11-1707: L. zendt de factuur van de 3 balen, die zaterdag zijn ingescheept. L. zendt met permissie van Bignon aan de marquise de l'Hospital en vraagt in betaling ‘Infiniments petits’. L. vraagt bij de baal van de Launay te voegen 12 Histoire de l'academie 4o 1706, 10 Voyes du salut 12o lat.-fr. en 10 18o. L. beklaagt zich nooit iets te horen.
24-11-1707: L. zendt nog geen factuur, omdat hij op hetzelfde schip een pakket boeken uit Engeland hoopt in te schepen. ‘Ce que vous me marquez a l'egard du Voyage Leguat me dérange entierement. Il faut que je reface plus de 25 factures et lettres. Je ne m'attendois pas a cela, d'autant moins que je me suis donnez l'honneur d'écrire a monsieur l'abbé Bignon le 1 septembre pour le prier de m'en permettre l'entrée. Il a eu la bonté de me donner un reponce favorable et me dit même de le lui adresser, le 21 du passé. J'en envoye a mondit seigneur un exemplaire par la poste et comme je n'en ay point oui parler depuis, je me suis immaginé qu'il pouroit paser. Si je
| |
| |
pouvois debarquer les balles, je le fairoist avec bien du plaisir, mais cet une chose imposible. S'il faut les faire revenir, il faudra prendre passiance et une autre fois prendre mieux ces mesures. Pour les Memoires de Tournemir je ne crois pas qu'il y aura a redire.’ L. vraagt B. van zijn confrères boeken voor hem te krijgen, die zij zelf hem hebben geweigerd. L. zal wegens klachten van Boudot voortaan alleen de gevraagde boeken zenden. L. zal bij het pakket de tabak in ruil voor messen doen, hoewel met tegenzin. L. vraagt de Oeuvres van Nouet van Muguet in de baal naar Sedan te doen. Apicius de re culinaria 8o is niet te krijgen; slechts weinig exemplaren zijn op kosten van enkele particulieren gedrukt. L. zal trachten de boeken die B. vraagt te vinden en ze anders in Engeland bestellen. L. bestelt 40 van B.'s Histoire de l'academie de l'année courante, zodra die gereed zijn, en vraagt of de Oraisons de M. de Fontenelle ook gauw klaar zijn. L. stuurt een brief voor monsieur Pegasse (bedoeld moet zijn de volgende).
24-11-1707: L. komt met reeks van klachten, o.a. het verzuim ‘de me faire savoir ce que nous pourrons faire du livre de mr. Boileau. Vous m'avez marquez dans une de vos lettres que vous aviez une voye et que vous me le feriez savoir, mais vous l'avez oublié.’ L. zendt een groot aantal van de Justification contre mr. de Cambray. L. heeft van Bignon permissie het aan hem te adresseren. Indien B. ze niet kan kwijt raken, moet hij ze aan Coquaire geven. In het pakket voor Dupuy van de douane zitten 1 Alose voor hem zelf en 2 Moyens de parvenir voor Girin. L. kan alleen met B. handelen, indien B. ook boeken van zijn confrères kan leveren. B. is nog 1800 l. schuldig en L. zendt hem nu naar schatting voor 3000 l. op rekening en 1600 l. in geld. B. kan die niet met zijn eigen boeken betalen. L. vraagt aan B. om aan de evecque de Montpellier (Charles Joachim Colbert, 1667-1738) de catalogus van de door hem gestuurde boeken te tonen. B. zal de volgende week aan monsieur Antié, diens bibliothecaris, schrijven (niet in copieboek).
28-11-1707: L. zendt factuur van boeken in geld, voor f 1224.4. - en zal volgende week de factuur van de boeken in ruil zenden. L. heeft 10 Gruters gekocht 4 gr. en 6 klein papier voor f 50. - en f 45. - en 10% rabat, samen f 423. -. L. moet over 3 maanden betalen en vraagt of B. dat kan. Anders levert hij ze liever aan Dezallier. L. bestelt boeken, sommige gebonden. L. vraagt over de post deffecten te zenden en daarbij te voegen 1 Lettres edifiantes tome 7. Van de gevraagde boeken heeft L. alleen 1 Machiavelli en 2 Prud. t. Noch le Clerc, noch andere boekverkopers kunnen de vraag van de abbé Colin (Abbé Hyacinthe Colin) beantwoorden.
1-12-1707: L. klaagt over fouten in B.'s rekening. L. zendt factuur van de boeken in ruil, voor f 1082.3. - met 30% toeslag dus f 1406.9. -. Hier zijn de Leguats en Tournemirs niet bij. L. vraagt bepaalde boeken aan andere Parijse boekverkopers te geven en hem 15 Voyage de la compagnie 12o 7 vol. te willen lenen, die hier uitverkocht zijn en worden herdrukt, en een Testament de Mons lat. fr. 12o. L. zendt een catalogus van in Amsterdam gedrukte opera's en bestelt een exemplaar van alle opera's zonder muziek van Ballard, die niet in deze catalogus staan, en ook het 8ste deel van de opera's, indien gereed.
5-12-1707: De deffecten zijn in Sedan niet aangekomen. L. vraagt nog andere boeken bij het pakket naar Sedan te doen, indien dit nog niet is vertrokken. L. vraagt of Ballard al is begonnen.
8-12-1707 (2-12) (aan madame B.): L. bestelt boeken en houdt daarbij speciaal rekening met B.'s eigen uitgaven. L. heeft nog niets gehoord van de door hem bestelde gebonden boeken. L. vraagt B. 51 Infiniments petits af te halen bij de marquise de l'Hospital, te collationeren en 6 te laten binden. Het schip, waarop reeds drie balen van L., vertrekt volgende week. L. zal nog een 4de baal bevrachten. L. vraagt B. via Rouen 50 Dictionnaire lat. fr. 8o, zodra die gereed zijn, te sturen en daarbij 30 Remarques de Faydit, die in Rouen herdrukt zijn.
12-12-1707 (aan madame B.): L. stuurt het cognossement van de 4de baal. Het schip zal nu vertrekken. L. stuurt 6 Gruters kl. en 3 gr. papier, al heeft B. niet geantwoord op zijn voorstel van 28-11. Remond zal er wel een kopen. B. moet permissie aan Bignon vragen om in de pakketten over Lille een aantal kranten te doen, als vervolg op degene die in de baal zijn.
15-12-1707: L. vraagt antwoord op zijn brief aan monsieur Pegasse. L. heeft nooit antwoord gehad op zijn vraag, wanneer de Palaeographia graeca van Montfaucon klaar zal zijn en of L. de alleenverkoop in Holland kan krijgen. Nu hoort L. van anderen, dat dit werk binnen de maand zal verschijnen.
26-12-1707 (aan madame B.): Het schip is zaterdag vertrokken. B. moet nu de cognossementen naar Lagisse zenden, na er door de fermiers generaux op te hebben laten zetten, dat ze in Parijs worden gevisiteerd. B. heeft L. al eerder bericht, dat dit geen moeite zal kosten. L. vraagt, waaraan hij het stilzwijgen van B. heeft te danken. B. heeft laten merken, dat hij boos is, dat een ander de vellen van Horace opstuurt. L. somt een aantal verzoeken op, die hij B. heeft gedaan, maar waaraan B. niets heeft gedaan.
| |
| |
12-1-1708 (5-1-1708): L. komt als antwoord op grieven van B. met grieven van zijn kant, o.a. ‘5. Je n'aurois pour repondre a vos griefs, qu'a vous prier monsieur de prendre la peine de relire sans preoccupation, ce que vous me faites l'honneur de m'ecrire. J' avoue que j'ay eu tort de me servir de votre passeport pour envoier des livres a vos confreres afin de m'aquiter avec eux en partie de ce que je leurs doit et ce qui m'a fait prendre cette liberté, c'est que j'ay cru pouvoir negotier avec vous comme je faisoit avec feu votre pere. Mais comme je me suis trompé, je prendray pour l'avenir d'autres mesures. 6. En verité, monsieur, vous n'y pensez pas lorsque vous voudriez que je ne negotia qu'avec vous seul, pendent que vous me devez 1800 l. et que je vous envoye pour 1000 ecus de marchandise, a peine pouvez vous me fournir pour 600 l. La chose ne seroit pas egale. Au reste j'envoye a vos confreres 4 a 5 sortes de livres, pendant que vous en avez pres de 150. Ou sonts je vous prie le 12 particuliers, a qui j'envoye, hors madame de l'Hopital, messieurs le Premier, Remond et un ou 2 autres. Je vous deffie de m'en nommer d'avantage et a peine tout cela se monte t'il a 400 l. Je ne crois pas que vous deviez vous plaindre d'une bagatelle telle que cette la et vous servir d'un proverbe qui n'est point du tout de mon caractere. 7. Je crois monsieur, qu'il ne seroit pas juste que vous envoiasiez a d'autres libraires de ce pays pendant que vous me devez et que je vous fournisse tout ce que vous me demandez, lorsqu'a peine pouvez vous me fournir le quart du montant de ce que vous me devez de vieux. Encore faut il attendre des années. Apres cela vous pouvez faire tout ce qu'il vous plaira. Je vous souhaite beaucoup de bonheur. Je vous prie pourtant d'observer, que si vous negotiez avec d'autres libraires de ne m'envoyer que 12 Histoire de l'academie 1707 en place de ce que je vous ay demandé et a
proportion de vos autres sortes.’ L. zendt B. het laatste paspoort, dat op B.'s naam staat, terug. L. vraagt wat hij moet doen met 150 Lettres d'Ossat, die hij voor B. heeft gekregen. L. vraagt per ommegaande bericht, welke boeken uit de balen over Rouen B. niet wil houden. ‘Je vous remercie de votre prospectus du Palaeographia. Il y a plus de 2 mois que je l'ay receu par un autre.’ Daar B. bericht heeft 2 Gruters gr. en 2 kl. papier te zullen houden, f 190. - met 10% rabat f 171. - of in Frans geld 67 ecus, vraagt hij deze te mogen trekken aan de order van Claude Jordan. B. moet 1 Gruter aan Bignon geven. L. wil wel boeken, die in het buitenland zijn gedrukt en alleen voor geld te krijgen, aan B. zenden, echter alleen als L. op B. een wissel mag trekken op 2 maanden na verzending van de boeken.
27-1-1708 (aan madame B.): L. dringt aan op antwoord. L. neemt aan, dat B. deze brief 1-2 zal hebben en op 5-2 het antwoord zal kunnen versturen, dat L. dan op 9-2 zal hebben.
6(?)-2-1708 (11-1) (aan madame Boudot): L. stelt nog een aantal vragen over zaken, die B. verzuimd heeft. L. vraagt aan Fournier 1 Morery te geven en aan monsieur Gelle, marchand de chevaux place Maubert, een Mezeray.
17-2-1708 (6-2): L. dringt opnieuw aan op antwoord. Zijn vriend bij de post is weg uit Parijs. L. weet een andere weg en vraagt brieven te brengen bij Girin.
8-3-1708 (aan madame B.): L. vraagt aan Robustel voor L.'s rekening 2 Vossius opera en 1 Critici Sacri te geven. L. is verbaasd, dat B. hem 4 artikelen in geld berekent en nog wel tegen een hoge prijs, terwijl L. de Gruters voor de prijs, die hij heeft betaald, berekent en nog wel met rabat. L. stuurt B. wel 100 artikelen, zodat B. niet alleen met eigen uitgaven kan betalen.
26-3-1708 (aan madame B.): L. zegt een afrekening te willen hebben en dan het correspondentschap te willen verbreken. B. heeft L. een groot onrecht gedaan door te weigeren de boeken voor andere Parijse boekverkopers af te geven op het pretext, dat de balen niet bevatten, wat L. had opgegeven. De boeken, die ontbraken, had L. reeds op 1-12-1707 aan B. verzocht te leveren uit de boeken van Roger. Ook betreurt L. het, dat B. niet aan Girin voor monsieur de Jean, uit dank voor het paspoort voor de verzending van de bijbels voor Desprez van Brussel naar Parijs, de St. Evremont 7 vol., Histoire de Basnage en 1 of 2 120's heeft willen afgeven. L. bestelt echter desondanks nieuwe boeken.
29-3-1708 (23-3) (aan madame B.): L. komt met nieuwe grieven en verdedigt zijn eigen optreden: ‘Je me souviens tres bien que vous me permites d'envoier des livres à vos confreres, pourvû que je ne tire point de balle separée.’ L. zegt geen 118 Voyages de Schouten te hebben gezonden, maar 176, waarvan 20 aan Roger behoren, dus 156 voor rekening van L. zijn. L. kan dit bewijzen door de ruil, die hij met Roger heeft gedaan. L. heeft inderdaad slechts een deel van het bestelde gestuurd, daar hij niet alles, wat in Holland verschijnt, kan ruilen tegen B.'s eigen uitgaven. L. wil de 6 Histoire de l'academie 1702, waaraan deel 1 ontbreekt, alleen voor rekening van B. houden. L. heeft in zijn magazijn voor meer dan 1300 l. aan aparte delen hiervan, waarmee hij niets kan beginnen. L. is het niet eens met B., dat L.'s prijzen exorbitant zijn. L. kan bewijzen door het reçu van Humbert, dat hij de Lettres d'Ossat pas na de verzending van de balen heeft ontvangen. Humbert moet nog in Parijs zijn en B. kan het hem zelf vragen. L. zal ze zenden, zodra hij van B. een paspoort heeft gekregen. L. weigert
| |
| |
de door B. niet bestelde boeken nu, 6 weken na ontvangst, nog terug te nemen, daar hij reeds 12.1 om direct bericht heeft gevraagd hierover. L. bestelt nog 6 Harmonie de Toinard en 6 Histoire de l'academie 1699.
12-4-1708 (5-4) (aan madame B.): L. zal desnoods de boeken terugnemen, maar vraagt B. wel zijn brief van 12-1 nog eens over te lezen. L. deelt mee, dat hij zelf een paspoort krijgt en nu aan alle Parijse boekverkopers, aan wie hij schuld heeft, boeken zal zenden, ook zijn eigen exemplaren van de Lettres d'Ossat. L. zal Osmont antwoorden over de vrouw, die bij B. is geweest. L. sluit een brief voor monsieur Warin in (niet in copieboek opgenomen). L. vraagt bericht, wanneer 9de deel van de Histoire de l'academie en de Montfaucon uit zullen zijn. Pocquelin klaagt, dat hij de St. Irenée niet heeft gekregen.
23-4-1708 (aan madame B.): L. schrijft, dat de kist en het pakket, dat B. bij de baal, die madame Roulland heeft verzonden, heeft gevoegd, bijna de confiscatie hebben veroorzaakt. Er zat in de baal geen gebonden Histoire de l'academie 1706 voor m. Buissiere (Paul Buissiere, beroemd anatoom te Kopenhagen). L. heeft nog steeds de deffecten, in september gevraagd, niet ontvangen. Ook wacht L. nog op de boeken, die hij 26-3 en 12-4 heeft besteld. L. bestelt de vertaling van Calmet van de Genesis.
30-4-1708: L. wacht met ongeduld op de bestelde boeken, daar hij aan zijn opdrachtgever beloofd heeft binnen de 2 maanden te leveren. B. collationeert zijn boeken slecht. Van 2 exemplaren van Morery kan L. niet eens 1 volledig exemplaar samenstellen. Men biedt L. in ruil werken van Corneille en Baudrand aan. L. wil deze echter bij voorkeur van B., die nog schuld aan L. heeft, en vraagt B. daarom resp. 12 en 4 van deze boeken.
7-5-1708 (27-4) (aan madame B.): L. verdedigt zich tegen B.'s beschuldiging, dat L. te hoge prijzen rekent. ‘Je vois bien madame, que vous ne connoisé pas encore la politique de certains libraires de chez vous, qui donnent les livres, que les autres ont, a un prix modique et ceux, qu'il savent estre les seuls qui les ont, ils savent y mettre un bon prix. Vous jugez bien madame qu'il est cette politique. Je l'ay eprouvé moy meme, estant a Paris et surtout en Suidas etc.’ L. stelt nu voor, dat Robustel alle prijzen zal bepalen van de boeken, die L. aan B. heeft geleverd. L. zal aan Boileau en aan Duchesne schrijven. B. heeft wel geschreven, wat hij heeft gedaan met een deel van de Leguats, maar niet, wat hij heeft gedaan met de exemplaren van de baal, aan Bignon geadresseerd. L. bestelt boeken en vraagt die te zenden in een baal met de Palaeographia van Montfaucon. L. zal nog een lijst van boeken van de Lespine zenden, die B. naar hij weet in ruil kan krijgen.
14-5-1708 (aan madame B.): L. zal 150 Lettres d'Ossat sturen met 1ste schip, dat vertrekt. Robustel zal B. een voorstel doen over het paspoort. L. heeft een gedeelte van B.'s paspoort gebruikt en zal dat teruggeven op zijn paspoort van 10.000 pond. L. heeft van Girin gehoord, dat B. de deffecten van Morery niet wil afgeven. L. vraagt nogmaals om een baal met Palaeographia.
21-5-1708 (aan madame B.): L. vraagt 25 van de 50 Palaeographia gebonden. L. mist in de Bible van Duhamel ff tom. 2 en vraagt die per post.
4-6-1708 (28-5) (aan madame B.): L. erkent, dat het juist is, dat hij aan Ballard heeft verteld, wat B. hem schuldig is, maar pas nadat B. aan Ballard had gezegd, dat L. aan B. een aantal Puffendorf schuldig was en deze alleen aan B. mocht zenden. L. dreigt aan een van zijn vrienden een procuratie te geven met factuur van alles, wat L. aan B. heeft gezonden, om betaling in geld te eisen, tenzij B. direct een preciese afrekening zendt. L. is zeer verbaasd, dat B. geen Palaeographia wil sturen, omdat zij die in compagnie heeft gedrukt. L. vraagt onmiddellijk 50 exemplaren, ongebonden om oponthoud te voorkomen, anders dreigt L. met B. te breken. L. kan niet meer dan 12 van B.'s Dictionnaire en 12 Eloges de Fontenelle gebruiken.
16-7-1708 (8-6 en 9-7) (aan madame B.): L. heeft de kist over Lille met gebonden boeken nog steeds niet ontvangen, die B. in brief van 8-6 meldt. In de 2de brief gebruikt B. naar aanleiding van L.'s brief van 4-6 de termen ‘choquent, desobligent et malhonnette’, wat L. niet kan begrijpen. L. is zeer verbaasd slechts 12 Palaeographia te zullen krijgen. L. vraagt er nog 40. Verder heeft L. 50 Dictionnaire lat. fr. en 100 Eloges de Fontenelle ontvangen, terwijl L. er maar 12 van ieder heeft gevraagd. De rest houdt L. voor rekening van B. Als L. zich wilde wreken op de streek van B. om de Leguats terug te sturen, zou hij het met deze boeken kunnen doen. ‘Mais a Dieu ne plaise que je voulu en agir de cette maniere. Dieu me deffend de rendre le mal pour le mal. Je ne puis donc croire autre chose madame que c'est par desin premeditez que vous me renvoyé le dit livre, puisque vous même vous m'avez fait l'honneur de m'ecrire le 27 d'avril dernier, que m. B. avoit ordoné a vos sindic de faire remballer les Voyage de Leguat et de les adresser a mr. Lagisse pour m'estre renvoyé, mais qu'au lieu de cela vous écriviez audit sr. Lagisse de les renvoyer chez vous a l'adresse de mondit sr. A.B. sans avoir egard a la lettre de vos officier. Ce sont là vos termes, ne trouvez dont pas mauvais si je me plaint du tort que vous me faites. J'avois lieu d'esperer un autre traitement.’
| |
| |
23-7-1708: L. dankt voor de afrekening en zal zelf een debet- en creditrekening zenden, zodra hij antwoord heeft op de volgende 12 vragen, o.a. 2. B. berekent bij afrekening van 3-7-1707 de Dictionnaire de Trevoux op 36 l., nu op 40 l. 4. ‘Vous savez que je fis un change pour vous avec mr. Coignard. Vous lui donnate des Dictionnaire de Trevoux pour des Dictionnaire de Moreri. Et souvenez vous, s'il vous plait, que vous me dite, que vous avié trop de Moreri, et que je vous promis d'en prendre quelques un en change. S'a esté dans cette vue la que je vous les ay demandé. Je crois qu'il est de la justice de me les metre en change. Cependent j'en passeray par ou vous voudré.’ 5. Waarom berekent B. de Usage de la foy et de la raison nu voor 2 l. 5 s. voor geld en op 3-7-1707 voor 2 l. 10 s. in ruil? 7. ‘Je suis surpris que vous me passié a compte d'argent le Paleographia graeca. Prené la peinde d'examiner mes factures, vous trouveray bien des livres qui vallent au moin celui-la et qui ne sont point de mon edition, que je vous passe a compte de change, comme par exemple Cellarii geographia, Traité des dogmes de Jurius, Biblia hebraica, Bibliotheque universelle, Bibliotheque choisie, Republique de lettres compl., Justification du silence, sur lequel livres vous avez gagné considerablement, le St. Cyprein et enfin plusieurs autres livres que je ne suis obligé de vous doner en change. Si vous me metté donc le Paleographia en argent, je seray obligé de vous passer sur le meme pied plusieurs livres.’ 8. ‘Je suis surpris, que vous me pasé a compte de change les 3 Apendix Augustiniana, vu que je les ay acheté a monsieur Mortier en argent.’ L. heeft namens wijlen Boudot 1 Histoire de l'academie 1-6 aan Bernouilli (Johannes Bernoulli, 1667-1748, tot 1705 professor in de wiskunde te Groningen) in Groningen gegeven, die
nog niet is afgerekend. B. mag, indien hij denkt dat er geen risico in zit, aan Aury een pakket, bestemd voor wijlen de weduwe Barbin, aan wie L. nog schuld had, geven. L. zal alles terugnemen, wat B. niet wil houden, behalve 5 van Til contre Joncourt 4o, daar die bij andere boeken over dit onderwerp horen en op zich zelf geen waarde hebben. L. wil tot een algemene afrekening komen. Daarna kan B. beslissen of hij al of niet door wil gaan. L. zendt begin volgende maand de Lettres d'Ossat. Indien 150 te veel is voor B., wil L. er wel enige in ruil nemen. ‘Pour vous prouver d'autant plus, que mon intention est de vivre en bon inteligence avec vous, je vous offre monsieur a vous laisser vendre l'Horace a vous seul, pendent deux ou 3 mois. C'est a dire de le mettre a votre nom, comme si vous l'aviez imprimé et de vous le laisser afficher, pourvu que vous me tenié compte en argent des exemplaires que vous vendré pendent ce temp la et cela sur le pied dont nous conviendron. Sur quoy je vous prie de vous expliquier afin que si ce que je vous propose ne vous convient pas, je prene mes mesures. Ailleurs je me propose donc de ne doner ce livre en change que lorsque je seray mois meme a Paris, ce qui n'arivera pas de plus de six mois, ayant en vue de faire un autre voyage dans six semaine en Angleterre et en Allemagne.’ De Hardouin en de Horace zullen beide binnen 3 maanden klaar zijn. Voor de Hardouin biedt L. aan B. precies hetzelfde aan. L. mag met permissie van de instantie, die B. bekend is, een aantal exemplaren zenden.
23-8-1708: L. hoort van Girin, dat B. 10-8 heeft geschreven. De brief is niet aangekomen, waarschijnlijk door het beleg van Lille, zodat L. een copie ervan vraagt om tot afrekening te kunnen komen.
30-8-1708: L. heeft nog steeds geen antwoord. L. heeft de Lettres d'Ossat verstuurd, maar er 39 zelf gehouden. L. zal die met B. afrekenen of ze teruggeven, wanneer B. dat wil. Humbert was na zijn terugkeer uit Parijs zo slecht gestemd, dat L. geen zaken met hem kon doen, en daar L. de Parijse boekverkopers met dit boek wilde betalen, wat hij schuldig was, heeft hij exemplaren van B. genomen. L. heeft B.'s paspoort gebruikt, omdat hij voor 4000 l. zond en zelf paspoorten voor 3000 l. had. B. mag een volgend maal het zijne gebruiken. L. zendt aan Delaulne en aan Dupuys bewijsjes om 2 Dictionnaire de la langue sainte en 10 Buxtorfi Epitome gramat. hebr. 8o af te halen, die B. nog van L. in commissie heeft. B. kan aan alle boekverkopers, voor wie boeken ingesloten zijn, de port terug vragen, behalve aan Desprez. De port voor diens boeken moet B. op L.'s rekening zetten. B. moet op L.'s credit zetten f8 voor de emballage en uitvoerrechten van de baal.
| |
Bourdelin
Charles Bourdelin, 1668-1717, philoloog en werkzaam op het bureau van de Pontchartrain voor vertaling van vreemde depeches, medewerker aan de Mémoires de l'academie.
11-8-1707: L. bericht hem voor f 38 of wel 53 l. boeken uit Engeland gestuurd te hebben: 1 Shakespeare's
| |
| |
works fol. f 14, 18 Comedies angloises a 15 st. en 10 a 10 st. f 18.10. -, 6 portretten van St. Evremont a 10 st. f 3. - en aan port van Engeland naar Amsterdam f 2.10.-.
| |
Broncard (J.F.)
Jean François Bronckart, boekverkoper en drukker te Luik, 1695-1720.
In zijn editie van de Memoires pour l'histoire des sciences van februari 1703 plaatste de Lorme achterin het volgende ‘avis’: ‘P. Marret, libraire à Amsterdam, avertit le public et particulierement les libraires, que l'édition de l'Histoire des favorites, que la veuve Foppens d'Anvers vient de faire, sous le nom de Jean François Broncart, libraire à Liege, est defectueuse; et qu'il en a fait une nouvelle édition corrigée et augmentée de deux histoires par l'auteur.’
30-8-1707: L. hoopt, dat B. zijn pakket heeft ontvangen en ook dat uit Parijs. L. vraagt B. aan zijn knecht' indien die naar Frankfort is vertrokken, op te dragen een exemplaar van alles in Latijn en Duits aan B. te zenden voor L., behalve prekenbundels en kerkboeken. L. vraagt zo snel mogelijk een opgaaf van deze boeken en van de prijzen. De boeken, die B. moet kopen, zal L. in geld betalen.
2-9-1707 (30-8): L. is verbaasd, dat B. nog niets uit Parijs heeft gehoord. L. voegt nog aan de vorige brief toe, dat hij geen boeken wil hebben uit Genève, Zwitserland, Leipzig, Saksen, Brandenburg, Lüneburg, Zweden, Denemarken en naburige landen, maar alleen boeken, gedrukt in Weenen, Frankfort, Keulen, in een woord alles uit Oostenrijk, Rijnland, Beieren, Augsburg etc.
6-9-1707: L. stuurt B. een rekening van f 441.15. - voor geleverde boeken uit Parijs en Holland. Onderaan de rekening kan B. het rabat zien, dat L. hem geeft. Volgens afspraak berekent L. de Franse boeken in guldens. L. verdient er niets op, omdat hij voor meer dan 300 l. in geld heeft betaald, maar hij hoopt dat B. in het vervolg niet meer van dit soort boeken zal vragen. Door geldgebrek was het L. onmogelijk al het gevraagde te sturen. L. vraagt B. de ingesloten wisselbrief, vervallende op 1 maart 1708, geaccepteerd terug te zenden. L. vraagt, wat hij aan Robustel moet antwoorden over de schuld, die B. nog aan Robustel heeft. L. stuurt de titel van Leguat.
9-9-1707: L. heeft vergeten te zeggen, dat in het pakket uit Parijs voor L. zelf een Vavassor de epigrammata 8o en voor le Clerc een pakket zitten. L. vraagt de naam van de vader van B.'s knecht, bij wie L. boeken uit Keulen wil bestellen.
16-9-1707: L. vraagt niets uit Frankfort te sturen, daar alles afbesteld is.
| |
Cavelier libraire au Palais a Paris
Waarschijnlijk was dit de vader Guillaume Cavelier, niet de gelijknamige zoon, die in 1702 libr. werd.
Guillaume Cavelier, geb. Parijs ± 1658, zoon van de libr.-impr.-relieur Guillaume Cavelier, 4 jaar in dienst bij Osmont, 1683 libraire au Palais, in 1701 1 apprentif, geen drukkerij, st. 1727.
12-9-1707: L. zendt titel Leguat, bestelt boeken en vraagt opgaaf van boeken, die C. in ruil kan leveren en van hem wil hebben.
15-12-1707: L. dankt voor de boeken, die C. aan madame Roulland heeft gegeven. L. stuurt C. boeken over Rouen. L. vraagt C. aan Boudot of madame Roulland te geven 1 Corneille, 2 Herbelot, 2 Moliere, 2 Racine,
| |
| |
6 Architecture de Savot en 2 Histoire de Bretagne van Lobineau. Bignon heeft de Tournemir toegestaan, de Leguat geweigerd, zodat L. daarvan niet kan zenden.
30-8-1708: L. kan de gevraagde boeken niet zenden, daar de meeste er niet meer zijn en daar hij aan veel boekverkopers te Parijs moet sturen en moeite heeft genoeg te vinden, omdat veel uit Holland niet passeert bij de Chambre. L. hoopt, dat C. tevreden zal zijn met het gezondene, voor 337 l. 10 s., waarmee zij bijna quite zijn.
| |
Chaamont of Chaumon
16-7-1708: L. zendt hem een rekening voor geleverde boeken in 1706, 1707 en 1ste half jaar 1708, tezamen f 80.8. -. Sedert enige tijd zendt L. hem een gazette en lardon in een brief aan m. de Leprond te Bar-le-Duc, die bestemd zijn voor zijn zwager Jordan. L. verzoekt C. deze door te geven, daar Jordan klaagt niets meer te krijgen.
| |
Chamillard le Sué (le reverend pere)
Etienne Chamillart, 1656-1730, Jesuiet, numismaat en medewerker aan de Journal de Trevoux van 1702-1723 en aan de Journal des Savants.
8-8-1708: L. biedt C. een exemplaar van het werk van Hardouin aan, maar vraagt hoe het te zullen sturen, daar hij vreest, dat het in Frankrijk niet mag worden verkocht. Daarna geeft hij een uiteenzetting over zijn moeilijkheden met Hardouin.
| |
Charpentier au second pillier de la Grande Salle du Palais, proche la Chapelle au Bon Charpentier à Paris
Hierosme Henry Charpentier, geb. Parijs 1658, zoon van de libr. Thomas Charpentier, 1683 libr., 1685 boutique au Palais, in 1701 geen apprentif, st. vóór 1737.
1-9-1707: L. zendt titel Leguat en een lijst van boeken, die C. het vorig jaar aan L. heeft gegeven, toen die te Parijs was. L. bestelt boeken, die madame Roulland voor hem zal afhalen, en hoopt, dat C. hem die op crediet wil geven.
15-12-1707 (30-10): L. is verbaasd, dat C. hem voor 67 l. boeken heeft gestuurd, die L. niet heeft gevraagd en die C. zegt voor geld gekocht te hebben. L. zal deze terugsturen. L. stuurt een lijst van boeken, die hij via Rouen aan C. stuurt. L. bestelt bij C. 12 Venerony, 25 Etat de la France en 2 Lobineau.
29-12-1707: L. deelt mede, dat in alle 6 Delices d'Italie de platen ontbreken en vraagt deze snel via Boudot over Lille te sturen. L. vraagt nog 4 Savary en 6 Corneille. L. zendt aan C. 15 Lettres d'Ossat, aan David ook 15 en aan Ribou 10. Alleen zij drieën en Boudot zullen deze hebben.
5-4-1708 (22-3): De boeken van 67 l. zijn hier grotendeels nagedrukt en die van 40 s. worden hier nu dus voor 5 of 6 s. verkocht. L. meende, dat C. 100 Tournemirs wilde hebben, maar zal er nu 88 door een ander laten afhalen. L. gelooft niet in het pretext van C., dat er kartons in de Histoire de Bretagne ontbreken en dat C. daarom niet kan leveren. C. kan beter openlijk zeggen, dat hij ze niet wil geven. Madame Boudot is L. meer dan 1000 ecus in boeken en 500 in geld schuldig. Daarom mocht L. beschikken over haar Lettres d'Ossat. Zodra L.
| |
| |
een eigen paspoort heeft, zal hij een baal zenden aan C., David, Ribou of Cavelier. Aan hen vieren biedt hij de Nouvelles de Cervantes aan. L. zal dan op de exemplaren van ieder de eigen naam laten drukken. L. vraagt spoedig antwoord, daar het eerste vel al is gezet en hij met afdrukken wacht op C.'s beslissing.
30-8-1708: L. heeft voor 1287 l. aan boeken gekregen en voor 296 l. geleverd. Nu zendt hij via David voor 954 l. Indien C. de Memoires de Tournemir houdt, zal L. de boeken voor 67 l. houden. L. bestelt niets bij C., daar C. blijkens zijn brief van 22-3 boos is. De meeste boeken, die C. heeft besteld, zijn uitverkocht.
| |
Clement
Nicolas Clément, 1647-1712, onderbibliothecaris van de bibliothèque du Roi. De Lorme schrijft over hem aan Etienne 13-1-1707: ‘Mr. Clement c'est un homme qui n'est jamais content. Ce que j'ay envoié n'est que par ordre de mgr. de Reims (Charles Maurice Letellier, 1642-1710) avec qui j'auray affaire et non avec luy. C'est peut etre ce qui le rend de mauvoise humeur’.
ff 21931, 58: 15-3-1707 een baal van Rouen, gericht aan Mr. Clement voor de bibliothèque du Roi met enkele verboden boeken, bij de Chambre in beslag genomen, op order van Bignon teruggegeven 15-4.
In 1706 gaf Clement toestemming aan Jean Aymon om alleen in de bibliotheek te werken, waarop die zijn beruche diefstal van manuscripten pleegde en daarmee naar Holland uitweek. Door bemiddeling van de Staten van Holland kwamen enkele manuscripten terug. De gehele geleerde wereld was hiermee bezig, zoals men o.a. ziet uit de brieven van Cuper aan Basnage (26-11-1707), La Croze (19-11-1708) en Bignon (1-1-1709 en 23-4-1709). Van Protestantse zijde waren de reacties soms enthousiast, bijv. een brief van 21-9-1707 van de zoon van Jean Leger te Genève, die gegevens verstrekte uit de papieren van zijn vader voor een eventuele uitgaaf, aan ‘Monsieur Aymon, fidelle ministre de Jesu Christ à la Haye’: ‘Nous avons veu ici la lettre que vous avez écritte touchant les manuscrits que vous avez apportez de France. On ne peut s'empêcher d'y admirer la maniere dont il vous ont été confiez et surtout celle dont vous avez obtenu un passeport ou vôtre qualité de ministre Protestant étoit exprimée. Il y a sans doute là dedans des choses ou la curiosité ne doit point penetrer, mais qui nous engagent pourtant à adorer les voyes de la providence et à benir Dieu de ce qu'il répand la lumière dans les lieux où l'on a tant pris de precaution pour l'éteindre. Vous ne devez point douter, monsieur, que cette même Providence ne vous appelle à mettre au jour ce qu'elle a fait tomber entre vos mains.’ (U.B. Leiden). Van Rooms Katholieke zijde was de reactie uiteraard anders, bijv. in de Journal de Trevoux november 1710 (2007): ‘de Hollande. Mr. Aymon continue de mettre en commerce les manuscrits qu'il a tiréz de la Bibliotheque du Roi de France, par un tour que ses anciens pénitens les galériens lui ont sans doute appris. Charles de Lo (boekverkoper Den Haag, 1706-1710) qui avoir imprimé pour
lui ‘les Monumens de la religion des Grecs’, vient d'imprimer ‘les Lettres de Visconti en Italien et en François in 4o deux volumes.’
3-1-1707 (26-12-1706): L. vraagt opgaaf van de boeken, die C. niet wil houden. L. kan de boeken voor Remond niet meer uit de baal halen. L. ontkent echter zich te bedienen van de naam van de bibliothèque du Roi om boeken aan Remond te sturen. Hij stuurt alles op een eigen paspoort van 8000 pond, ook de baal aan Clement.
| |
| |
L. zal hem de catalogi sturen aan het adres van monseigneur l'abbé Dubois. (Guillaume Dubois, 1656-1723).
10-1-1707: L. stuurt C. cognossement van de baal om door te zenden aan Maurry te Rouen. Het schip is 3 dagen geleden uit Rotterdam vertrokken. Op de rekening komt nog f 15 voor emballage, uitvoerrechten en andere onkosten. L. heeft gehoord, dat C. niet tevreden is over de boeken.
1-9-1707 (12-8): L. heeft met de boekverkoper de Voys (Willem de Voys, boekverkoper den Haag 1703-1730) uit den Haag gesproken over de diefstal van de manuscripten. L. is het niet eens met het plan, dat de Voys aan C. heeft voorgelegd. L. wil allereerst een lijst van de manuscripten hebben, die bij C. zijn gestolen, en dan een brief van de abbé Louvois aan de raadpensionaris Heinsius. De persoon in kwestie mag er echter geen lucht van krijgen, opdat hij niets laat verdwijnen. ‘D'ailleurs l'affaire en question est plutot un affaire d'autorité qu'une affaire de justice.’ L. vraagt C. om de 13 stukken, die volgens C. ontbreken aan van der Meulen. L. stuurt een opgaaf van nieuwe Hollandse uitgaven en van uitgaven, ontvangen uit Engeland, en vraagt bestelling.
| |
Clerc (le)
Nicolas le Clerc, geb. Parijs ± 1655, 7 leer- en dienstjaren bij Barbin, 1689 libr., st. ± 1742.
30-1-1708: L. stuurt C. boeken en vraagt bericht, indien C. ze niet wil hebben. L. bestelt boeken.
8-3-1708: L. bestelt boeken.
30-8-1708: L. heeft 4 Lamy Connoissance de soi meme en 12 Reflexion sur le traité de la priere ontvangen en C. van hem 1 Voyage de la Compagnie 7 vol. en 3 Voyage de Schouten, tezamen 39 l. Nu zendt L. voor 50 l. boeken en vraagt nog 4 Lamy Connoissance.
| |
Coignard (J.B.) rue Saint Jaques à la Bible à Paris
Jean Baptiste Coignard, geb. Parijs 1664, zoon van de libr.-impr. Jean Baptiste Coignard, 1687 libr., 1689 na de dood van zijn vader opgevolgd in diens zaak, 1701 1 apprenti, 21 compagnons, 6 persen, 1701 in bestuur communauté. Hij was imprimeur ordinaire de Sa Majesté en imprimeur de l'academie, st. 1735.
Hij was de drukker o.a. van de Dictionnaire de Furetiere en van de Dictionnaire de Moreri. Verlenging van het privilege voor de laatste - zeer voordelige - uitgaaf kreeg hij alleen door de verplichting op zich te nemen de Antiquitates constantinopolitanae van Banduri uit te geven. (Martin 310).
28-7-1707: L. schrijft, dat er nog genoeg tijd is om zaken te doen betreffende de Horace en de Dictionnaire Geographique et historique. De eerste moet nog begonnen worden, van de tweede zijn pas 300 vel gedrukt. L. zal aan C. zenden 6 Concord. Bibliorum 8o en 19 Biblia sacra, al zijn die moeilijk te krijgen, die L. nog schuldig is wegens hun ruil van 19-7-1704. C. heeft voor 271 l. gezonden en L. heeft hem 20 Missels voor 300 l. geleverd. L. vraagt nu nog 2 Breviaire de l'ordre de St. François 8o 2 vol. en 4 Diurnel 8o. Men herdrukt in den Haag C.'s Lettres de Ciceron a ses amis 12o 4 vol. Indien L. in Holland was geweest, had hij dit kunnen beletten.
29-8-1707: L. schrijft, dat madame Coignard op de vraag van Girin, waar L. de platen van de 2 Hist. de Gondi 4o 4 vol. moest plaatsen, heeft geantwoord, dat L. maar een 3de moest kopen om dat te zien. Indien L. niet direct bericht krijgt, stuurt hij de 2 exemplaren terug en moet C. de kosten van vervoer naar en van Amsterdam betalen. L. zal C. 100 fr. rabat geven op de bijbels 8o. L. zendt titel Leguat, vraagt bestelling en bestelt boeken.
15-9-1707 (7-9): L. zal later antwoorden op zijn brief, bestelt nu een gebonden Maison de Gondy en vraagt of
| |
| |
hij een ongebonden franco mag teruggeven. Het is een te duur en onverkoopbaar boek om extra exemplaren van te hebben. ‘Si vous voulez que je vous tienne parole au sujet des Missels de St. François fol., que j'ay a la Chambre, faite les donner a madame Roulland, faute de quoy ne preniez pas mauvais si j'en demande le debit chez vous.’
20-11-1707: L. stuurt via Rouen boeken en vraagt bericht, indien C. deze niet wil hebben. Biblia 8o de Cologne zijn niet te vinden. L. stuurt 24o. De prijs is dezelfde, maar als C. minder wil geven, moet hij dat zeggen. L. zal 6 Concord. 8o sturen, zodra hij dit kan.
15-12-1707: (geheel dezelfde brief als de vorige, alleen het volgende toegevoegd): L. hoort, dat de Antiquitates Constantinopolitanae zullen verschijnen, zodra de platen klaar zijn. L. stelt voor er 25 te ruilen tegen exemplaren van de Horace.
8-3-1708: L. vraagt waarom C. niet heeft geantwoord op zijn voorstel. L. bestelt boeken.
30-7-1708: L. wacht nog steeds op antwoord en heeft gehoord, dat C. de hem gezonden boeken niet heeft geaccepteerd en dat hij het bestelde niet aan madame Roulland heeft willen afgeven.
| |
Cot (Pierre) rue Saint Jacques a l'entrée de la rue du Foin à la Minerve Paris
Pierre Cot, geb. Parijs, zoon van de libr.-impr. Jean Cot, 1703 libr., tevens lettergieter, 1712 impr., st. ± 1715.
Op 1-9-1707 schrijft de Lorme aan Etienne om bij Cot langs te gaan en hem 6 Dissertation sur le Janus, 6 Traité de la police fol., 6 Explication d'une inscription antique trouvé a Lion, 6 Dissertation sur le culte que les anciens ont rendu a la déesse de la Senté en 6 exemplaren van alles, wat Cot drukt in dit genre en andere boeken, met uitzondering van kerkboeken, te vragen. L. zal daarvoor terugzenden, wat Cot wenst.
22-9-1707 (10-9): L. feliciteert C. met zijn nieuwe waardigheid. L. geeft op verzoek van C. een uiteenzetting van zijn bedoeling. ‘Voici mon intention, c'est de vous envoyer des livres de ce pays-ci, qui pouroit vous etre utille, pour ceux que je pouray tirer de vous. C'est ainsi que je fait avec plus de 20 libraire, avec qui j'ay compte ouvert a Paris, et la proposition que vous me faites, ne me convient pas.’ L. heeft met wijlen Boudot voor meer dan 10.000 ecus verhandeld.
2-7-1708: L. heeft C.'s boeken via madame Roulland ontvangen en vraagt nu de prijzen. L. heeft van Dacier gehoord, dat C. een Reponce van Dacier tegen Masson drukt. L. bestelt 100 exemplaren, mits hij in boeken kan betalen.
30-8-1708: L. vraagt om antwoord en stuurt voor 90 l. boeken aan C.
| |
Dacier
André Dacier, 1651-1722, vertaler en geleerde te Parijs, wiens vertaling van Horace de Lorme in Parijs laat drukken.
21-11-1707 (13-10): L. tracht D., die hoogstens 3 vel per week wil corrigeren, over te halen een corrector te nemen of 6 vel per week na te zien. Het convenieert L. niet 12.000 à 14.000 l. twee jaar kwijt te zijn. Hij wil in een jaar klaar komen. Remond en Fraguier geven L. hoop, dat D.'s Reponce aan Masson (Jean Masson, ± 1680-1750) spoedig gereed zal zijn. Masson is teruggekeerd naar Engeland, waar hij zijn domicilie heeft.
| |
| |
8-12-1707 (27-11): L. is verbaasd, dat Ballard de letters, die 8 maanden geleden zijn besteld, nog niet heeft. L. is tevreden, indien D. 5 vel per week corrigeert. Om de index in deel 10 niet te groot maken, zou L. er liever 2 hebben. ‘Mr. Masson est un refugiez, ministre de l'eglise anglicane en Angleterre. Il estoit autrefois chapelain de l'eveque de Worcester, lequel est habile cronologeur. Un jour Mr. Masson lui demanda la permission de lui dedier un livre, dans lequel il prenoit la libertez de critiquer son maitre. Cet eveque la lui donna, en lui disant qu'il ne trouva pas mauvais, s'il lui faisoit repondre par un écolier. Mr. Masson n'est nullement estimé dans ce pays, encore moins en Angleterre. C'est un homme sans livre, sans lecture, fort presomptueux, qui meprise tous les savans et croit qu'il n'y a que lui qui le soit, en un mot un mauvais copiste. Voila mr. le veritable portrait de votre antagoniste.’ L. vraagt D. een brief te sturen voor de Huguetan's over de schuld, die zij aan D. hebben. L. zal trachten voor D. een exemplaar van zijn Marc Aurele te vinden.
19-1-1708: L. heeft van Quillau gehoord, dat Dacier geen copie afgeeft, en L. verdenkt D., dat hij niet de waarheid heeft gesproken, toen hij bij het maken van het contract zei, dat de copie geheel gereed was.
6-2-1708 (29-1): L. heeft D.'s brief van 8-12 nooit ontvangen. L. heeft voor D. het gevraagde bij Roger gekocht. L. begrijpt van D., dat Quillau onwaarheden vertelt. L. zou graag een corrector betalen. L. hoopt, dat D. 6 vel per week wil corrigeren. L. zal thee zenden, zodra hij een mogelijkheid heeft. Met de Corelli zal L. een catalogus van muziek zenden met opgaaf van prijzen.
19-3-1708 (5-3): L. vraagt D. nogmaals om medewerking, dat de drukkers 3 vel per week kunnen afleveren en schrijft over het ontwerp van Picart voor de titel. L. vraagt D. om een excerpt van zijn Reponce aan Masson, opdat L. dit in de kranten kan laten zetten. L. heeft Quillau gezegd, dat de maker van de indices dit in overleg met D. moet doen. L. wacht nog op D.'s brief aan de Huguetan's over de 2 Dictionnaires.
4-6-1708: L. is tevreden over D. en over de drukkers. Indien Cot wil ruilen, zou L. graag 100 Reponces aan Masson hebben. L. zal 7 juni ½ pond thee zenden naar het aangegeven adres. Dit zal 11 juni in Parijs zijn. Het kost f 8 en de kist 6 st., tezamen ± 13 l.
| |
David (M.) quay des Augustins à la Providence à Paris
Michel David, geb. Parijs ± 1656, zoon van de libr.-impr. Denis David, 1680 libr., in 1701 1 apprenti, verkoopt oude boeken en geeft nieuwe uit, 1707 in bestuur communauté, st. ± 1719.
29-8-1707 (11-8): L. zal een Vie de Sixte V in het Frans zenden, in het Latijn is het waarschijnlijk niet te krijgen. L. zendt titel Leguat en hoopt, dat D. zal zorgen, dat het niet wordt nagedrukt. L. vraagt een catalogus van het fonds van de weduwe Muguet (Catherine Pilé, wed. François Muguet), dat D. heeft gekocht, met prijzen, en vraagt hieruit de koperplaten voor zijn uitgaaf van Hardouin te mogen kopen. L. bestelt boeken.
15-12-1707: L. stuurt opgaaf van de boeken, die hij D. via Rouen zendt. Indien D. enkele ervan niet wil hebben, moet hij dit berichten. L. zendt de Tournemir slechts aan 6 personen in Parijs.
2-2-1708 (24-12-1707): L. dankt David voor zijn aanbod van de platen van Hardouin. Helvetius zal moeite hebben de Arianisme van Maimbourg te vinden en de Seizieme siecle van du Pin zal hij niet vinden, daar deze nog niet is gedrukt. L. zou gaarne voor de helft deel hebben in D.'s Venerony, maar hij heeft geen geld. L. vraagt deffecten voor de Corpus Hist. Bysant. L. kon D. de gevraagde boeken niet sturen, daar ze uitverkocht waren. L. zal de Tournemir en Schouten, die D. niet wil houden, zeker kwijt raken.
27-2-1708: ‘On doit vous envoyer de Lisle par le carosse a votre adresse un petit paquet de 2 12o. C'est une traduction en françois de l'espagnol du 2e et 3e volume de l'Homme detrompé ou le criticon de Baltazar Gracian, ce qui fait 34 feuilles. J'espere monsieur, si vous le reimprimé que ce sera un livre de delict et je vous l'envoye dans la vue que vous y fasiez du profit. Marquez moy, si vous desirez que je continue a vous envoyer ce qui paroitra bon a rimprimer chez vous.’ L. stuurt lijst van boeken, die D. moet laten binden.
30-8-1708: L. zendt D. de cognossement en factuur van de baal, die hij via Rouen heeft verzonden. D. kan deze van Lagisse krijgen en moet de boeken verdelen volgens de factuur en ieder pro rata de port laten betalen. L. kan niet alle gevraagde boeken sturen, daar ze uitverkocht zijn. D. heeft voor 812 l. geleverd, L. voor 144 l., zodat L. nog 668 l. schuldig is. L. zendt nu aan D. voor 647 l. boeken. Boudot heeft L. bericht, dat D. voor d'Ageseaux (Henri François d'Agesseau, 1668-1751) een Republique heeft laten afhalen. Deze moet D. nog met L. verrekenen.
| |
| |
| |
Delaulne
Waarschijnlijk Florentin Delaulne, geb. Parijs ± 1664 zoon van de libr.-impr. Pierre Delaulne, in 1685 tezamen met zijn broer Pierre als libr. gevestigd, st. ± 1722.
5-9-1707: L. bestelt boeken, zendt titel Leguat en stelt voor zaken te doen.
30-1-1708: L. heeft van madame Roulland gehoord, dat D. de boeken niet gereed had. L. heeft Delaulne boeken gestuurd via Boudot, en vraagt bericht, indien D. deze niet wil hebben.
30-8-1708: L. heeft de boeken, die D. 15-1 via madame Roulland heeft gestuurd, ontvangen. De rekening van 295 l. is 13 l. te hoog. Baudrand van 22 l. moet zijn 18 l., Ellemens de mecanique van Lamy 40 s. moet zijn 30 s., Description de Versailles 50 s. moet zijn 30 s., Oeuvres de Pardis 6 l. moet zijn 5 l., alles volgens D.'s catalogus. L. heeft in totaal voor 245 l. 10 s. geleverd en zal voor de rest nog de gevraagde boeken sturen. Op het ingesloten billet kan D. bij Boudot 2 Dictionnaire de la langue sainte afhalen.
| |
Desprez
Guillaume Desprez, geb. Parijs ± 1629, aprenti bij Denis de la Noue en Robert Bertault, garçon de boutique bij Guillemot, 1651 libr., 1654 gevestigd, 1686 impr. du Roi, 1687 eigen drukkerij, in 1701 15 compagnons en 4 persen, 1706 officieel een van de 36 impr. van Parijs, st. 5-7-1708.
Desprez, een van de grote uitgevers van Jansenistische werken, kwam daarvoor in 1657 en 1662-1663 in de Bastille. In 1684 kocht hij van de erfgenamen van de bekende Lemaistre de Saci diens manuscripten en de reeds verkregen privileges, waarvoor hij in totaal 33.000 l. betaalde en bovendien 150 exemplaren in marokijn gebonden van elk deel van de grote uitgaaf, die hij ter perse zou leggen, moest leveren. Steeds weer kreeg Desprez verlenging van het privilege voor de bijbelvertaling van de Saci. Hij was echter voortdurend in processen gewikkeld met zijn collega's te Parijs (André Pralard en Lambert Roulland) en elders om zijn rechten te handhaven. Anisson te Lyon en Godard te Reims lieten bij Bronckart te Luik en bij Chevalier te Luxemburg de bijbelvertaling nadrukken. De exemplaren kwamen in Frankrijk binnen op een privilège général via het bisdom Reims. Tevergeefs trachtte Desprez de oplagen op te kopen. Tenslotte won hij in 1705 het proces, dat hij met Godard hierover voerde.
Van de Lorme kocht Desprez na lange onderhandelingen in 1706 en 1707, waarover men in de brieven telkens gegevens vindt, een groot gedeelte van de oplaag van de zogenaamde Bible de Mons, 8 delen in 18o, ook een vertaling van de Saci, die de Lorme in 1703 had laten drukken. Uit de inventaris van de boedel van Desprez van 22-7-1709 blijkt, dat dat 2837 exemplaren waren tegen 6 l. per stuk, in totaal 17.022 l., welke Desprez niet contant, maar in termijnen betaalde. Bij het samenstellen van de inventaris was hij nog 6200 l. aan de Lorme schuldig. Het was niet de gehele oplaag; de Huguetans, die ook deel hadden in deze uitgaaf, wilden alleen tegen contante betaling verkopen en daarop was Desprez blijkbaar niet ingegaan, zoals uit een brief aan Sellius blijkt. Uit dezelfde brief blijkt, dat de Lorme van plan was, zodra hij over geld beschikte, nogmaals de Bible de Mons ter perse te leggen. Zover is het intussen niet gekomen.
| |
| |
Dit alles schaadde Desprez uiteindelijk echter weinig. Bij zijn dood het hij een fonds na, dat werd getaxeerd op 226.437 l., een drukkerij getaxeerd op 5235 l. en daarnaast een aantal onroerende goederen. Hij had vorderingen op boekverkopers in 24 andere Franse plaatsen en in het buitenland in Doornik. De vordering, die de Lorme op hem had, noemde ik reeds. (Zie H.J. Martin: ‘Guillaume Desprez, libraire de Pascal et de Port-Royal’ in Fédération des sociétés historiques et archéologiques de Paris et de l'Ile-de-France. Mémoires II, 1950, 205-228).
27-10-1707: L. zegt B. dank voor de punctualiteit, waarmee hij zijn billetten heeft voldaan. L. heeft 4 pakketten met deffecten van D.'s bijbels gevonden en deze reeds aan hem verzonden. L. vraagt een exemplaar van het blad, dat hij over moet drukken, daar hij zelf niets meer heeft. L. zal zorgen, dat dit goed gebeurt. L. biedt Desprez een Dixme Royale ten geschenke aan.
30-1-1708: L. antwoordt op brief zonder datum. De balen met deffecten zijn in Rouen aangekomen. In een volgende zending stuurt L. het vel, dat hij moet drukken. L. vraagt hem tenslotte om de 4 billetten die Etienne hem zal brengen, op naam van Huguetan, die voor de helft met hem in de bijbel deelnam, te zetten in plaats van op zijn naam en wel als volgt: ‘Pour la somme de 1040 l. que je payeray en cette ville a l'ordre de mr. Pierre Huguetan valeur receue de mr. de Lorme libraire d'Amsterdam au 1e octobre 1710 en marchandise suivant notre traité du 20 septembre 1706’.
| |
Deville
Nicolas Deville, boekverkoper te Lyon.
ff 21940, 947: 10-6-1706 kreeg Deville privilège local voor 6 jaren voor de Dictionnaire latin-françois et françois-latin par le Sr. abbé Danet suivant les anciennes editions. (Op 15-7-1706 kreeg Pierre Augustin de Mercier privilège local voor Parijs voor hetzelfde werk, ff 21940, 984).
10-11-1707: L. heeft tevergeefs getracht D.'s belangen bij de Huguetans te behartigen. ‘Ces messieurs ont leur magazins fermez depuis pres de 3 ans et ont est encore a en savoir la raison.’ L. bestelt bij hem 15 exemplaren kl. en 5 gr. papier van zijn juist verschenen Dictionnaire de Danet. L. vraagt een opgaaf van zijn uitgaven met het jaar van verschijnen. L. vraagt D. brieven te zenden via mr. Tecquboc.
| |
Dezallier (A.) libraire rue Saint Jaques à Paris
Antoine Dezallier, geb. Lyon, apprenti bij Muguet, 1679 libr. te Parijs, in 1701 3 garçons (compagnons), st. ± 1719.
ff 21930, 28vo: 15-4-1702 ‘arresté 6 histoires de Charles V de Gregorio Leti, dont un donné a monsieur l'abbé Bignon, adressé à m. Dezalier’. ff 21931, 49: 5-9-1706 ‘retenu à l'ouverture de trois balles venues par la voye de Rouen par eau comme à facture no. 29 dans la visite, qui a esté faite à la chambre royale de la communauté le 21 dud. mois, les livres suivans que m. Boudot a declaré estre pour monsieur Dezallier, les livres suivants scavoir: 40 Nouveaux contes à rire et avantures plaisantes (a extraire).’
| |
| |
6-1-1707: L. zendt D. een procuratie om indien nodig tegen de weduwe Boudot op te treden. ‘Je vous diray en gros mes pretentions sur le deffunt. J'ay compte ouvert avec luy, que nous n'avons pas reglé, mais je croit qu'il me devra bien 4000 l. Outre cela je luy ay laissé en despot 200 Gersons, sur lesquels il en faut oter 50, que vous avez eu, 13 qu'il a envoyez a Rouen et quelques uns qu'il a donnez a Paris pour mon compte, 12 du même livre gr. pap. Il en a aussy donnez quelques unes pour mon compte. 92 Missel romain fol. fig. Il en a donnez 32 pour mon compte. Et plusieurs autres livres, qui etoient restées dans ma chambre et dont je l'avois prié d'en tirer une notte et de me l'envoyer. Je me souvient que parmis ces livres il y avoit entr'autre plus de 50 Cellarii geographia 4o t. 2, enfin 850 l. en billet de monnoye et 632 l. en argent comptant, mais il a payez pour moy cette derniere somme. Ainsi il ne me doit que les billets de monnoye.’
4-8-1707: L. zendt het billet van Dezallier voor 30 Gersons van het vorig jaar terug en vraagt een nieuwe volgens de overeenkomst, die zij sedertdien hebben gesloten. L. bestelt 2 Rodriguez de la perfect Chretienne 8o 4 vol. en vraagt D. een bestelling te doen van boeken uit Holland, Duitsland en Engeland.
15-9-1707 (12-9): L. heeft over D.'s Contes a rire aan Bignon geschreven. L. probeert voor D. de gevraagde deffecten te krijgen; Leers laat echter niets horen over de deffecten van de Furetiere. L. bestelt boeken en zendt de titel van Leguat.
30-9-1707 (23-9): L. dankt voor de boeken en deffecten. ‘Je vous ay deja envoyé une partie de ceux qui estoit dans le premier memoire, mais je n'ay pu avoir tout. Vous fairiez pas mal d'ecrire un mot aux libraires, qui doivent vous les fournir, car ils se moquent de moy. Vous pouvez m'envoyer ce mot, quand vous m'écriré.’ L. zal over 5 of 6 dagen 6 Leguats sturen. L. zal Marret spreken over zijn schuld aan D. en, indien die boeken geeft, die bij de Leguats voegen. D. moet Bignon eerst permissie vragen voor een Histoire des juifs van Basnage. Bij de Chambre zijn er twee van L. vastgehouden en slechts met moeite vrijgegeven. L. zendt D. een billet op Desprez van 1040 l., betaalbaar op 1 october aanstaande. L. vraagt D. het geld voor hem te bewaren.
21-10-1707 (7-10): L. trekt op D. de bovengenoemde 1040 l. ten behoeve van Bohm. L. heeft de deffecten van de Huguetans en zal die van Mortier krijgen en zendt deze via Bignon. D.'s Contes a rire zijn niet meer bij de Chambre en D. zal ze terugkrijgen.
30-1-1708: L. zendt opgaaf van boeken, die hij stuurt.
26-3-1708: Mortier heeft L. gratis de deffecten voor de bijbel gegeven. L. zendt ze aan Bignon en sluit in deze brief aan D. een brief voor Bignon in. D. kan die afgeven en dan meteen de deffecten vragen. D. moet echter aan Bignon zeggen, dat hij de bijbel van L. heeft gekocht. L. klaagt over de Boudots en vraagt D. daarover met Bignon te spreken. L. zendt een billet van Desprez van 1040 l., betaalbaar op 1 april. L. zendt de synopsis van de Hardouin. L. mag enige exemplaren invoeren en biedt D. de alleenverkoop voor Frankrijk aan, ook voor de Horace, die dan op naam van D. zou worden gezet.
23-4-1708: L. vraagt D. het geld van Desprez te brengen aan Jean Joseph Gayot, rue de la Vieille Monoye tegen reçu. L. vermoedt, dat de Contes a rire nog bij Boudot zijn, maar hoort er niets van. L. maakt uit het stilzwijgen van D. op, dat die niet ingaat op zijn 2 voorstellen.
14-5-1708 (28-4): L. vraagt D. het geld op 1 juni, een postdag, te brengen aan Gayot en van hem een wisselbrief, betaalbaar aan de order van L. op Louis François Aubert, te trekken. L. moet namelijk begin juni een betaling in Amsterdam doen. L. heeft een paspoort voor 10.000 pond gekregen en zal dit over 15 of 20 dagen ontvangen. L. vraagt bestellingen. Voor boeken, die niet passeren, zal hij wel een weg weten. L. zal van Mortier voor D. 10 bijbels halen.
21-5-1708 (12-5): L. dankt voor het reçu van Gayot. Mortier wil de Histoire de la bible niet afgeven op D.'s condities.
18-6-1708 (4-6): L. heeft van Mortier 4 Histoire de la bible gr. en 6 kl. papier gekregen en L. heeft hem D.'s billet van 500 l. gegeven. Met Leers is het moeilijk zaken te doen. Voor de Histoire des juifs van Basnage vraagt hij f 6.10. - met 10% rabat, dus f 5.17. - en voor de Hist. d'Angl. t. 3 f 13.5. - met 10% rabat, dus f 12. ‘Au reste monsieur je me charge de vous faire tenir à Paris l'Hist. des juifs et tous les livres, qui ont quelques difficulté a entrer. Quand je dis que je me charge de vous faire tenir ces sortes de livres, je n'entend pas pour cela courir les risques de la mer etc. Ce que j'en fais n'est que pour vous rendre service et il ne serois pas juste, ne gagnant rien, je courut ceux de la mer’. L. stelt voor D. boeken uit Engeland in het Grieks en Latijn te sturen. L. klaagt over de Boudots: ‘Ils me traitent de Turc a More’ (doorgehaald in copieboek).
30-8-1708: L. zendt een factuur en cognossement van de baal, die is verscheept naar Lagisse in Rouen, en vraagt D. voor de verdeling te zorgen. Er zijn een aantal boeken in voor de boekverkopers van de rue St. Jaques. Het zal D. werk geven, maar D. zal dan ook zijn boeken het eerst hebben. D. mag van de Cervantes en Terence
| |
| |
nemen, zoveel hij wil, maar moet het aan L. berichten. Leers wil geen los deel 3 van de Hist. d'Angleterre afgeven. Het Lexicon biblicum is gedrukt in Duitsland en hier niet te vinden, evenmin de Ruine de l'amour propre. L. zal D. nog berichten, hoe D. de Hist. des juifs zal krijgen.
| |
Duchesne
24-10-1707: L. schrijft D. voor monseigneur le Premier het volgende te hebben verzonden aan Boudot: 2 portretten van Marlborough van Leers f 5, 1 Theatre de la Grande Bretagne fol. fig. f 35, 2 Campagne de Marlborough f 3.12.-, 2 Campagne du prince Eugene f 3.12.-, 2 Etandars f 1.4.-, 21 portretten van Smit f 12.12.-, 1 Pouvoir des souverains f 1, tezamen f 62.-. Holl. geld of 92 l., waarom Girin zal komen vragen. De andere portretten van Smit moet L. uit Engeland laten komen. Wat de ‘figure sales’ betreft, moet L. wachten op de terugkeer uit Duitsland van de bezitter (Fritsch).
| |
Dupuy de la douane (in het copieboek staat Nouane)
26-3-1708: L. hoopt, dat D. de Academie des Dames van Boudot heeft gekregen en hoopt nog meer te kunnen doen om zijn dank te tonen. L. zou graag een paspoort hebben van 6000 of 8000 pond voor boeken en vraagt D. om Girin te helpen bij het opstellen van het rekwest. Als L. het paspoort heeft, mag D. hem vragen wat hij wil. L. hoopt, dat de la Vigne het voor hem wil aanbieden en zorgen, dat het niet wordt geweigerd.
| |
Du Puys l'ainé rue Saint Jaques près des Mathurin à la Samaritaine
Denis Du Puys, geb. Parijs ± 1670, zoon van de libr.-impr. Jean Du Puys, reeds sedert 150 jaar familie van libraires, 1689 libr., 1696 gevestigd, in 1701 geen apprenti, st. vóór 1712.
12-9-1707: L. zal D. spoedig de gevraagde boeken zenden. L. zendt de titel van Leguat en bestelt boeken.
30-1-1708: L. vraagt, waarom D. de door L. bestelde boeken niet heeft willen afgeven.
| |
Du Puys (G.) le jeune libraire rue St. Jaques a la Fontaine d'Or a Paris
Grégoire Du Puys, geb. Parijs ± 1673, broer van de vorige, 1696 libr., 1699 gevestigd, 1728 in bestuur communauté, st. vóór 1755.
12-9-1707: L. zendt titel Leguat en vraagt verdere bestelling. L. bestelt zelf ook boeken en vraagt opgaaf, welke boeken D. in ruil kan geven.
30-1-1708: L. heeft D. boeken gezonden en vraagt bericht, wanneer D. deze niet wil hebben. L. kan D.'s boeken moeilijk kwijt raken. L. bestelt nieuwe boeken.
30-8-1708: L. wacht nog op het bericht, dat D. 21-3 beloofde te sturen. L. zendt voor 130 l. 10 s. via Dezallier. De Buxtorfi kan D. op het ingesloten bewijs afhalen bij Boudot. L. heeft nog 76 Paralelles en 83 Rethorique, die onverkoopbaar zijn, en vraagt of hij deze aan D. terug zal zenden. Madame Boudot heeft D. voor 100 l. 10 s. boeken gegeven om L.'s schuld aan D.'s broer af te doen.
| |
| |
| |
Etienne
Jacques Etienne, geb. 22-1-1668 te Champigny en Brie, apprenti bij François Muguet, 10 jaar in dienst bij Fr. Muguet, daarna bij Jean Boudot (nog in 1701 als facteur), 1699 libr. te Parijs, 1707 gevestigd, st. 1-5-1731.
6-1-1707: L. is verheugd, dat E. zich na de dood van Jean Boudot het lot van de familie heeft aangetrokken. L. had via du Mesnil een brief aan Boudot gezonden voor mr. Le Pecheur, die bestemd is voor mr. Adam (Jacques Adam, 1663-1735, geleerde). L. heeft van Maurry 3 cognossementen, maar slechts 2 balen en een kist waaiers ontvangen. De vertraging van de ene baal bezorgt L. een grote schade. L. wil voortaan alles door Lagisse laten expedieren en vraagt E. zijn baal aan Lagisse te sturen. Dupuy van de douane kan E. alles vertellen over een paspoort over Brussel, daar hij ook zo'n paspoort voor Rigaud heeft verzorgd. L. zal in Parijs trachten een paspoort over Rouen te krijgen. L. kan in een halve dag met Etienne de afrekening met Boudot regelen. Roger ziet verlangend uit naar zijn baal. Het is de schuld van Maurry, wanneer Roger de wisselbrief, die Boudot heeft getrokken ten gunste van L., niet accepteert.
13-1-1707 (7-1): L. is zeer verheugd, dat de zoon Boudot in alle functies van zijn vader is opgevolgd. L. heeft een paspoort voor 6 weken gekregen. L. wil zijn zaken met E. en de Boudots nu beter regelen dan voorheen, zodat hij minder vaak naar Parijs hoeft te komen. E. kan nog schrijven naar t' Serstevens in Brussel, waar L. enige dagen blijft. L. vraagt E. een kamer te bespreken in de Ville de Saumur. L. gaat ook wegens de zaak van de bijbels met Desprez naar Parijs. L. weet niet, of Boudot zijn nieuwe voorstel daaromtrent nog aan Desprez heeft gedaan. L. heeft een kwitantie van Boudot van 14-10-1706 voor de betaling van 722 l. 16 s. voor het gekochte in de veiling Bigot en een verklaring van 31-10-1706, dat L. bij Boudot 850 l. in ‘billet de monnoye’ heeft achtergelaten. In Parijs zal L. aan Dodemont schrijven. Niemand hoeft echter te weten, dat L. er deel in heeft. Voor zijn vertrek zal L. een baal over Lille aan E. sturen.
28-7-1707: L. betreurt het, dat E. niet met Ganeau mee is kunnen gaan om L. bij le Bourget uitgeleide te doen. L. vraagt per ommegaande een bestelling van E. van nieuwe boeken met het oog op de Memoires de Trevoux. L. bestelt 4 Traité de la priere. L. vraagt E. Quillau tot haast aan te zetten.
1-9-1707: Girin zal E. de titel van Leguat tonen. L. vraagt E. om 6 raam van het allermooiste papier, bijv. van 10 l. per raam, te kopen om daarvan 50 exemplaren van de Horace te laten afdrukken. L. vraagt E. bij Cot langs te gaan en hem een voorstel te doen. Quillau moet zoveel mogelijk tekst op elke bladzijde van de Horace afdrukken. Als de 4o 2 vol. van Quillau klaar is, wil L. graag 20 exemplaren hebben.
22-9-1707 (12-8 en 15-9): De brief van 12-8 heeft L. gekregen via Helvetius op 12 september. L. zal E. direct de Dict. de Trevoux, die hij E. schuldig is, doen geven. De boeken die Buffier (Claude Buffier, 1661-1737, Jesuiet) voorstelt aan L., gaan niet in Holland. Van de Horace moeten 100 exemplaren op het mooie papier, dat E. heeft gekocht, worden afgedrukt. Quillau moet zijn eerste vel overmaken. De drukkers moeten de copie en proeven met wijzigingen van Dacier bewaren. L. vraagt E. elke week een exemplaar van de gedrukte vellen te zenden en eens 1 op mooi papier. L. zal E. 12 Leguats sturen. L. feliciteert E. met de arresten tegen het nadrukken van zijn Traité de la priere. E. hoeft hier geen nadruk te vrezen, wel in Brussel, en moet daarover schrijven naar Foppens en t' Serstevens, als de 3de druk gereed is. L. bestelt 6 exemplaren en 12 of 20 exemplaren van het boek van Quillau. De diable boiteux is hier gedrukt. L. bestelt bij de Lespine 6 Code militaire als probeersel, daar hij dit werk niet kent. L. kan E. niets sturen via d. M. (du Mesnil?). ‘Est-il possible que mrs. les jesuites, qui ont tant d'intrigues dans le monde, ne peuvent pas trouver les moyens de recevoir par la poste un paquet de temps en temps? Faites donc en sorte de trouver des voyes tant pour la poste, que par terre, pour que je vous envoye les nouveautez.’ L. wacht nog op het paspoort, dat al was toegestaan vóór zijn vertrek uit Parijs, door de nalatigheid van Boudot.
7-10-1707: L. ontvangt niet geregeld de vellen van de Horace. ‘Ce menquement me cause une grande perte parce qu'il y a ici des libraires etrangers, qui vouloit prendre nombre de cet ouvrage, mais avant que de conclure le marché, ils vouloit voir par eux meme les augmentation.’ L. hoort van Dacier, dat een proef van 24-9 op 28-9 nog niet was teruggehaald.
7-11-1707 (3, 14 en 31-10): L. stelt voor de gevraagde boeken, die de Chambre niet passeren, te adresseren aan
| |
| |
mr. de la Martelliere of aan Tournemine en deze in een baal aan Bohm te verzenden om Boudot niet te ergeren. Indien E. dat niet wil, zal hij de baal aan E. adresseren. L. schrijft Henry over de pakketten aan de duc du Maine. L. feliciteert E. met zijn nieuwe huis, dat in een goede wijk ligt. L. stuurt aan de duc du Maine de Acta eruditorum van september en zal ermee voortgaan. L. dankt E. voor 6 Traité de la priere 3e druk. Op verzoek van Ganeau heeft L. bij de Acta een Mercure politique gevoegd. Ganeau heeft L. een paspoort over Lille beloofd, maar E. spreekt er niet over. L. stuurt E. een lijst van boeken met prijzen, nu E. een eigen winkel opent. Als E. alles neemt, krijgt hij voordeliger prijzen en een langere termijn van betaling. ‘Comme ce que je doit envoyer au journaliste de Trevoux et ce que je doit vous envoyer pour vottre compte particulier, fera une somme dans le cour de l'anée - car je crois que le tout sera pour votre compte - et vous n'avez pas assez de livres pour me payer, je vous prie de me dire, comment nous feront, pour que vous et moy y trouvions notre compte. Je suis bien aise de vous avertir, qu'il y aura plusieurs livres, que je seray obligez d'acheter en argent comptant.’
24-11-1707 (9-11): De vrachtrijder tussen Lille en Gent wil niets zonder paspoort nemen, ook niet voor de duc du Maine. ‘J'avois apris avant votre letre receus, que mr. du Bois contrefait votre Traitez de la priere. Il m'a dit que ce n'estoit pas pour lui, mais pour un homme de Lille, en éfet ce livre n'est nullement bon pour ici. L'edition de mr. du Bois a été faites sur votre 2eme. Je veray ce que je pouray faire pour votre 2e vol. que vous avez sous presse.’
8-12-1707 (28-11): E.'s brief was te laat, want L. had reeds 3 balen aan Boudot verscheept. Anders had L. aan E. een baal kunnen sturen. L. wil elke maand de nieuwe boeken zenden. Een paspoort van de koning is daarvoor niet nodig. L. gelooft, dat het voldoende is, dat de duc du Maine schrijft aan mr. Bayole, intendant des Pays Conquis, die alles te zeggen heeft. De Acta eruditorum op speciaal papier moet L. uit Leipzig laten komen. ‘Je voudrois bien savoir ceux qui se plaignent que j'ay fait des change a Paris, car je pourrois vous faire voir (des) lettres de la pluspart des libraires, qui me demandent de mes sortes, qu'ils onts eu, et meme plusieurs autres. Or s'il n'etoit pas content, ces messieurs romproient avec moy. Quand mr. Dezallier est meme dan ce pays, il n'a point fait d'autre change qu'in fol. pour fol., 4o pour 4o, etc et je vous feray voir que vous imprimé a Paris a aussy bon compte que nous icy. Personne ne le scay mieu que moy. Quand mon Horace sera imprimé, on ne me fera pas ce reproche, puisque je le troqueray chez vous sur le pied que vous troquez vos livres. Quoyqu' il en soit, il faut que nous convenions d'un fait, car pour faire comme je faisoit avec feu m. Boudot, c'est ce que je ne feray absolument pas. Je n'y ai pas trouvé mon compte et je pourrais vous faire voir que je perd plus de 1000 ecus avec luy. Voicy donc le fait que je souhaite donc nous convenions. C'est que je vous passeray tout, ce que je vous enveray, sur les prix que les livres se vendent en ce pays monnoye d'Hollende et vous me ferez une augmentation de 30% pour la difference de monnoy. C'est ce que mr. Rigaud m'a accordez dans mon dernier voyage. Voila monsieur pour les livres en change. Et si au bout de l'anné vous ne m'avez pas fourni autant que vous aurez receu de moy, je vous feray un rabais dont vous serez content. Pour ce qui est des livres en argent, je vous les passeray en
honnete homme ce qu'ils m'auronts couté avec 10% de rabais comme on nous fait icy. Nous conterons tous les 3 mois et le montant de mon compte je le tireray sur vous a 2 usance’ (op Parijs was dit een termijn van twee maanden). L. kan geen boeken zenden voor de journalisten van Trevoux op zijn paspoort en wel wegens een reden, die hij in een brief niet kan schrijven. E. had beter niet kunnen spreken over L. in de ruil, die R. voor Dezallier heeft gedaan.
29-12-1707: L. staat op het punt een baal aan E. te verzenden. Bignon heeft L. verboden hem iets voor anderen te sturen zonder eerst permissie te hebben gevraagd. L. klaagt over Ballard en Quillau, die naar hij heeft gehoord zeggen, dat L. hen met papier (de billets op Desprez) heeft betaald en dat zij daarom het werk op hun gemak zullen doen. L. heeft een vriend procuratie gegeven om zijn belangen te behartigen. L. heeft Girin gevraagd voortaan de vellen op te sturen ter ontlasting van E.
12-1-1708: L. zal de volgende week 1 of 2 pakketten voor E. aan Henry zenden. E. kan voor de Journal de Trevoux 2 Virginie, 2 Voyage de Guinée en 2 Schouten bij Boudot halen. L. vraagt E. als het kan boeken van d'Houry in ruil te ontvangen en niet in geld. Misschien wil hij wel Longi in ruil nemen. L. heeft die aan Girin voor 30 l. gegeven.
19-1-1708 (9-1): L. heeft een pakket van 87 pond over Lille gestuurd met voor f 143 boeken in geld en voor f 100.2. - boeken in ruil. Het pakket is geadresseerd aan Tournemine, daar L. te laat heeft gezien, dat het aan de duc du Maine zelf had moeten geschieden. L. zal ook aan pere Chamillart sturen, als E. opdracht geeft. L. vraagt E. of hij ook de nieuwe boeken uit Duitsland wil hebben.
30-1-1708: L. vraagt E. de billetten bij Desprez te laten veranderen.
20-2-1708 (12-2): De Transactions philosophiques vindt men hier niet. Het kost teveel deze uit Londen te laten
| |
| |
komen. Als de vorst ophoudt, zal L. een pakket sturen en daarin ook het bestelde voor Tournemine. L. zend, een wisselbrief van 8 Louis d'or op Rouillé. L. vraagt E. Pocquelin om antwoord te vragen. L. vraagt bericht, of de balen aan de Boudots zijn aangekomen; zij zelf schrijven niet. L. zendt E. een brief voor Bignon, opdat E. van de gelegenheid gebruik kan maken om Bignon aan te spreken over de entree van bepaalde boeken. Ganeau heeft L. 100 Massillon beloofd, maar L. hoort er niets van.
12-3-1708 (4-3): De secretaris van Rouillé weet niet, wat hij zegt. L. begint nu met de verzending van brochures aan de journalisten. Ganeau heeft bericht, dat hij 100 Massillon heeft verzonden. L. zendt E. via Bignon 12 Synopsis van Hardouin. L. vraagt er 2 à 3 aan Ganeau te sturen, 1 aan Pocquelin en de verdere aan de geleerden te tonen. L. bestelt 12 van alle boeken, die E. drukt. L. heeft met du Bois gesproken over de boeken van Duguet (Traité de la priere), maar nadruk is niet te beletten.
26-3-1708: L. heeft 24-3 een pakket van 35 pond met alle nieuwe uitgaven en bestelde boeken gezonden over Lille.
6-4-1708: L. kan niet helpen, dat de pakketten niet aankomen. Het pakket van januari is 27-2 van Brussel verstuurd. E. moet dan maar zelf een andere persoon in Brussel aanwijzen dan t' Serstevens. L. vraagt of de duc du Maine zijn pakketten wel ontvangt en of de Boudots de boeken hebben afgegeven.
14-5-1708 (20-4): L. zegt, dat het 1e pakket 3 maanden onderweg is geweest, omdat E. ondanks 4 verzoeken van t' Serstevens het adres niet heeft opgegeven. L. zal een derde pakket verzenden, wanneer hij de bestelling heeft. Wanneer de duc du Maine de pakketten niet ontvangt, blijven ze in Lille of Parijs liggen. L. levert de boeken aan B. voor dezelfde prijs als hij aan wijlen Boudot leverde. ‘Ceux qui vous disent qu'il étoit tres facille d'empecher la contrefaction de votre livre, ne savent ce qui disent. Je ne vous dit pas ce que j'ay fait a cet egard. Cela est fort inutile.’ L. dankt E. voor zijn bemiddeling in zake het papier van Horace. ‘Nos gazetiers n'ont pas voulu incerer l'article en faveur de votre livre. Ils disent que c'est une satire.’ L. zal aan mr. Coq antwoord sturen. L. stelt E. voor op zijn nieuwe paspoort boeken te zenden aan E. voor geld en in ruil, zoals zij reeds zaken doen. Boeken, die niet passeren, zoals de Pensées de Bayle en Histoire des juifs van Basnage, kan L. hem wel doen toekomen. E. moet zo gauw mogelijk boeken bestellen. L. herinnert zich, dat E. voor de helft deelnam in de boeken, die Marchand indertijd aan L. heeft gezonden. L. vraagt hierover een bericht en een bestelling van Marchand om weer quite te zijn.
| |
Fievet et Danel
Ignace Fiévet, geb. Douay ± 1662, apprenti bij zijn vader, 1698 gevestigd als libr.-impr. te Lille, in 1701 2 apprentis, 2 compagnons en 2 persen.
Lieven (André) Danel, geb. Lille ± 1676, apprenti en in dienst bij Fiévet in Lille gedurende 12 jaren, tr. de dochter Claire Therèse Fiévet en vestigt zich 1698 met haar broer Ignace te Lille, 1715 firma ontbonden en ieder voortaan zijn eigen zaken, st. 1729.
3-1-1707: ‘Je vous envoye le catalogue de decembre qui ne fait que de paroitre, afin que vous voiez tous les livres qui onts parus dans ce pays. Prenez la peine de me faire scavoir si je puis vous envoyer dans les balles que vous pourriez retenir quelques livres pour Rouen.’
5-8-1707 (3-8): L. begrijpt niet, waarom F. en D. de wisselbrief over het totaal van zijn rekening van 30-10-1706 niet hebben voldaan, daar zij alle onkosten hadden kunnen verhalen op de ‘marchandise’, die L. aan Desprez heeft gezonden. L. begint nu met het zenden van het gevraagde en zal dat elke postdag doen. L. vraagt zo snel mogelijk een afrekening voor de verzending van de 6 balen aan Desprez, daar L. zelf met zijn deelgenoten moet afrekenen. F. en D. zijn L. nog 299 l. schuldig en daar hun onkosten ± 200 l. zullen bedragen, vraagt L. hun een wisselbrief voor 100 l. te geven, die hij in Parijs nodig heeft.
1-9-1707: L. zendt nog de Republique van maart 1702, die ontbreekt aan het gezondene, en vraagt of ze 3 of 5 Essays de morale willen hebben. L. heeft de wisselbrief van 100 l. ontvangen en zendt deze naar Parijs. Hij is op Charpentier en vervalt 19-11-1707. Na betaling zal L. het van hun rekening aftrekken. Zij blijven dan nog 34 l. 5 s. schuldig.
| |
| |
12-1-1708: L. stuurt een opgaaf van het geleverde, tezamen 382 l. 5 s., en vraagt of hij op hen mag trekken of dat zij het willen overmaken.
| |
F. Foppens
François Foppens, boekverkoper te Brussel 1689-± 1730.
6-7-1708: L. bericht, dat hij een week geleden op order van Bignon door schipper Frans Willems een baal gemerkt M.L.B. libri no. 2 van 210 pond aan F. heeft verzonden en vraagt deze door te zenden. L. heeft nog geen tijd gehad F. te antwoorden over de zaak Pralart. L. belooft echter dit te doen en alle papieren terug te zenden.
| |
Foppens (veuve)
De weduwe van François Foppens (gest. 1686), boekverkoper te Brussel.
13-1-1707: L. heeft de vorige dag door Cornelis Mons, schipper van Delft, 26 Mem. tome 9, een Press f 36 gezonden, port 30 st. Daar madame Foppens bij billet van 16-11-1706 beloofd heeft in deze maand voor 6 Gerson f 180 te betalen, trekt L. een wisselbrief van f 217.10. - op 15 dagen zicht aan de order van Hartoog en Sebille. Indien L. niet zo verlegen was om geld, had hij nog gewacht hiermee.
| |
Foss
Niels Foss, 1670-1751, bibliofiel te Kopenhagen en bezitter van de mooiste particuliere bibliotheek van Denemarken.
20-8-1707 (9-8): L. zal aan Mercker de boeken, aan de achterzijde opgesomd, geven, tezamen f 148.15. -. L. heeft geen Caesar a Davisi meer. Van de boeken, die F. heeft gekocht, zijn enkele te hoog berekend. L. hoopt, dat F. tevreden zal zijn over zijn prijzen en dat F. de waardering, die Worms voor L. heeft, zal onderschrijven.
| |
Fournier
François Fournier, 1708 libraire, 1701 apprenti bij Frederic Leonard, 1709 libraire en la maison de Frederic Leonard, rue St. Jacques à l'Ecu de Venise à Paris (Journal des savants 43, 423), st. 1741.
2-7-1708 (5 en 12-6): L. geeft F. de gevraagde boekenprijzen op: Dictionnaire de Bayle fol. f 40, Dictionnaire de Morery fol. f 24, Ouvrages des scavans de Basnage 4 st. per stuk, Journal des savans, van begin af, f 45. Het 2de deel van Donquixote niet apart te krijgen. De Furetiere, die hier wordt gedrukt, zal veel beter en uitgebreider zijn dan die van Trevoux en waarschijnlijk 3 delen beslaan. Oeuvres de St. Evremont in editie van Londen 4o zijn hier niet te vinden, maar hier nagedrukt in 7 delen f 6.10. - De Contes de la Fontaine, editie Desbordes, is niet meer te krijgen, wel een minder mooie editie van f 7.4. -. Fables de la Fontaine f 4.10. -. Op al deze prijzen komt
| |
| |
een kleinigheid voor port naar Parijs. L. heeft nog geen antwoord van mrs. Pecquet en de Ligny over de boeken, die zij hebben besteld.
| |
Fraguier
Claude François Fraguier, 1666-1728, Jesuiet en geleerde, mede-redacteur van de Journal des savants.
27-10-1707: Kuster (Joachim Ludolph Küster, 1670-1716, geleerde, toen tijdelijk in Amsterdam) vraagt L. na elke postbestelling of er nieuws is over Boivin (Louis Boivin, 1649-1724, geleerde). Hardouin belooft een klein geschrift van een van zijn vrienden tegen de la Crose (Mathurin Veyssiere de Lacroze, 1661-1739, orientalist te Berlijn). Indien het te groot is voor een van de Hollandse tijdschrijften, zal L. het zelf laten drukken.
9-1-1708: L. heeft F. de vorige week geschreven (niet in copieboek) en een brief van le Clerc gestuurd. L. geeft F. nu een aantal boodschappen voor Hardouin.
26-1-1708: L. vraagt F. aan Remond te zeggen, dat de Commentaire sur le Vieux Testament van le Clerc in de lente klaar zal zijn; 150 vel zijn al gedrukt. ‘Quand j'auray des livres a faire tenir a mondit Sr. Remond, je me serviray de la voye du cheval Pegasse. Je passe dans son esprit pour un hableur. Cependant je ne suis point de ce caractere la. Quand je dis que j'imprime un livre du P.H., je ne dis pas que j'imprime un livre de mr. Boileau.’
6-2-1708: L. geeft een uiteenzetting, waarom hij in de Herodiadum pag. 51 de 4 laatste regels en pag. 52 de 22 eerste regels niet kan laten uitvallen. L. is bij de la Motte geweest om naar zijn vriend Des Maizeaux (Pierre Des Maizeaux, 1666-1745, geleerde te Londen) te vragen, maar die heeft in lang niets van hem gehoord. L. stuurt F. een exemplaar van de synopsis om aan Hardouin te geven. ‘Cet ecrit, dis je, joint au demelé du P.H. et du sr. de la Crosse (in de Bibliotheque choisie) ont donné lieu a plusieurs gens de lettres d'icy, d'Allemagne et d'Angleterre, qui m'en onts fait ecrire par des libraires, mes correspondans de ces pays la, de faire parler des pensées du P.H. et tout le monde est generalement du sentiment, qu'il se fait tort en avancant des choses si peu croyables, sans en rapporter aucune preuve. On s'imagine meme qu'il sera obligé de s'ouvrir et de decouvrir enfin ce mystere dans les ouvrages, que j'imprime presentement. S'il le veut faire cela ne serviroit pas peu au debit de mon edition et ne luy feroit pas plus de mal que ce qu'il a deja publié. Mais comme j'aprehande de le chagriner, je n'ose luy mander tout ce que l'on m'ecrit. Au reste monsieur, si vous le jugez a propos, vous luy communiqueray ce que j'ay l'honneur de vous marquer.’
9-2-1708: L. stuurt F. copieën van de brief van de Laistre aan L. en van L.'s antwoord. ‘Je crois monsieur, qu'il seroit a propos de communiquer l'un et l'autre au P.H. Vous en ferez comme vous le jugerez a propos, mais je vous prie de ne luy rien dire de ce que je vous ay marqué des retranchements, qu'il souhatitoit que je fis dans l'Herodiadum. Je crois qu'on a exigé cela de luy, car la lettre etoit cacheté du cachet de la compagnie et que c'est luy faire plaisir de n'en rien faire. Ainsi monsieur, quand le livre sera imprimé, s'il m'en fait des reproches, je mettray la faute sur le correcteur et luy offriray de faire un carton a charge et condition que je vendré l'un et l'autre.’ De la Motte heeft L. een brief getoond van Des Maizeaux, die zich beklaagt dat F. niet schrijft. L. heeft echter F.'s beide brieven doorgezonden.
23-2-1708 (9-2): Bij de drukker is een pagina van de copie zoekgeraakt en L. vraagt die zo spoedig mogelijk nogmaals te zenden. L. zal voor F. 2 exemplaren van de Hardouin op gr. en 2 op kl. papier reserveren, 1 op gr. papier als geschenk. De Jesuiten hebben bevel gekregen binnen 3 maanden uit Holland weg te gaan, wanneer mr. de Sebaste (Petrus Codde, 1648-1710) geen aartsbisschop wordt.
19-3-1708: L. verzekert F., dat L. niemand heeft verteld, dat F. een aandeel had in de uitgaaf van Hardouin. ‘Mais permettez moy de vous dire que si vous etiez confesseur et moy catholique romain, vous ne seriez assurement pas le mien’, want F. heeft L.'s geheim niet bewaard.
2-4-1708: L. is verbaasd, dat F. zo boos is over de uitlating in zijn vorige brief. L. geeft een beschouwing over de eisen van Hardouin. Die wil paradoxen schrappen, die reeds eerder gedrukt zijn, niet de nieuwe. L. gelooft, dat de houding van Hardouin slechts comediespel is.
23-4-1708: L. is verheugd, dat F. de belediging wil vergeten en hoopt, dat Hardouin dat ook zal doen. Har- | |
| |
douin heeft Picart niets willen geven om te tekenen. L. geeft daarop wederom een beschouwing over zijn eigen en Hardouin's handelwijze. L. eindigt: ‘Je ne me relache point et je donneray un edition, qui faira honneur a l'auteur et au libraire.’
7-5-1708 (28-4): L. heeft Des Maizeaux de brieven via de la Motte doen toekomen, daar dit franco kan. L. bedankt voor de Harangues en heeft Kuster en le Clerc ieder een exemplaar gegeven. L. gaat de Hardouin nu op 2 persen drukken. L. zendt F. via Bignon de boeken, waarover Des Maizeaux spreekt. L. vraagt F. nogmaals te bemiddelen en geeft allerlei technische bijzonderheden.
21-5-1708 (14-5): L. vraagt of Hardouin zelf een voorwoord wil maken; anders moet dit door een Hollandse geleerde gebeuren. L. kan het werk niet op 2 persen geven, daar het niet te verdelen is. Hij kan slechts 5 vel per week krijgen en zal in september klaar zijn.
28-5-1708: L. schrijft over de platen. L. laat de platen van de Constantins tussen pag. 428 en 429 graveren. L. heeft zijn antwoord tegen het protest van Hardouin al op schrift gesteld. L. twijfelt niet, of de Journal des savants zal dit opnemen.
2-7-1708: L. heeft alle toevoegingen in de Hist. August, aangebracht. L. heeft met le Clerc uitgemaakt, dat geen geleerde in Holland het voorwoord kan schrijven, omdat geen van hen het eens is met de schrijver. L. vraagt daarom of Hardouin of een van zijn vrienden er een in het Frans wil maken. L. zal die in het latijn laten vertalen en niemand zal dan Hardouins stijl meer herkennen. L. geeft een boodschap voor Remond.
9-7-1708 (27- en 30-6): L. herhaalt zijn vorige brief, daar hij vreest, dat F. niets heeft ontvangen, omdat Bignon in Fontainebleau zit. L. bedankt voor alles, wat F. hem heeft gestuurd en vraagt zo snel mogelijk de verdere tekeningen. L. ziet met verlangen uit naar het verschijnen van het protest van Hardouin, opdat hij dit nog in het boek kan afdrukken. L. vraagt opgaaf van de titel, waarvoor hij reeds een vignet heeft laten graveren. La Crose heeft zijn Dissertations historiques in het Latijn vertaald. Deze worden, vermeerderd met een van Vignole, in Rotterdam gedrukt.
23-7-1708 (14-7): Daar Hardouin geen voorwoord wil schrijven, vraagt L. een analyse van de bijzonderheden en het nut van alle stukken, opdat L. het daaruit kan laten maken. Er moet ook iets in komen over Hardouin's protest en L.'s antwoord. L. heeft 3 pakketten van Remond voor Kuster gekregen, juist op tijd om te verwerken in de Aristophane. L. zal nog proeven sturen van alle platen, alvorens ze te laten drukken. De laatste toevoegingen van Hardouin maken een extra half vel nodig. Indien L. deze eerder had gehad, had hij dat op de rest kunnen uitwinnen.
30-7-1708: L. heeft F. de proeven van de ‘medailles’ van Ballonffeaux (George de Ballonffeaux, baillif te Echternach en verzamelaar van munten en penningen), die op verzoek van Hardouin overgemaakt zijn, gestuurd en schrijft over enkele techniche moeilijkheden. L. vraagt, waarom F. onderaan de titel Antwerpiae heeft gezet. Dit heeft weinig zin, daar L. de synopsis heeft uitgegeven en het werk al op zijn naam in de kranten laten aankondigen.
16-8-1708 (24 en 29-7): Daar Hardouin niets wil sturen, laat L. zelf een voorwoord schrijven. Van de juist verschenen Dissertations van la Croze zendt L. exemplaren naar Bignon. De drukker begint nu met de drie kleine werkjes van Ballonffeaux en de volgende week met de Hist. August. Le Clerc heeft L. 2 exemplaren van zijn Commentaire sur la bible gegeven, 1 voor F. en 1 voor Remond. (Deze brief is in het copieboek doorgehaald).
23-8-1708 (9-8): L. herhaalt zijn brief van 16-8. Hardouin had eerder met de wijzigingen voor de platen moeten komen. Nu is het te laat. L. zendt de boeken van le Clerc via Bignon, daar ze bij de Chambre niet zullen passeren.
| |
Fritsch (Gaspard)
Caspar of Gaspard Fritsch, geb. Leipzig, zoon van de boekverkoper Johann Fritsch, 10-9-1706 poorter te Amsterdam, 8-11-1706 lid van het boekverkopersgilde te Amsterdam, reist in 1707 en 1708 door Duitsland, blijft tot en met 1708 lid van het Amsterdamse gilde, 17-10-1709 poorter te Rotterdam, 19-4-1710 gaat hij over van de Lutehrse kerk naar de Waalse kerk te Rotterdam, zie verder onder Bohm, in 1711 en 1714 was hij voor een kuur in Wiesbaden, zoals blijkt uit zijn
| |
| |
brieven aan Charles Levier (U.B. Leiden coll. Marchand), in 1719 woonde hij nog als boekverkoper in den Haag (KS). Zijn overlijden is daar echter niet gevonden.
Brieven zie Bijlage
| |
Fritsch (Th.)
Thomas Fritsch, geb. Leipzig, broer van de vorige, boekverkoper te Leipzig, st. 19-12-1726.
26-7-1707: L. vraagt F. de 6 resterende Gersons aan Adam Sellius af te geven. L. zendt catalogus van boeken uit Frankrijk, die hij echter alleen tegen geld levert.
19-8-1707 (10-8): L. zegt, dat hij niets te maken heeft met de zaken tussen F. en zijn broer, daar L. in zijn brief van 24-4-1706 aan F. heeft geschreven: ‘Je vous ay envoyé dans une balle de mr. votre frere 6 Gersoni opera fol. 5 vol.’ Voorlopig moet F. ze nog houden en trachten te verkopen. L. stelt F. voor hem een exemplaar van alles wat in Duitsland wordt gedrukt te sturen, zo snel mogelijk over Hamburg. L. zal hem daarvoor in betaling boeken uit Frankrijk en Holland leveren.
30-8-1707 (24-8): L. heeft nooit de f 150 namens F. van de Graaf ontvangen. L. wil 6 maanden proberen, hoe de ruil, voorgesteld in de vorige brief, zal gaan, namelijk alles wat in de laatste drie maanden is verschenen in Saksen, Brandenburg, Lüneburg, Zweden en Denemarken, in alle talen, behalve prekenbundels en kerkboeken. Wanneer L. nog theses ook nodig heeft, zal hij dat schrijven. L. wil niets hebben van Rijnland, omdat hij een correspondent in Frankfort heeft, en ook niets uit Hamburg. Men drukt in Parijs de Horace en L. kan daarvan leveren, als F. wil hebben. L. gaat de werken van Hardouin drukken met daarbij een Hist. August., die nog nooit is gedrukt, van 50 vel. L. weet, dat F. aan t' Serstevens de Hist. cong. de auxiliis heeft gevraagd. L. kan deze aan F. leveren.
16-9-1707: L. is nog nooit zo verbaasd geweest, als toen de Graaf hem de wisselbrief van f 153, betaalbaar aan de order van L. en door L. afgetekend heeft getoond. L. kon er zich niets van herinneren, waarschijnlijk omdat hij in Frankrijk was, toen er werd betaald. L. bekent nu zijn ongelijk. Tenslotte schrijft L. wat zijn Franse opdrachtgever (Bignon) hem over de kerkboeken heeft geschreven: ‘Nonobstant ce que vous marque votre correspondent de Leipsig des livres bons et mauvais, qui s'imprime dans ce pays la, je suis bien aise de les avoir tous, sans en excepter un seul. J'en jugeray mieux, quand je les verray que sur son simple temoignage et si je n'en suis pas content, j'en seray quitte pour n'en plus faire venir de pareils. Ainsi monsieur, prenez la peine de m'envoyer tout ce qui paroit et en toute sorte de lange. Je suis etc.’
5-11-1707 (15-10): Boom zelf is op 2-11 aan L. de brief van F. komen brengen. L. wil met Caspar Fritsch over de f 153 spreken, alvorens die af te rekenen. F. moet zolang maar de Gersons als onderpand houden. L. is verontwaardigd, dat F. hem wantrouwt en geen boeken wil sturen. Men heeft L. Fasciculus en niet Fascicug gevraagd.
26-11-1707 (16-11): L. is geschokt over de wijze, waarop F. hem heeft geschreven. L. erkent de f 153 schuldig te zijn. L. heeft nooit een proces gehad met wie dan ook. F. heeft hem geweldige schade berokkend door de nieuwe uitgaven niet te zenden. L. vraagt F. om de 5 Gersons aan Sellius te geven, die daarvoor f 85 zal betalen. Gedurende de 12 à 14 jaren, dat L. boekverkoper is, is hij steeds goed opgeschoten met F. en L. meent, dat dat in de toekomst ook nog zo kan zijn. L. heeft F. door Boom op 13-9 voor f 32 geleverd. F. heeft 1 Gerson voor f 36 verkocht en met f 85 van Sellius zijn L. en F. dus quite.
17-1-1708 (6-12-1707): L. erkent, dat hij de boeken, die door Boom zijn geleverd, niet in geld zou berekenen, maar daar F. niets heeft willen sturen, was hij er wel toe gedwongen. L. weerlegt echter, dat F. deze boeken niet heeft besteld en haalt een brief van 7-9 aan, namelijk 2 Hist. congregat. de auxiliis fol. en 2 à 3 nieuwe uitgaven.
| |
Ganeau
Etienne Ganeau, geb. Parijs, apprenti van André Cramoisy, later in dienst van Jean Boudot, 1690
| |
| |
als zodanig geregistreerd, 1695 libraire te Parijs, 1699 krijgt hij van Jean Boudot het privilege van de drukkerij in Trevoux, 20 mei 1707 ingeschreven als imprim. op het livre van de communauté te Parijs (ff 21856, 122 en 220) bleef ook directeur de l'imprimerie de S.A. Serenissime monseigneur Prince Souverain des Dombes te Trevoux, 1725 in bestuur communauté te Parijs, st. vóór 1737.
Brieven zie Bijlage
| |
Giffart libraire rue St. Jaques près des Mathurins à l'Image de Ste. Therèse à Paris
Pierre Giffart, geb. Parijs ± 1645, zoon en kleinzoon van libr. te Parijs, kopergraveur, 1682 lid van de academie royale de peinture et sculpture, 1687 libr., st. 20-4-1723 (vergel. Thieme-Becker).
12-9-1707: L. zendt G. de titel Leguat en vraagt bestelling, ook van andere boeken.
30-1-1708 (12 en 19-9): L. heeft G. voor 120 l. gestuurd en is G. nog 77 l. 5 s. schuldig. ‘Votre Bibliotheque de Du Pin est imprimez chez l'Honnoré libraire de cette ville. C'est un in 4o très bien imprimez, qui se vend f 3.10. - de notre monnoye. Votre Histoire des voyages a aussy été imprimez icy chez Humbert.’ Verder is herdrukt de Traité de paix de Rijswijck in 5 vol. 12o. L. zal G. alles sturen, wat G. vraagt, via Bignon. L. vraagt G. een nieuwe rekening te zenden en een catalogus van zijn prenten.
| |
Girin rue St. Jaques vis à vis la fontaine S. Severin a la Prudence à Paris
Barthelemy Girin, geb. Lyon ± 1669, apprenti bij Jeremie Bouillerot in 1688, 1695 libr. te Parijs, st. vóór 1725.
1-9-1707: L. stuurt G. een billet van 100 l. op Charpentier, betaalbaar 19-11, als eerste afbetaling op een billet van 300 l., dat G. van L. heeft.
3-10-1707: L. deelt mede, dat hij eindelijk de boeken van G. heeft kunnen verkopen. Het spijt L., dat hij er slechts 1000 l. voor heeft kunnen krijgen, te betalen 300 l. bij levering, 300 na 3 maanden en 400 na 6 maanden. Voor deze laatste termijnen heeft de koper een billet gegegven, betaalbaar in Parijs aan de order van de Lorme. G. moet van de boeken de volgende per ommegaande laten binden tegen extra betaling: ‘6 Vie des veuves, 6 vie des vierges, 6 Vie de Jesus Christ, 3 Vocation a l'etat ecclesiastique, 2 Concorde des 4 evangiles, 1 Caractere des saints, 2 Sermons de St. Basile, 2 Sermons de St. Gregoire, 2 Sermons de St. Leon, 2 Sermons de St. Augustin sur les peres.’ Van al deze boeken en ook van de Sermons de Houdry moet G. nog een bepaald aantal, tezamen met de gebonden exemplaren, zo spoedig mogelijk sturen naar van Munster, marchand te Rouen, om met het eerste schip naar Holland te sturen naar mr. du Bois, de persoon die alles heeft gekocht. Bohm, de knecht van Rigaud, kent hem en kan alles over hem vertellen. Bohm zal er nog enkele boeken bijvoegen.
14-11-1707: L. schrijft, dat van de 400 l. van du Bois er 100 zijn voor het binden en emballage. G. moet Robustel ook nog vragen om boeken voor du Bois, maar indien die niet klaar zijn, de baal direct verzenden. L. bestelt verder enige boeken, die moeten worden gebonden, en vraagt deze te zenden naar J.B. Brovellio, libraire rues des Malades a Lille. De andere boeken van de afgesloten koop moet G. brengen bij mr. Tressant, marchand rue Feronniere te Parijs. G. moet 2 lijsten maken, 1 voor Tressant, de andere, die namens du Bois door Tressant moet worden afgetekend, voor L. zelf. L. stuurt een opgaaf van hetgene, dat hij aan G. over Rouen heeft gezonden. L. vraagt een nieuwe bestelling en bestelt zelf G.'s Chirurgie complete, zodra die klaar is.
1-12-1707 (24-11): ‘Vous ne pouvez vous dispenser de faire porter les livres, qui vous restent de la vente en
| |
| |
question, comme je vous l'ay marqué par ma lettre du 14 du passé, chez mr. Tressan et mr. du Bois ne les fait transporter chez ledit sieur que parce que l'on m'a marqué qu'ils embaroisoient ou ils etoient. Ne differez donc pas je vous prie de les faire porter incessament sans etre embalé. Ne craignez rien. Personne de chez vous ne se mellera de cette affaire. Au reste vous etes prudent et sage.’ Daar de boeken via Rouen en Lille zijn verzonden, vraagt L. een algehele afrekening, zodra de rest bij Tressant is gebracht. L. weet heel goed, dat de Moyen de parvenir niet bij de Chambre passeertt. L. zal zorgen, dat G. het zonder enig risico krijgt. L. beklaagt zich de 3de Dialogue des diables niet te hebben gekregen. Die is hier nu reeds gedrukt. L. vraagt echter de 4de en het vervolg, direct na verschijnen. L. bestelt 100 exemplaren van het 1e deel van de Chirurgie complete, zodra dit is verschenen, op de afgesproken voorwaarden, namelijk dat L. alles kan terugsturen, wat hij niet verkoopt of ruilt. G. zal goed doen, aan Bignon te vragen er in de Journal des savants over te schrijven. ‘On r'imprime ici ce journal et cela faira tomber une ancienne edition, qu'on a renouvellé depuis peu en ce pays par un nouveau titre.’ (bedoeld moet zijn de Entretiens sur les affaires du temps). L. gelooft van het 2de deel ± 100 exemplaren te hebben verkocht. Hoewel de Leguat en Tournemir niet passeren, zal L. toch trachten G. het bestelde aantal te leveren.
15-12-1707 (8-12): L. vraagt zo snel mogelijk de 5de Dialogue. L. zal G. bij mr. Danlevy rechtvaardigen.
12-1-1708 (5-1): L. dankt G. voor de 2 laatste Dialogues de mr. le Noble en voor die, in welke G. deel heeft. L. zal deze in de kranten aankondigen. L. vraagt Girin voortaan elke maandag de vellen van de Horace door iemand, die L. zal betalen, naar de ‘ami’ te laten brengen. Pepie (D. Pepie) heeft L. niet bedrogen; L. beklaagt zijn arme vrouw en crediteuren. L. hoort, dat madame Barbin dood is, en vraagt of de knecht Aury verder gaat en voor wie.
26-3-1708: L. heeft G. 8 dagen eerder geschreven (niet opgenomen in copieboek) over mr. Danseric. ‘Voicy joint les 2 lettres dont je vous ay parlé au sujet d'un passeport. Vous irez s.v.p. rendre celle de mr. Du Puy - vous le trouverez tous les matins et l'après diné a la Douane - avant que d'aller chez mr. de la Vigne et vous suivrez ce que celuy la vous dira. Vous luy ferez même voir la requeste avant que de la porter a mr. de la Vigne. Je suis sure qu'il vous la corrigera et même il vous dira la maniere dont vous l'adressez. Je crois qu'il faut que le principal sujet de votre requeste soit, que comme avant cette guerre que vous aviez envoiez des livres en Hollende, qu'il vous y est du considerablement et que vous priez S.M. de vous accorder un passeport pour 8 millier de livres que vous ferez venir par Rouen pour etre visitez suivant la coustume a la chambre de libraires de Paris. Vous aurez soin de me passer en compte les frais que vous fairez pour cela’. L. zegt, dat de Boudots liegen, dat L. de boeken niet heeft gestuurd. L. schrijft aan de Boudots om de St. Evremont en de Histoire des juifs aan G. af te geven. L. zal zeggen, dat het een geschenk voor mr. de Jean is. L. vraagt G., wat Humbert in Parijs doet, alles voor zover het de librairie betreft. L. vraagt, of Pioche het papier heeft geleverd voor de Horace. L. bestelt bij mr. Gournay een pruik in naturel. G. moet deze door mr. Pilotte laten zenden. L. vraagt of het 2de deel van de Dict. de la bible van Simon, gedrukt bij Certe te Lyon, apart is te krijgen. L. vraagt of het boek van Montfaucon, dat Boudot, Robustel en Guerin drukken, en de Hist. de l'academie 1707 al zijn aangekondigd.
16-4-1708 (2 en 9-4): L. vraagt G. met niemand over het paspoort te spreken en zodra het er is het te brengen aan Du Puy om er de order van de fermiers generaux op te laten zetten en vooral ‘que les balles soient plombées à Rouen, pour estres envoyées a Paris, sans y estre visitées etc.’ Madame Boudot heeft boeken verkocht, die haar niet toebehoorden, en mr. de Jean moet daarom geduld hebben. L. vraagt G. te waken voor zijn belangen betrefende de Horace. G. moet Etienne opdragen nog 20 ramen papier de Lombart fin d'Auvergne te kopen voor 10 l. 10 s. L. kan de Art de succer les playes niet onder 12 s. geven. L. heeft 100 Chirurgie complette ontvangen en hoopt ze binnen de maand kwijt te raken. L. zal het 1ste en 2de deel alleen samen geven. L. zal ze ruilen tegen boeken, die in Parijs debiet hebben, en vraagt G. een opgaaf daarvan. L. stuurt een lijst van Parijse boekverkopers, van wie L. catalogi heeft, en vraagt G. hem ook de catalogi van de anderen te bezorgen.
30-4-1708 (23-4): L. dankt G. voor de bemiddeling in zake het papier. Etienne heeft iedere drukker 5 ramen gegeven. Het spijt L., dat het proces niet in Etienne's voordeel wordt geacht. G. moet L.'s respecten overbrengen aan de abbé Malherbe. G. moet trachten een exemplaar van Leguat te krijgen en de catalogus daarachter aan Malherbe geven. G. moet madame Roulland zeggen, niets zonder order van L. in de balen te doen. L. bestelt over de post 1 Cartes tres particuliere de la Franche Comptée en 1 Siege de Toulon, gr. papier en niet afgezet, bij de Fer en Blanc, en 1 Recueil de du Bousset de 1708. L. vraagt de prijs van het laatste boek van Cantates Françoise. L. vraagt zo snel mogelijk deffecten van de Morery, die madame Boudot heeft geleverd. Indien zij deze niet wil geven, dan van Coignard of Mariete (Denis Mariette).
30-7-1708 (23-7): L. heeft de afrekening van de Boudots ontvangen en is daarover tevreden. L. dankt voor de
| |
| |
opgaaf van prijzen, die G. hem heeft gedaan, maat G. vergist zich met de Delices d'Espagne. Die zijn hier f 12. L. vraagt G., niet meer de Moselle van Bailleult te sturen, indien G. die nog niet heeft gekocht. L. bestelt de Histoire du renouvellement de l'academie royale des sciences depuis 1699 par Mr. de Fontenelle 12o en de Bibliotheque des auteurs profanes 8o, tome 3 en 4, die Giffart ter perse heeft, zodra die uitkomen. ‘Il y a ici un de mes amis, qui a envoyé il y a plus de 15 mois une balle au sieur Witte, laquelle balle a restée plus d'un an en chemain et luy a coutée plus de 600 l. de port. S'il étoit necessaire, je pourois en avoir une facture. Quoyqu'il en soit, je say que le sieur Witte a obtenu un passeport pour des livres, mais il ne lui servira pas de grand chose, parce que cet amy ni qui que ce soit ne lui veux rien envoyer, pour des raisons que vous pouvez bien juger.’ L. vraagt of G.'s vriend bij de douane kan zorgen voor de order van de fermiers generaux. Anders zal L. die zelf trachten te krijgen door mr. le Juge, fermier general, die L. goed gezind is. ‘Mr. l'abbé Bignon m'a permis l'entrée de chez vous a 100 Oeuvres de St. Evremont 12o 7 volumes. Que cela soit entre nous s.v.p. Cette edition est plus emple que celle que de Witte a vendu et qui n'est qu'edition de Rouen, outre que celle que j'ay a 7 volumes et l'autre n'en a que 5. Si vous etiez d'eumeure a vous charger de 100 exemplaires de ce livre aux condictions, que vous m'avez maruqéz par votre lettre du 2e du courant, je vous les ferois tenir dans Paris a mes risques et frais, sur le pied de sept livres de votre monnoye par exemplaire.’ G. heeft in dezelfde brief 40 Voyage de la compagnie 12o 7 vol., 40 Delices d'Angleterre en andere boeken op dezelfde voet besteld. Het 1ste deel van de Voyage ontbreekt
echter en wordt herdrukt. Over 3 maanden zal L. alles kunnen leveren. L. vraagt, waarom Quillau al een maand lang niets doet. L. vraagt G. om het protest van Hardouin, zodra het verschijnt.
23-8-1708: L. is ziek geweest en heeft daarom niets kunnen doen. Zodra de Hardouin gereed is, zal L. alles zenden, wat G. heeft gevraagd. L. zal de volgende maandag de factuur en het paspoort zenden van de nu verscheepte boeken en vraagt G. het paspoort op te sturen naar Lagisse te Rouen. L. vraagt G. weer papier bij Pioche te kopen, te betalen over 6 maanden, opdat de drukkers geen excuus hebben voor vertraging. L. zal het in geld betalen of G. mag het korten op de St. Evremonts. ‘Souvenés vous monsieur que celluy que mr. Pioche m'a fourny m'a cousté six livres et demye la rame et que je luy ay fourny pour payement 4000 l. en billets sur mr. Desalier, payable en 4 anés de six mois en six mois et le reste en billets de monoye. Je vous dis ces sirconstence parce que je croy, prenant le papier a six mois, vous devez l'avoir a meilleur marché que je ne l'aye eu.’ G. mag ook bij een ander dan Pioche kopen, mits hetzelfde papier. L. vraagt G. te zorgen, dat Varique de index binnen 1 maand maakt. G. moet Quillau er op wijzen, dat L. ontevreden is. L. vraagt aan mr. Bicquet, koopman in paarden vlak bij G., te zeggen, dat mr. Beaume op een brief wacht, en aan mr. Roy, evantailliste, dat hij niet moet trekken op mr. van Zanten (François van Zanten, waaiermaker te Amsterdam), want dat L. hem binnen enkele weken het verschuldigde in Parijs zal betalen.
30-8-1708: L. stuurt G. voor 255 l. boeken in een baal aan Dezallier, namelijk 95 Oeuvres de St. Evremont 12o 7 vol. L. heeft nog 39 Chirurgie complete in 12o 2 vol. en 80 vol. 2 apart. L. vreest deze niet te zullen verkopen, daar men ze in den Haag nadrukt. L. zendt Dezallier 300 Nouvelles de Cervantes 12o 2 vol., nieuwe editie, en 49 Terence van madame Dacier 12o 3 vol. en andere boeken. L. vraagt G., of hij wil trachten daarmee tot een ruil te komen met Parijse boekverkopers. L. zendt voor 4000 pond en daar de paspoorten, die Girin heeft gezonden, ieder van 3000 pond zijn, zendt hij deze op het paspoort van de Boudots. L. heeft gewacht met het versturen van deze brief tot 31-8, maar alleen een brief van 20-8, niet van 27-8 van G. ontvangen. L. vreest, dat G. zijn brieven te laat naar de post brengt. Van een ander heeft hij wel een brief van 27-8 ontvangen.
| |
Hardouin
Jean Hardouin, 1646-1729, Jesuiet en geleerde te Parijs, wiens werken de Lorme uitgeeft.
8-9-1707 (27-8): L. zendt een proef, opdat H. erover kan oordelen. L. wil slechts eenmaal het hoofd van elke keizer afbeelden. L. vraagt H. niets eruit te laten, daar de lezers dat niet willen. L. kan het werk niet in 2 drukkerijen geven, daar hij het niet kan verdelen, wegens alle in margine bijgeschreven stukken.
24-10-1707 (30-9): L. verwijst naar een brief aan Fraguier. L. wil het gehele boek opdragen aan de Ballonffeaux of niets. L. schrijft uitvoerig over de illustraties. De Nummi antiqui populorum et orbium zal slechts bij 4 vel per week kunnen komen, daar het de moeilijkste copie is. Daarna zal het vlugger gaan.
| |
| |
8-12-1707: L. stuurt het 38e vel en vraagt of er een algemene index moet komen.
12-12-1707 (5-12): L. schrijft over de index. L. heeft van Fraguier alle toevoegingen ontvangen.
12-1-1708 (19-12): L. schrijft weer over de index en zal op wens van Hardouin achter elk deel een index maken, hoewel L. zelf liever één algemene index had gehad.
26-1-1708: L. vraagt permissie het Latijn-Frans alleen in het Latijn op te nemen.
6-2-1708 (23 en 28-1): L. zal ook het Frans drukken. Le Clerc heeft L. gezegd voor de Bibliotheque choisie een antwoord van Masson te hebben ontvangen, welke in het 15de deel zal verschijnen. L. heeft er geen copie van durven vragen, maar zal het direct na verschijning zenden. L. schrijft verder over de illustraties en vraagt nog eens Picart zo snel mogelijk het materiaal voor zijn tekeningen te geven, opdat L. deze hier kan laten graveren.
5-3-1708 (12-3): L. heeft te laat de toevoegingen en correcties ontvangen, daar alles reeds was gezet.
19-3-1708 (12-3): L. weigert de brief, waarvan hij H. een copie heeft gezonden (van de Laistre?) in originali af te geven. L. geeft daarna een uiteenzetting, hoe hij heeft moeten laten zetten, en hoe wel degelijk de passages, die H. wilde wijzigen, reeds gezet waren. L. voegt daaraan toe, dat hij echter, zelfs als hij de wijzigingen voor de Herodiadum op tijd had gehad, deze niet zou hebben laten aanbrengen alvorens H. er op te wijzen, dat H. hem onrecht deed en dat er grote kans was, dat het werk in Duitsland zou worden nagedrukt. ‘Je convient monsieur, que vous avez raison de songer a votre honneur et vous ne devez pas trouver mauvais que je songe a mes interests. Je vous avoueray aussy avec la même franchise - et quand il vous plaira je vous le prouveray - qu'avant de mettre votre ouvrage sous presse, je l'ay fait examiner par 2 scavans (Fraguier? en le Clerc) que vous connoissez bien pour savoir d'eux si vous aviez laissez certaines choses que personne n'avoit encore dites avant vous. Et si vous y aviez retranchez cela, permettez moy de vous dire monsieur, que je n'aurais absolument pas imprimé votre recueil. Si vous voulez prendre la peine de vous souvenir, j'eu l'honneur de vous lire dans mon dernier voyage a Paris une lettre qu'on m'ecrivis de Hollande au sujet de cet examen et entre autre sur la suite de l'Hist. Auguste. Et voicy le contenu: Mr. le Clerc a vû l'ouvrage de mr. Hardouin. Il le trouve digne d'etre imprimé, mais il dit que l'auteur promet a la fin de son Hist. Auguste les medailles du siecle de Theodose et du siecle de Justinien. C'est en 1701 qu'il les promet. C'est pourquoy mr. le Clerc ne peut douter que ces medailles ne soient preste. Si l'auteur les vouloit donner, cela rendit l'ouvrage complet, qui est d'un autre coté trop petit pour faire 2 vol. fol. et trop gros pour en faire un.’ L. doet H. 2 voorstellen (zie brief aan Bignon).
5-4-1708: ‘J'ay receus la lettre que vous m'avé fait l'honneur de m'ecrire le 26 du passé. Vous me permettré s'il vous plait de ne pas repondre a tous les articles et que par la je vous montre qu'un libraire est plus moderé qu'un ecclessiastique. J'en écrit a monsieur l'abbé Bignon, qui m'a fait l'honneur de m'ecrire a ce sujet. Vous prendré la peine de l'aller voir si vous le jugé a propos. Pour moy je me refaire entierement a cette lettre, voulan pour l'avenir eviter toute sorte de commerce aveque vous monsieur, a moins que vous ne changiez de stille et que vous en usiez comme on fait entre les honeste gens. Apres cela ma consiance ne me reprochant rien, je ne crain pas les menaces et l'edition va toujour son train, persuadé que je suis que vous meme monsieur este convaincu que je ne vous ay jamais promis ce que vous pretendé et que j'ay pieces en main et cela de votre propre écriture de quoy me justifier de tout ce que vous pourré avancer en l'air contre moy.
Il n'y a donc que deux article de votre lettre que je ne puis paser sans y repondre afin de m'en servir en cas de besoin.
1. Je vous jure en hom d'honneur et sur mon salut, que je n'ay jamais receus aucune corection pour la deffence de St. Chrysostome quoye vous me disié me l'avoir envoyé. Si vous ne me croié pas, tant pis pour vous monsieur.
2. Je vous fait le meme serment, que vous ne m'avé jamais donné cette deffence imprimée, mais bien en manuscrite, ecrite de votre propre main, qui est la copie que j'ay suivie. Je pourois vous le prouver par la personne, laquelle a examiné tout vos ouvrages avant que je fasse de retour de Paris et qui vient encore tout presentement de m'assurer, n'avoir rien trouvé de plus que ce que j'ay l'honneur de vous dire. Mais monsieur je n'aurois pas besoin d'autre preuve que votre manuscrit, car vous ne l'avé trancrit d'un bout jusqu'a l'autre sans avoir eu le dessin de le faire imprimer et comme vous prené cette affaire a coeur et d'un si haut ton, je me fais venir de Paris, par la poste cette deffence imprimée et je prendray moy meme la peine de l'examiner avec votre manuscrit, ligne par ligne, car je m'imagine qu'il y a la quelque anguille sous roche et que j'y découvriray quelque choses, qui me persuadera d'autant plus que tout ce que vous m'ecrivez n'est que par affectations et finesse.
Au reste monsieur, je ne puis assé m'ettonner des menaces que vous me faites, puisque vous devrié penser que si vous venié a cett excces que d'ecrire contre moy et mon edition, je seroit obligé d'i faire mettre une preface, dans laquelle je raconteroit tout, comme il s'est pasé et j'insereroit toute vos lettres et meme peut-estre celle du
| |
| |
pere provincial. Je seroit tres faché d'en venir la, mais ce ne seroit pas ma faute. Vous y aviseré s'il vous plait, comme sur les offre que je vous ay faites et que je fais encore a monsieur l'abbé Bignon. Je suis avec etc.’
| |
Hennon à Valenciennes
16-7-1708: L. stuurt een rekening voor geleverde boeken over 1707 en 1708 voor f 82.8. - en vraagt of H. dit geld wil overmaken naar Parijs, waar L. geld nodig heeft, of dat L. op H. mag trekken.
| |
Henry
Jean Baptiste Henry, geb. Lille 1672, zoon van de libraire Michel Henry, libr., sedert 1715 impr. te Lille, 1746 in bestuur communauté, 1751 deed hij zijn zaken over aan een ander.
7-11-1707: L. bericht H., dat L. voortaan pakketten met boeken voor de duc du Maine zal zenden, en vraagt H. te informeren bij de vrachtrijder Pierre Gabriel of daarvoor een paspoort nodig is. L. biedt H. aan bij elk pakket ook boeken voor H. te doen.
12-1-1708 (20-11-1707): L. schrijft van Etienne bericht te hebben, dat hij aan H. kan sturen. Etienne heeft de Bagnole ervan verwittigd. L. zal 2 pakketten zenden, 1 voor Tournemine en 1 voor Chamillart, beiden Jesuieten. L. vraagt, hoe hij daarbij de boeken voor H. moet voegen.
| |
Hierault
7-11-1707, 19-3-1708, 21-5-1708, 7-6-1708 en 16-7-1708: Correspondentie over betaling van f 1450, die H aan L. schuldig is. Daarvoor geeft H. een wisselbrief van Rouillé van f 1450 op Muylman, die deze niet accepteert, daar hij slechts f 1421.6. - aan Rouillé schuldig is. Vincent betaalt L. het tekort van f 28.14. -, maar Muylman betaalt in kasgeld en niet in bankgeld, wat een verschil van f 74.12. - maakt. L. krijgt tenslotte gelijk en verzoekt deze som te mogen trekken, liefst in Parijs, anders in Rotterdam. (Vergelijk wisselprotest van 29-4-1707 voor notaris de Wilde te Amsterdam).
| |
l'Hopital (madame)
Charlotte de Romilley de la Chenelaye, weduwe van G.F.A. de l'Hospital, marquis de Sainte Mesme, 1661-1704, bekend wiskundige te Parijs.
Brieven zie Bijlage
| |
Horthemels (veuve) libraire rue St. Jaques au Mécénas à Paris
Marie Anna Cellier, geb. Parijs als dochter van de libr. Antoine Cellier, na de dood van haar man
| |
| |
(Daniel Horthemels, geb. Holland, 1686 libr. na afzwering van het Calvinisme, st. 1691) libr., st. vóór 1727.
ff 21743, 64 en 71vo en 21930, 34: 1703 ‘saisie faite chez la veuve Horthemels 1 Ablancourt, 1 Hist. Jans., 1 Lettres Temple. Supprimé.’
12-9-1707: L. heeft van haar zoon een lijst met 35 boeken gekregen. L. zal deze voor het einde van de maand sturen. L. stuurt titel Leguat. L. vraagt madame H. 20 Charriere Operation de chirurgie 12o.
30-1-1708: L. stuurt een opgaaf van boeken, die hij haar zendt.
30-8-1708 (2-7): L. zendt haar voor 22 l. en is nog 63 l. schuldig. L. zal daarvoor spoedig de boeken zenden, die madame H. 2.7 heeft gevraagd.
| |
Huguetan (P.)
Boekverkoper te Amsterdam, zie aldaar.
18-3-1707: L. schrijft uit Parijs, dat Desprez niet contant wil betalen, maar met billetten. Een papierverkoper wil deze billetten voor zijn risico nemen en er papier voor geven. L. stelt voor dit te doen en het papier te laten veilen in Amsterdam. L. stuurt monsters van papier. De bijbels over Rouen zijn aangekomen, over Brussel nog niet.
| |
Johnson
Thomas Johnson, geb. ± 1677, 1706-1728 boekverkoper speciaal van Franse boeken te den Haag.
Brief zie Bijlage
| |
Jombert
Waarschijnlijk is bedoeld Claude Jombert, geb. Parijs ± 1679, zoon van de libr. Jean Jombert, 1700 libraire, st. 1733.
ff 21739, 52: ‘Catalogue des livres qui se trouvent chez Claude Jombert, libraire à Paris, quay des Augustins, vis-à-vis la descente du Pont-Neuf, à l'Image Nôtre-Dame.’
29-8-1707: L. vraagt J. om zijn catalogus en stelt voor zaken te doen. L. stuurt de titel van Leguat. L. vraagt J. om 6 Architecture de Desgodets fol. voor hem aan madame Roulland te geven.
8-3-1708 (7-10-1707): L. beantwoordt nu pas J.'s brief, omdat madame Roulland die in de baal had verstuurd. L. zal J. de ontbrekende kranten sturen, maar daar deze niet passeren bij de Chambre moet J. de weg aangeven. L. heeft J.'s catalogus niet ontvangen. Newton Aritmetica 8o is in Engeland gedrukt en dus heel duur. L. heeft 6 exemplaren, die hij voor 4 l. 10 s. het stuk zal geven, indien J. hem daarvoor 6 Architectures de Desgodets fol. levert.
30-8-1708 (13-3): L. kan niet ingaan op J.'s voorstel over de Edifices de Rome van Desgodets, daar L. volgens
| |
| |
accoord in Parijs alleen Gersons aan Dezallier mag leveren. L. is bereid J. voor 22 l., die L. nog schuldig is aan Denis Pepie, boeken te leveren, maar alleen op order van Pepie. L. heeft de Edifices van Boudot goedkoper gehad dan de 22 l., waarvoor J. deze aanbiedt. De 3 Gersons fol. 5 vol. zijn tezamen 210 l. en de 6 Newtons 30 l., waartegenover J. slechts voor 150 l. aanbiedt. Dit soort handel drijven bevalt L. niet.
| |
Jores
Claude Jores, geb. 1668, 1687-1699 libr. en impr. wonend te Parijs, 1699-1736 libr. te Rouen. 16 april 1698 veroordeling van Antoine le Begul, ‘l'un des francs sergens de l'Eglise de Paris, Claude Jore, maitre imprimeur et libraire de la ville de Rouen, habite à Paris, et Sebastien Cramoisy compagnon-imprimeur’ wegens ‘un commerce secret de toutes sortes de livres deffendus, et de libelles scandaleux contre la religion, l'Etat et les bonnes moeurs, imprimez à Rouen, à Lyon, et en d'autres villes de nôtre royaume, ou qu'ils tiroient des pais étrangers, et faisoient entrer par differentes voyes clandestines et indiscretes, les y tenant cachez en diverses maisons, et entre les mains de plusieurs personnes qui leur étoient assidées, et les leur fournissoient, à proportion qu'ils en faisoient le débit, tant aux particuliers qui s'adressoient à eux, qu'à plusieurs imprimeurs et libraires de Paris qui leur en demandoient.’ (ff 21749, 242). In 1708 zijn winkel een maand gesloten wegens het drukken van verboden boeken, 1712 in de Bastille wegens druk en verkoop van verboden boeken.
ff 21941, 854: L'homme détrompé ou le criticon de Baltazar Gracian. A la Haye 12o 1708. Prés. par Claude Jores, libr. à Rouen, 29-8-1708 pour une priv. loc. Rep. contenant trop d'extravagances. Néant 30-8-1708.
9-9-1707: L. vraagt opgaaf van wat hij J. schuldig is. L. zendt titel Leguat. J. moet het echter uit Parijs krijgen, daar de balen in Rouen worden verzegeld en in Parijs gevisiteerd. L. vraagt bestelling en bestelt zelf de nieuwe boeken van Rouen, maar geen kerkboeken.
20-2-1708 (26-1): L. heeft J.'s brief 1-2 ontvangen en antwoordt. ‘Aucun capitaine de vaisseaux ne prendra pas des livres pour France sans un passeport du Roy. Il y a un de mes amis, qui avoit chargez une certaine marchandise pour laquelle il avoit passeport, mais comme il la chargea sur un vaisseau sans y atacher le passeport, il fut rencontré par un capre et ranconné. A present le capitaine demande 1000 ecus a mon amy et ils sonts en proces. Ainsi monsieur sans passeport, il n'y a rien a faire. Prenez vos mesures la dessus. Je vous enveray tous les livres, que je pourray avoir en change contre mes livres, mais je ne puis vous envoier ceux, que je seray obligé d'acheter. L'argent est trop rare. Mr. Roger m'a dit qu'il vous donnerait tout ce qui dependra de luy, mais je vous le repete encore, sans passeport il n'y a rien affaire. Je suis etc.’
| |
Josse
Er blijkt niet, wie van de twee volgende is bedoeld:
Jaques Josse, geb. Parijs 21-9-1661 als 4de generatie van geslacht van libr.-impr., 1697 libr.-impr., 1698 gevestigd, in 1701 2 apprentis, 10 compagnons en 4 persen, 1710 in bestuur van de communauté, st. ± 1737.
| |
| |
Louis Josse, geb. Parijs ± 1657, zoon van de libr. Georges Josse, 1678 na de dood van zijn vader gevestigd, 1686 libr., 1702 in bestuur van de communauté, st. vóór 1739.
30-1-1708: L. kondigt J. een zending aan van 39 l. 10 s. ter afdoening van schulden. L. blijft nog 20 l. schuldig.
| |
Konig
Samuel Konig, boekverkoper te Hamburg.
28-12-1720: ‘Naerdien de erven van zalr. Samuel Koonig, in Hamburg geresolveert hebben haar ouden en door geheel Europa wijdberoemde boekwinkel te verkopen, bestaande in allerhande heerlijke, schoone en raere boeken, printen, portraiten en landkaarten van allerhande soorten en spraken; so dient tot narigt aen alle liefhebbers, dat dezelve boekwinkel tot Hamburg in de Domskerk gelegen is, alwaer zig een ieder 't zij persoonlijk, of door desselfs correspondenten kan aenmelden, om verdere narigt te bekomen, en een geschreve catalogus zal gecommuniceert werden.’ (A.C.)
9-9-1707: L. hoopt, dat K. goed is aangekomen en vraagt direct, zoals K. hem heeft beloofd, toezending van een exemplaar van alles wat de 3 laatste maanden is verschenen in Duits en Latijn, maar geen kerkboeken. L. verwacht 3 balen uit Parijs en zal K. een catalogus daarvan sturen, zodra die is gedrukt. L. zelf drukt de Hardouin.
| |
Ladvenan(t)
16-7-1708 (9-7): L. antwoordt La., dat hij heeft gehoord, dat men in Engeland de Annales Dufferius herdrukt. Om zekerheid te hebben zal L. erover naar Londen schrijven.
| |
Laffrenge of Laffrangues
Een inwoner van Lille (zie brief van 8-9-1707 aan Bignon).
1-12-1707: L. heeft La. bijna 6 weken geleden een kist en een pakket boeken voor Bignon gestuurd, die Bignon nog niet heeft ontvangen. L. vraagt La. erover te schrijven aan Bignon.
| |
Lagisse
Expediteur te Rouen, zoals blijkt uit een brief van 15-9-1707 aan Boudot: ‘C'est un garçon qui est fort vigilant honnette hommes et de mes amis, en un mot, il expedie ces sortes de choses mieux que qui que se soit, puisqu'il ne fait que cela.’ Daarom gaat de Lorme van de libraire Maurry, die aanvankelijk de expeditie van de balen in Rouen verzorgde, weg en naar Lagisse over.
| |
| |
15-9-1707 (28-8): L. zal de f 35 betalen. ‘Je suis surpris de ce que vous me marquez au sujet des estampes. J'en ay receu plusieurs fois, mais on ne m'a jamais rien dit et je crois que les estampes passent comme les livres, c'est a dire sans rien payer. Cependant j'auray soin un autre fois a cela. J'aprehende que les libraires de chez vous, peut etre jaloux des commissions que vous faites en librairie, cherchent a vous jouer quelque tour. Il s'en faut garder.’ L. zou Cailloué (Antoine of Pierre Cailloué) gaarne een dienst willen bewijzen, maar tijdens de oorlog kan dit niet, daar de scheepskapiteins geen pakjes willen meenemen. L. wil Cailloué wel 12 Leguats leveren, maar alleen over Parijs. L. vraagt La. tijdig madame Roulland te waarschuwen, wanneer een schip zal vertrekken, opdat zij de balen kan versturen. Het schip mag naar Rotterdam of Amsterdam gaan.
26-12-1707: ‘J'ay chargé sur le vaisseaux la Demoiselle, capitaine Alle Oeges, qui part pour Rouen, quatre balle de livres pour le compte de madame Boudot. Elle doit vous envoier le connoissement sur lequel vous verrez que le vaisseau dudit capitaine y est nommé le St. Pierre. Mais comme il n'a pu avoir le passeport du Roy sous ce nom la, il a changé le St. Pierre en celui de Demoiselle.’ L. zendt La. het paspoort van 4000 pond en vraagt hem, indien mogelijk, erop te laten zetten bij de douane ‘encore bon pour....’, daar de 4 balen minder wegen. La. kan alle onkosten op rekening van de Boudots zetten. Maurry heeft L. geschreven, dat Cailloué zich over L. beklaagt. L. kon hem echter, zoals reeds gezegd, niets sturen. Cailloué zelf heeft L. overigens alleen slechte boeken gestuurd, die de port niet waard waren.
14-6-1708: L. vraagt La. op te letten bij de inscheping, dat de balen op een droge plek worden geplaatst, daar van de 3 laatste balen meer dan de helft nat was, wat een schadepost van 400 l. is. L. vraagt La., daar zijn paspoort van 10 000 pond op naam van Girin alleen spreekt van een permissie ‘de faire venir a Rouen sur un vaisseaux Hollandois la quantité de....’, of hij ook een baal in Rouen mag laten er en een naar Lyon zenden. ‘Faites moy la grace d'aller de ma part chez mrs. Boucher (Nicolas le Boucher), qui demeure dans la cour du Palais, chez Vaultier, Boulenger (Jacques Joseph le Boulenger), Jores et Cailloué. Mr. Mauri m'a fait entendre ci devant que ces messieurs ce plaignois de moy que je ne les payois pas. Je dois une bagatelle au 3 premiers et je ne puis croire d'eux ce que le dit sieur Maury me marque. C'est a mr. Jores a qui je dois le plus, mais comme il m'a deu pendent plusieurs anée une somme plus considerable que je ne lui dois, je doute fort qu'il se soit plain. Enfin monsieur obligé moy de dire a monsieur Cailloué, que j'ay receus ces livres flamens, qui ne valent pas grand chose ici, que je le prie de m'en envoyer une note et ce qu'il en veut, que j'en fairé ce que je pouray et que je lui en tiendré compte en argent ou en livres comme il le jugera a propos. Mais dites lui s'il vous plait que je ne puis lui envoyer aucune chose de ce que nous avons parlé ensemble. Vous auré donc la bonté de voir ces messieurs chacun en particulier, leur dire que je suis pret a les contenter en honet homme, qu'ils n'ont qu'a vous doner un memoire de ce qu'ils souhaites que je leurs enveray d'abord a leur premier ordre ou que je remetrés ici les livres a qui il voudrons. Mais je vous prie de les avertir que je n'enveray a la faveur de mon passeport aucun livres contres les privileges du Roy, ni qui sont en aucune maniere la contrebande. En un mot
je n'enveray que ce que je jugeré pouvoir entrer sans risque. C'est sur quoy ils peuvent prendre leur mesures.’
| |
Laistre (de)
Charles de Laistre, 1645-1720, Jesuiet 1662, provinciaal 1704 (Sommervogel IV, 1384).
9-2-1708 (29-1): L. antwoordt, dat al bijna de helft van de Hardouin gedrukt is en dat hij de uitgaaf niet stop kan zetten, daar hij al veel exemplaren in Holland, Engeland en Duitsland heeft verkocht. Meer dan 4 jaren geleden kreeg L. het werk van een vriend en op 28-4-1703 heeft L. dit aan Hardouin medegedeeld en gevraagd, of hij nog wijzigingen erin wilde aanbrengen. L. heeft er al meer dan f 4000 aan besteed.
| |
Lange (Jean Mathieu) libraire à Stockholm
10-7-1708: L. biedt La. zijn diensten aan voor leverantie van Hollandse, Engelse en Franse boeken, nu hij La.
| |
| |
een brief van Bignon doorstuurt. L. zou een gedrukte catalogus van zijn Franse boeken zenden, indien die niet te dik was.
| |
Leers
Reinier Leers, ged. Remonstrant Rotterdam 17-11-1654, zoon van de boekverkoper Aarnout Leers, tr. 1696 Cornelia Brandt, weduwe François de Haas. Van 1680 tot 1709 was Reinier Leers boekverkoper te Rotterdam, daarna bleef hij financieel en ook persoonlijk geinteresseerd in de boekhandel van zijn opvolgers, Fritsch en Bohm. In 1714 werd hij schepen te Rotterdam. Voor onderhandelingen over de posterijen ging hij naar Parijs, waar hij 14-11-1714 stierf. (Zie Navorscher 1882, 530 en Tijdschrift voor Boek- en Bibliotheekwezen VIII, 1910, 143).
Als uitgever van Bayle en Basnage en andere bekende schrijvers verwierf Leers zich een internationale reputatie. Gregorio Leti schrijft, dat de Hollanders alle mogelijke moeite doen de boekhandel te handhaven, het meest Sr. Reinier Leers te Rotterdam, die een natuurlijke bekwaamheid en gemakkelijkheid heeft in het verkopen. Uit zijn drukkerij komen verschillende zeer nuttige boeken, vooral zijn dictionnaires en woordenboeken zijn befaamd. (Kort begrip der heldendeugden II, 10).
Over Leers' handel op Frankrijk vond ik het volgende. Uit een brief van le Clerc aan Leers van 24-6-1686 blijkt, dat Leers een tijd in Frankrijk is geweest (U.B. Leiden). In 1690 schrijft Leers op 6 maart aan Nicolas Toinard: ‘Cette maudite guerre est fort prejudiciable à la Republique des lettres. C'est la cause qu'il m'est impossible de vous faire tenir un exemplaire de Furetiere, les passages etant trop bien gardés pour en faire passer’, op 12 juni: ‘Si l'ouvrage du P. Noris n'est pas cher à Paris, j'en voudrais bien avoir un exemplaire que je ferois venir par la voye de P. Ferrand marchand libraire à Rouen, mais surtout je souhaiterois fort que vous me fissiez le plaisir d'ecrire au R.P. Noris pour savoir si son libraire voudroit etablir correspondance avec moy. Je prendrois un nombre de tout ce que le libraire a imprimé de curieux et de bon pour ce pays-cy; pour cet effet il n'a qu'a m'envoyer par la poste son catalogue, et me dire quels livres il voudroit avoir en contre.’, en op 2 oktober over bepaalde boeken: ‘Je vous prie d'en faire un pacquet et de le donner à mr. Jaillot, geographe du Roy, sur le quay des Augustins, sans en rien dire à personne: j'ay trouvé moyen de faire venir de tems en tems de ses cartes, dont personne ne doit avoir connoissance.’ (ff N.A. 562). Op 14-5-1694 schreef Quesnel aan du Vaucel: ‘Reynier Leers, libraire de Rotterdam, a reçu des passeports de France pour y aller et y envoyer vingts ballots de livres. Il y va aussi pour y négocier le rétablissement du commerce pour la librairie. C'est un commencement qui peut avoir des suites. Un libraire de France va pareillement en Hollande négocier en livres. C'est ce que Leers a mandé ici à mr. David (= Arnauld) en lui demandant une lettre de recommandation pour mr. Damboise (= de markies de Pomponne)’ (Quesnel I, 300). Hoe belangrijk
deze reis werd gevonden, blijkt uit de brieven van geleerden. Op 20-5-1694 kondigde Basnage aan Turrettini Leers' vertrek, over 14 dagen, aan, met zijn juist verschenen Junius de pictura veteram. Uit een brief van Cuper aan de abbé Nicaise van 24-7-1694 ziet men, met welk een spanning in ons land Leers' terugkomst
| |
| |
en daarmee de nieuwe Franse boeken werden afgewacht. Nicaise zelf schreef op 7-10-1694 aan Turrettini over het geweldige onthaal, dat Leers alom ten deel was gevallen. Op 21-2-1695 schreef Leers aan Toinard: ‘J'espere d'achever le dict. de mr. Bayl et deux autres ouvrages, que j'ai sous la presse, d'ici dans 18 mois, et de faire un tour à Paris pour ce temps là.’ (ff N.A. 562). Op 9 en 22-5-1695 schrijft J. Perizonius te Leiden aan Leers, o.a. om een paket met boeken naar Bignon te zenden. (U.B. Leiden). In een brief van 22-10-1696 schrijft Montfaucon: ‘Le commerce de la Bibliothèque du Roy avec m. Leers, marchand libraire, à Rotterdam, est enfin conclu. Il doit envoyer dans peu un grand nombre de livres en échange des estampes qui sont dans cette Bibliothèque’ (Gigas II, 1e, 250). Deze ruil geschiedde voor een bedrag van 10.000 l. (Corr. Adm. IV, 633). Op 1-12-1696 schrijft Basnage, dat men ontevreden over Leers is en dat C.J. Dufay heeft gezegd naar aanleiding van boeken, die uit Holland moesten komen: ‘Je m'adresserai à d'autres qu'à m. Leers, qui a trop d'affaires.’ (Gigas I, 150). Van 26-1-1697 dateert een brief van Jean Anisson aan Bayle over de entree van diens Dictionnaire in Frankrijk. Anisson heeft permissie tot invoer van een aantal exemplaren gevraagd met twee oogmerken: ‘La première, de procurer votre livre aux gens de lettres de cette ville à bon compte; car ils achètent les livres qui entrent par les fenêtres terriblement chers; et la seconde, j'espérois que moyennant cette permission, il s'en répandroit assez pour en empêcher la contrefaction à Lyon ou à Genève.’ Anisson heeft zelf uit 3 censoren er een mogen kiezen. Alles is echter mislukt door de domheid van Leers. Er zijn echter voordelen: ‘1. On aura plus d'envie de voir le livre, à cause
de la deffense que mgr. le chancelier m'a dit qu'il alloit faire de le distribuer. 2. Les imprimeurs de Lyon seront retenus de le contrefaire, et j'y ayderai de mon mieux pour l'empescher et pour faire plaisir à mr. Leers, quoyque je suis peu content de luy.’ (Gigas I, 138). Bayle's eigen verslag over de loop van deze zaak is wat milder tegenover Leers, komt echter op hetzelfde neer (Nouv. lettres, II 283). Op 6-3-1699 schrijft Bignon aan Leers om regelmatig verschillende kranten te zenden, met preciese bepalingen omtrent verzending, adressering etc. Leers mag niets sturen, wat Bignon niet heeft besteld. Van tijd tot tijd zal Bignon hem memoires en catalogi sturen van boeken, die hij wil hebben. Bij de brief is zo'n lijst bewaard. (U.B. Leiden). Over de geschillen tussen Leers en de Lorme zie men het hoofdstuk over de Lorme's boekhandel.
Uit Londen schreef Michel Le Vassor aan Bayle 10/20-11-1696, dat Leers aan de boekverkoper Vaillant (waarschijnlijk Paul Vaillant te Londen, vergel. not. L. Meyer 18-9-1705) alleen tegen gereed geld exemplaren van de Dictionnaire had willen geven en minstens 25 exemplaren tegelijk. Daar Vaillant er slechts 12 wilde hebben, heeft Leers aan een andere boekverkoper de alleenverkoop gegeven. (Gigas I, 495). Op 18-4-1695 biedt Spanheim te Leiden aan Reinier Leers in ruil 15 of 20, ten hoogste 25 exemplaren van zijn Harangue sur la reine défunte in fol. 25 vel aan. Het zijn de enige exemplaren, die hij in ruil tegen boeken van de hand doet. Leers kan ze naar Engeland zenden, waar ze speciaal gevraagd zullen worden. (U.B. Leiden).
Uit de brieven in Leiden blijkt ook heel wat over de verhouding van Leers en zijn auteurs en helpers. Ik laat hier het belangrijkste volgen. In 1693 en 1702 was blijkens zijn brieven J.G. Graevius Leers behulpzaam bij het drukken van boeken (U.B. Leiden). Gédéon Huet schreef in 1696 aan Leers, dat die met Bayle de betaling van de index op de Dictionnaire, die
| |
| |
Huet maakte, moest regelen, daar Huet zelf niet wist, hoeveel hij kon vragen (Gigas I, 412). Op 12/23-4-1697 bood Le Vassor Leers de uitgaaf van de Mémoires de Vargas aan en vroeg ‘quelles conditions il veut proposer à l'auteur, s'il veut donner quelque chose par feuille ou autrement.’ (Gigas I, 501). In 1699 stelde de Luneville te Parijs aan Leers voor een herdruk te geven van de reisbeschrijving van Chardin (U.B. Leiden). Op 20-8-1699 schreef Jacob Gronovius aan Leers, dat hij geen tijd had om de Lucretius voor hem te copiëren (U.B. Leiden). Op 16-11-1701 zendt Th.J. van Almeloveen aan Leers een ontwerp voor een titel (U.B. Leiden). Op 18-8-1702 vraagt E. Moonen aan Leers uitsluitsel op zijn verzoek om een kabinet met porcelein, dat hij heeft gevraagd wegens zijn arbeid aan de Epistolae Ciceronis familiares (U.B. Leiden). Op 24-8-1709 schrijft Jean Godefroy, sr. d'Aumont, uit Lille aan Leers: ‘Je vous ay deja marqué que tout ce que je pouvois faire à l'égard d'une nouvelle edition de Brantome, estoit de vous donner quelques remarques que j'ay faite et que je feray encor sur cet auteur, car il m'est impossible de me charger de l'edition, pour laquelle il me manqueroit asseurement le tems necessaire qu'elle demande. La premiere chose que l'on doit faire, est d'en avoir une copie entiere. Vous m'avés marqué qu'il y en avoit un manuscrit a la bibliothèque du Roy a Paris et vous devés tacher d'en avoir copie par quelqu'un de vos amys.’ etc. (U.B. Leiden). Op 13-8-1715, toen Leers reeds was gestorven, schreef Delaube te Lyon hem nog een brief met voorstel tot het drukken van een boek (U.B. Leiden). Op 19-8-1696 betuigde Anton. Matthaeus te Utrecht zijn misnoegen over de prijs van de Cruce stationali, dat hij terugzond. Twee gulden voor 4 vellen druk en 4 platen. Rekende men de vellen ieder op een dubbeltje, dan zouden de platen 32 stuivers kosten. (U.B.
Leiden). Op 19-12-1698 zond S. van Til aan Leers een boek van Basnage terug: ‘dewijl ick de Fransche tale soo niet magtig ben, dat ik de boecken daarin geschreven vlot verstaa en mijn besette besigheden niet toe en laten mij met een stootende lesing op te houden.’ (U.B. Leiden).
In 1710 gaf Leers tezamen met Bohm inlichtingen aan Anisson (zie Bohm).
Brieven zie Bijlage
| |
Leonard seul imprimeur du Roy rue Saint Jaques à Paris
Waarschijnlijk is de zoon bedoeld en niet de vader:
Frédéric Leonard, geb. Brussel, in dienst bij Plantijn-Moretus, 1653 libr.-impr. te Parijs, 1666 in bestuur communauté, 1678 imprimeur ordinaire du Roy, st. 1711 of 1712.
Frédéric Pierre Leonard, geb. Parijs ± 1665, in 1685 apprenti in Holland, 1688 libr. te Parijs, 1696 imprimeur ordinaire du Roy en sur vivance, in 1701 1 apprenti, 14 compagnons en 6 persen, 1712 in bestuur communauté, 1714 naar Engeland, na verkoop van zijn persen (wegens het drukken van valse paspoorten door een van zijn knechten), st. Engeland 1723. De familie Leonard bezat een aantal monopolies (Martin 304 en 307 en Coyecque I, 120 en 189), een dochter kreeg 120.000 livres bruidschat.
| |
| |
1-3-1701 schrijft de Pontchartrain aan d'Argenson, dat de Investiture du duché de Milan et autres lieux, gedrukt te Keulen bij Pierre Marteau, in werkelijkheid is gedrukt bij Leonard in Parijs en in beslag moet worden genomen (Corr. Adm. II 783).
ff 21745, 52: Op 2-3-1701 bevel om in de winkel van Leonard alle boeken, gedrukt zonder privilege of permissie, in beslag te nemen en bovendien alle boeken, waarop geen naam van drukker voorkomt of die in het buitenland lijken gedrukt te zijn, daar er enkele boeken over de Succession d'Espagne bij moeten zijn.
ff 21931, 57: 11-3-1707 in baal uit Rouen aan Leonard zijn een aantal boeken in beslag genomen, 15-5-1707 op order van Bignon aan Boudot 171 Virginie teruggegeven.
10-1-1707: L. verwijst naar zijn brief van 27-12-1706 en vraagt antwoord daarop. L. vraagt Le. wegens de dood van Boudot een baal, die L. aan hem had gericht, te laten afhalen in Rouen, daar L. de zoon Boudot niet zonder meer als opvolger wil nemen. Alle boeken, die erin zitten, passeren. Er zijn 2 pakketten in voor Bignon en Argenson (Marc René de Voyer-d'Argenson, 1652-1721, staatsman), die de Chambre zal bezorgen. L. hoopt zelf in Parijs te zijn voor de komst van de baal, zo niet, dan moet Le. de boeken bewaren. De baal is 2000 l. waard, waarvan 1200 l. aan boeken in geld. Daar L. veel kwaads hoort van madame Boudot en haar zoon - misschien echter uit jalousie - moet hij voorzorgen nemen. L. sluit een brief voor Maurry in om de baal aan Le. af te geven.
4-8-1707: L. heeft met de neef van Le. (François Fournier?) de rekening geregeld, maar vraagt een nieuwe, daar de afrekening zoek is geraakt. L. vraagt Le. aan madame Boudot 2 Breviaire de Cisteau 8o 2 vol. te geven, voor L.'s rekening.
| |
Lepine (de) libraire rue Saint Jaques à l'Image de St. Paul proche la fontaine St. Severin à Paris
Jean Baptiste (Alexandre) de Lespine, geb. Parijs ± 1676, apprenti bij Coignard en later in dienst bij hem en bij de weduwe Estienne Michalet, 1700 libr. en gevestigd met fonds van Michalet, 1702 impr. ord. du Roi, 1712 in bestuur communauté, 1741 opgehouden met drukkerij, st. 1767.
29-8-1707: L. zendt Le. boeken, zendt titel Leguat en vraagt verdere bestellingen.
20-11-1707: L. zendt ondanks het stilzwijgen van Le. over Rouen boeken. L. vraagt bericht, wanneer Le. die niet wil hebben. L. bestelt boeken.
19-12-1707: (zelfde brief als de vorige).
30-7-1708: L. vraagt nogmaals of Le. zaken met hem wil doen, daar Le. nooit antwoord heeft gegeven en de boeken van de Boudots niet heeft willen ontvangen.
23-8-1708 (9-8): Le.'s brief was juist te laat om het gevraagde te zenden; daarom moet dit wachten tot een volgende zending, die over 2 of 3 maanden zal volgen. L. zal de deffecten van de Missel sturen, zodra hij weet welke. Boudot heeft L. een groot onrecht gedaan door de gezonden boeken niet af te leveren.
| |
Marchand
Prosper Marchand, 1678-1756, 1698-1710 libr. te Parijs, daarna naar Holland. Voor bijzonderheden zie boekverkopers te Amsterdam.
| |
| |
9-7-1708: L. vraagt M. om een afrekening en opgaaf van boeken, die M. van L. in betaling wil hebben. Deze moeten echter kunnen passeren.
| |
Marck (van der)
Hendrick Adriaen van der Marck, geb. den Haag ± 1667, 1687 student te Leiden, mr. in de rechten, tr. 1698 Agnes Catharina Ormea de Papendorp en gaat over tot het Rooms-Katholieke geloof. Zij woonden te Utrecht, waar zij in 1705 stierf. Hij verhuisde in 1709 of 1710 naar Haarlem, in 1713 werd hij heer van de Leur. Op 20-5-1726 maakte hij zijn testament voor not. H. Eeckhout te Haarlem en op 5-10-1726 een codicil. Op 7-10-1726 stierf hij te Haarlem. (Zie Bijdr. en Meded. Gelre XXV, 133 en Publications de la Soc. Hist. et Arch. de Limbourg XIX, 210). Behalve de vele reeds besproken transacties met de Lorme nam van der Marck ook nog deel aan de boekdrukkerij en boekhandel van François Halma, die in 1699 van Utrecht naar Amsterdam was verhuisd:
20-2-1702 sloten van der Marck en Halma voor not. J. Slijk te Amsterdam een contract. Van der Marck zou voor de helft deel nemen in alle uitgaven van Halma, reeds begonnen en nog te beginnen. Voor de helft van de reeds begonnen werken gaf hij f 6000. Indien nodig, zou van der Marck trachten Halma ook aan zijn helft van het kapitaal te helpen tegen een rente van 4%. Elk half jaar zouden zij afrekenen en binnen het halfjaar daarna zou Halma aan van der Marck het verschuldigde betalen. Halma mocht van de drukken 6 exemplaren of minder tegelijk afgeven, voor meer was de toestemming van van der Marck nodig. Bij overlijden van een der partijen zou de andere alle gedrukte werken mogen overnemen tegen de kosten van de druk + 20%, af te betalen in 6 termijnen binnen 3 jaar. Indien hij dit niet wilde, zou alles worden geveild. Geen van beiden zou, hetzij alleen, hetzij met anderen, buiten deze compagnie iets mogen laten drukken.
26-1-1704 verklaarde van der Marck voor not. H. van Woudenberg te Utrecht, dat Halma op de verkoping van Pieter van der Aa te Leiden van 6-8-12-1703 voor f9587.2. - had gekocht, welke schuld van der Marck tot zijn laste nam, volgens de verkoopscondities, namelijk betaling in 16 halfjaarlijkse termijnen, te beginnen 1-1-1704, bij wanbetaling 4% interest.
8-12-1708 verklaarde voor not. Ch. Hellerus Halma als borg en medeschuldenaar voor van der Marck, voor 10 verlopen termijnen, waarvan de laatste 31-12-1708 verviel, aan Pieter van der Aa over kapitaal en verlopen interest, volgens acte voor not. J. van Swanenburg te Leiden van 4-2-1704, f 6652 schuldig te zijn, maar die niet te hebben kunnen betalen en uitstel te hebben gevraagd tot 1-7-1709, waarvoor hij van der Aa als pand ter minne geeft 300 Gruteri Inscriptiones in folio, 500 Dictionnaire françois et flamen in 4o, 150 Biblia hebraea van der Hoogt in 8o, 100 Ambonse rariteytkamer in fol., 50 Dictionnaire geographique de Baudrant in 4o. Alle risico en pakhuishuur kwamen ten laste van Halma.
Direct in 1702 werd een begin gemaakt met de Taferelen der voornaamste geschiedenissen van het Oude en Nieuwe Testament, dat pas in 1728 zou verschijnen. Op 3-10-1710 sloot van der Marck een uitvoerig contract met Bernard Picart, op 24-10 vastgelegd voor not. H. de Wilde te Amsterdam, voor het maken van de nog resterende en het verbeteren van de reeds gemaakte koperplaten.
| |
| |
Van der Marck financierde de uitgaaf, te beginnen met f 1000, etc. Er zouden om te beginnen 2500 exemplaren worden afgedrukt. Van de verkoop van ieder exemplaar zou Picart f 4.10. - krijgen. Getuigen waren François Halma, Michel Böhm, Jean Louis de Lorme en Prosper Marchand, die ieder een exemplaar zouden krijgen. (Afgedrukt Oud Holland 1911, 185). Op 11-4-1712 werd een toevoeging op dit contract gemaakt. Van der Marck verplichtte zich alle verdere koperplaten dan de 156 (precies opgesomd) reeds gegraveerde te laten graveren onder directie van Picart. Van 160 platen waren er 116 voor rekening van Halma gemaakt, 24 voor rekening van Picart. Van deze 24 moest van der Marck voor de enkele f 100 en voor de dubbele f 200 aan Picart betalen, alles volgens het contract van 1710. Voor de 16 resterende koperplaten was van der Marck aan Picart 10 gulden voor de enkele en 20 gulden voor de dubbele schuldig en de onkosten, die Picart ervoor had gemaakt. Van der Marck verklaarde, dat Picart alleen verantwoordelijk zou zijn voor het retoucheren en voor het aantal exemplaren, dat kon worden afgedrukt, van de koperplaten, die Picart onder zich had, terwijl van der Marck zou zorgen voor de platen, die hijzelf onder zich had. Wanneer van der Marck het Oude Testament afzonderlijk zou verkopen, zou hij 50 st. per exemplaar geven aan Picart en de 40 resterende st. bij verkoop van het Nieuwe Testament.
In 1718 vroeg van der Marck bij de Staten van Holland privilege aan voor dit werk, dat hij al sedert 16 jaar onder directie van Halma had laten maken en waarvoor privilege was gegeven op naam van Halma. Op 24-6-1718 verklaarde het Amsterdamse gilde, dat het geen bezwaar hiertegen had. (KS 249).
8-4-1710 sloten van der Marck en Halma een overeenkomst voor not. A. Buys te Amsterdam. Van der Marck kocht uit de onderlinge maatschappij het Corpus inscriptionum Jani Gruteri, ± 600 exemplaren, te betalen binnen 8 jaren na de veiling van Halma op 18-3-1710, ieder exemplaar met f 16.11.-. François Halma koopt uit hun onderlinge maatschappij de Bibliam graecam septuaginta interpretum in 4o, ± 3000 exemplaren, ieder exemplaar f 4.1. - (KS 1290).
In de boedelinventaris van van der Marck van 3-8-1727 voor not. H. Eeckhout te Haarlem worden o.a. genoemd ‘nog de teekeninge, platen, prenten en verdere druk, specterende tot de Historie des Bijbels...’ en ‘eenige werken van Gerson en anderen...’
Uffenbach deed in 1711 vergeefse pogingen om de bekende bibliotheek van van der Marck te zien, ‘indem er stets herum reiset’. ‘Er ist Commissarius von de Kleine Banck van Justitie. Man versicherte uns, dasz er sonst die Historie und Literatur wenig verstunde, und was er gutes hätte, das habe er sich durch Recommendation des berühmten Grävii zu Utrecht angeschafft. Denn dieser, wann er gerne ein gutes Buch haben wollen, habe es nur Herrn von der Marck angepriesen; der es dann à tout prix sich angeschafft, und es ihm gelehnet.’ (Uffenbach III, 524, 526, 532 en 688).
Brieven zie Bijlage
| |
Maurry
Antoine Maurry, 1677 libr.-impr., 1693 gevestigd, in 1701 4 compagnons, allen meesters, en 2 persen, tot 1712 in boekhandel.
| |
| |
ff 21939, 421: ‘Coutume de Normandie expliquée par le sieur Penelle, prés, par le sr. Boudot libr. pour le sieur Maurry libr. à Rouen. 18-4-1701 distr.: j'estime que l'impression de ce livre sera tres utile au public 25-10-1701.’
ff 21931, 65: 23-11-1706 in beslag genomen bij Witte o.a. La vie et les actions de Michel A. de Ruyter, amiral de Hollande in 12o à la Haye chez van Bulderen, 1706 (suprimé). Idem sur l'imprimé a Amsterdam a Rouen chez Antoine Maurry 1678, in 12o.
3-1-1707: L. heeft een paspoort over Lille op naam van Boudot en zal trachten uit de baal uit Lille boeken aan M. te zenden. Er zijn 3 of 4 schepen van Rouen in Rotterdam aangekomen zonder baal voor L., wat L. veel schade berokkent.
6-1-1707 (30-12-1706): L. heeft de cognossementen ontvangen, 1 voor een kist waaiers, de andere 2 voor 3 balen. L. vraagt, waar de andere balen blijven, die al 3 maanden geleden uit Parijs zijn verstuurd. L. heeft een vriend, J. Munier, gevraagd daarvoor te zorgen en die in te schepen op het 1ste schip naar Amsterdam, Gouda of Rotterdam.
10-1-1707: L. heeft aan M. 2 balen verstuurd, 1 voor de bibliotheek van de Koning, de andere ML no. 5. Clement en Leonard zullen hun orders hierover geven. De 4 balen in het schip van Jan de Jongh zijn voor Desprez. L. heeft op zijn paspoort nog 700 à 800 pond over en kan M. daarop sturen, wat hij wenst.
9-9-1707: L. gelooft, dat M. te veel te doen heeft en daardoor L.'s balen laat liggen. L. stuurt titel Leguat en vraagt ook verdere bestelling. L. vraagt M. om tegelijk met de boeken van Jores en Vaultier 6 Dixme royale 4o en 6 Coutume de Normandie 4o en 6 van alles, wat verschijnt, maar geen kerkboeken, te zenden.
14-6-1708: M. heeft zonder order op L. getrokken, waarover L. zeer boos is. De volgende week zal L. aan madame Boudot, die meer dan 4000 l. van L. heeft, order geven om M. de 120 l. voor gemaakte onkosten te betalen. Indien M. een persoon in Amsterdam opgeeft, zal L. aan die persoon alle boeken geven, die hij M. nog schuldig is. L. is niet verplicht te zorgen voor een paspoort om boeken aan M. te sturen. Zelfs als Bignon L. permissie geeft een baal in Rouen te laten, zal L. daaruit niets aan M. leveren.
23-7-1708: L. heeft tot deze dag gewacht met order te geven aan madame Boudot tot uitbetaling van de 120 l., omdat hij nu pas een algehele afrekening van haar heeft ontvangen. L. vraagt nog eens opgaaf van boeken, die M. wenst. L. zal alles verzamelen om zijn schuld aan M. af te doen.
| |
Meyers
Koopman te Rotterdam.
7-1-1707 (20-12-1706): L. is het eens met de rekening van f 379.5.8, die M. heeft gestuurd, behalve dat er nog f 39 moet worden afgetrokken, die wijlen mr. de Pommares (Elie des Pommares, ± 1683-1706) 20-2-1706 namens L. aan M. heeft betaald. L. verzoekt M. een wisselbrief op Brussel hiervoor te willen aanvaarden, daar L. in Holland geen geld heeft. L. zendt 2 cognossementen van balen, die uit Rouen komen, en verzoekt ze aan te geven voor f 400 en door te zenden.
| |
Moreau libraire rue Saint Jaques a Paris
Jean Moreau, geb. Parijs ± 1661, apprenti bij Estienne Michallet, na 18 jaar dienst in 1698 gevestigd als libr.-impr., in 1701 2 apprentis, 14 compagnons en 3 persen, st. 1715.
In 1703 werd hij, wegens het drukken van verboden boeken en het bezitten van Hollandse nadrukken, vervallen verklaard van zijn plaats van libr.-impr., met in beslag name van zijn materiaal
| |
| |
en een boete van 1000 l. (ff 21739, 141). Hij ging echter verder met de boekhandel en in 1706 werden bij hem een aantal drukken uit Lyon in beslag genomen (ff 21931, 37). Op 4-1-1708 werd hij bij arrest de la cour du parlement gerehabiliteerd (ff 22088, 80 (310)).
1-9-1707: L. zal direct boeken aan M. zenden onder couvert van Boudot aan het adres van mr. Cellier (Claude Cellier), volgens de ruil die zij hebben gesloten. L. zendt titel Leguat. L. vraagt M. aan madame Roulland de boeken af te geven, die zij namens L. komt vragen. ‘J'ay parlé a mr. Desbordes, qui m'a prié de vous marquer que vous luy feriez plaisir de me mander comment il faut s'y prendre pour se faire payer des 80 l. en question et dire en même temps le nom de celuy qui a fait cette restitution.’
19-12-1707: L. heeft M.'s brief aan Desbordes laten lezen. L. zendt M. over Rouen boeken. L. is M. nog 33 l. schuldig. In hun ruil waren de Voyages de Dampier in 3 en de Voyages de la compagnie in 5 delen. L. zendt deze in 4 en 7 delen en zal daarom de prijs verhogen.
30-8-1708 (30-6): L. heeft geen 6 Curiosité de la nature et de l'art ontvangen; M. heeft hem immers geschreven, dat die herdrukt werden. M.'s zending van 7-10-1707 bedroeg 113 l. 10 s. in plaats van 128 l. 10 s. De Voyages de la compagnie zijn niet 21 l., maar 42 l., zodat L. voor 149 l. heeft gestuurd. L. zendt nu nog voor 180 l. via Dezallier, zodat L. en M. quite zijn. ‘Si les Curiosité de la nature et de l'art sont rimprimé et les panagyrique de Trajan, je vous prie de donner a madame Rolland 6 du premier et 25 du dernier. Je fairay mon possible que celui-ci ne soit point contrefait en ce pays, et le 25 je vous demande n'est que pour essay.’
| |
Mortier (D.)
David Mortier, lid van een Amsterdamse boekverkopersfamilie, was van 1696 tot 1713 te Londen gevestigd. Samen met hem gaf de Lorme enkele boeken uit. Voor bijzonderheden zie boekverkopers te Amsterdam.
16-12-1707: L. heeft niets van M. gehoord, sedert zijn aankomst in Londen, en wacht nog op de bestelling van boeken uit Frankrijk, die M. in Haarlem heeft beloofd aan L. te zenden. Elk ogenblik kunnen de balen aankomen. L. heeft 2 maal de Leguat van Mortier in de kranten geadverteerd, maar alleen een bestelling van 12 gekregen van een onbekende Brusselse boekverkoper. L. heeft deze niet gestuurd. Van l'Honoré heeft L. het bewuste niet op tijd kunnen krijgen. De wisselbrief van Varennes is betaald; toch moet M. hem niets afgeven zonder nadere order van L. te hebben. L. bestelt 2 mooie exemplaren van de nieuwe kopergravure van Smith en daarbij 2 Sophocles 8o graecae en 2 Oraison d'Eschine et de Demosthene. P.S. Het schip uit Rouen is in Rotterdam aangekomen.
30-12-1707 (2-12): L. heeft aan J. Mortier de door M. gevraagde boeken afgegeven en zal, als in de volgende zending er nog meer voorkomen, die ook afgeven. L. heeft l'Honoré 13 Leguats gegeven tegen 4 La Hontan en 4 van zijn boek van Du Pin. Deze laatste komen pas, wanneer l'Horoné ze ook aan anderen afgeeft.
3-2-1708 (16-1): L. zweert, dat hij M. alles heeft gestuurd, wat hij had. In de volgende baal van 1000 pond zal misschien nog meer zitten. L. zal dat dan aan Jacob Mortier geven. L. zendt 5 catalogi van in Parijs gedrukte muziek. M. moet direct bestellen, daar over een maand weer een baal uit Parijs aan L. wordt verzonden. L. heeft opgedragen om daar de gevraagde boeken voor M. te laten binden. L. is teleurgesteld, dat M. hem niet al het gevraagde zendt.
| |
Muguet (François) libraire a Verdun
Waarschijnlijk vergist de Lorme zich in de voornaam (de bekende libr. François Muguet te Parijs
| |
| |
was in 1702 gestorven). Lepreux en de Etat van 1701 noemen in Verdun alleen een boekverkoper Claude Muguet.
Claude Muguet, geb. Lyon ± 1673, apprenti bij zijn vader libr. te Lyon, 2½ jaar in dienst bij Neully en Boucher te Straatsburg en Lagardette te Metz, 1701 gevestigd in Verdun als libr.-relieur, blijft er tot 1716.
In 1710 diende hij een rekwest in om te mogen drukken. Dit verzoek werd geweigerd, daar Verdun maar 1 drukker mocht hebben. De Journal de Verdun werd naar men beweerde bij Muguet gedrukt, maar in werkelijkheid in Luxemburg.
8-8-1707: L. schrijft, dat J.F. Broncart op 22-7 uit Luik een pakket aan M. heeft gezonden, A.B. gemerkt. L. vraagt M. dit direct door te zenden aan Boudot.
15-9-1707 (26-8): ‘Je vous fourniray tout ce qui s'imprime en ce pays le grand papier a 6 dutes et le petit a 4 la feuille. J'entend a ces prix la les livres d'une impression commune’. ‘Il faut que je vous dise qu'il y a 8 dutes pour un sol et qu'une Louis d'or en espece, qui vaut chez vous 13 l. 5 s. ne passe icy que pour 9 fl. 10 st.’. ‘La plus grande partie des livres dont vous me demandez les pirx nous sommes obligé de les acheter en argent et on ne nous fait que 10% de rabais. Je vous en envoye cependant les prix. Ceux, auquel je ne met rien, ne se trouve plus.’ M. moet L. geld overmaken, indien M. dit soort boeken wenst.
| |
Musier
Jean Musier, geb. Parijs ± 1669, zoon van de libr.-impr. Jean Musier, 1689 gevestigd als libr. na acquisitie van het fonds van de libr.-impr. Raffle, st. na 1724.
ff 21940, 269: ‘Bibliotheque choisie mois de janvier. On pretend donner cet ouvrage tous les mois. Comp. par xx et prés. par Jean Musier, libr. à Paris, ce 1 janv. 1705 pour un priv. gen. Les ouvrages periodiques ne le pas permette aisement 30 avril 1705. Néant.’
Brieven zie Bijlage
| |
Nully (de)
Jean de Nully, geb. Beauvais ± 1661, maitre és arts en l'université de Paris en 3 jaar studie in de theologie, apprenti 1686-1690 en daarna 3 jaar dienst bij Lambert Roulland, 1693 libr.-impr., echter alleen als libr. gevestigd, in 1701 1 knecht en geen drukkerij, st. 1720 of 1721.
19-12-1707: L. zendt N. boeken over Rouen om tot afrekening te komen van hun ruil van 22-10-1706. Bij zijn laatste verblijf in Parijs ruilde L. met M. 4 Virginie 10 l. tegen 2 Incredulité des deistes 9 l. en 1 Methode italienne 1 l. Nog steeds wacht L. op deze boeken.
30-1-1708: L. heeft aan N. voor 93 l. gezonden om tot afrekening van hun ruil van 22-10-1706 te komen. De Voyage de la compagnie en die van Dampier zijn nu in meer delen dan toen en dus hoger van prijs. (deze brief is doorgehaald).
| |
| |
| |
Osmont libraire rue St. Jaques au coin de la rue de la Parchimenerie à Paris
Charles Osmont, geb. Parijs ± 1668, zoon van de libr. Charles Osmont, 1688 libr., 1713 in bestuur communauté, 1727 in Bastille, st. vóór 1730.
In 1705 kreeg Osmont privilege voor de Lorme's uitgaaf Histoire de la decouverte et de la conqueste du Perou (ff 21940, 352).
Op 23-3-1707 werden 3 balen, aan Osmont gericht en komend van Valenciennes, in beslag genomen, met veel uitgaven van Leers en uitgaven van Amsterdam (ff 21931, 61). In 1714 waarschuwden de boekverkopers en drukkers de kanselier, dat Osmont 900 Dictionnaires van Bayle had ingevoerd. (Bachman 37).
12-9-1707: L. is O. nog 46 l. schuldig en vraagt bestelling. L. zendt titel Leguat. L. bestelt boeken en vooral 1 La Motte le Voyer.
20-10-1707: L. zendt lijst van de boeken, die over Rouen voor O. zijn verzonden, en vraagt bericht, wanneer O. die niet wil hebben. L. dankt voor de boeken, die O. aan madame Roulland heeft gegeven.
30-1-1708: L. zendt lijst van boeken, die hij O. heeft gezonden, en vraagt bericht, wanneer O. die niet wil hebben. Du Bois bracht een pakket voor O., toen de balen al weg waren. L. zal het zo spoedig mogelijk zenden.
30-8-1708: Madame Boudot heeft voor 89 l. boeken aan O. gegeven, zodat O. in totaal voor 280 l. heeft gehad, terwijl L. voor 289 l. heeft gehad. L. zendt O. nu via Dezallier, vandaag verscheept, 1 Biblia vulgata 24o 6 vol. voor 8 l. en is dus nog 1 l. schuldig. L. heeft er de 8 Perpetuité de la foy 4o 4 vol., die du Bois hem 30-1 heeft gegeven, bijgevoegd.
| |
Pelsant and Foster
Kooplieden te Rotterdam.
6-12-1707: L. zendt P. en F. het cognossement van een baal op het schip de ‘Shepheard’ kapitein Jerome Vinck en vraagt voor doorzending te zorgen en de baal aan te geven voor f 200. (Deze brief, in het Engels geschreven, is doorgehaald).
| |
Picart (le Romin)
Bernard Picart, 1673-1733, tot 1710 te Parijs, tekenaar en graveur. Voor bijzonderheden zie boekverkopers te Amsterdam.
Brieven zie Bijlage
| |
Pinart
Michel Pinart, 1659-1717, sous-maitre au Collège Mazarin, bekend orientalist.
| |
| |
30-8-1708: L. biedt zijn verontschuldigingen aan, dat hij de Suidas, die L. aan P. verschuldigd was voor het saldo van hun afrekening, niet eerder heeft gestuurd. L. heeft dit werk in Engeland moeten bestellen, omdat het in Holland te duur was.
| |
Pocquelin (l'abbé)
Abbé Pocquelin, curé de Saint Sauveur te Parijs, test. 12-7-1729, st. 18-11-1730 (Arch. Nat. DC 6 220, 213).
26-9-1707: L. zendt P. Erasmi opera fol. 12 vol. gr.p. en St. Irenaei fol. gr.p. uit Engeland ten geschenke. Het zal L. echter moeite kosten de 5 Bullus, die L. aan P. verschuldigd is voor het saldo van hun afrekening, te leveren.
| |
Prallard
Waarschijnlijk is de vader André Pralard bedoeld en niet een van zijn zonen.
André Pralard, geb. Savigny 2-6-1635, 1650 apprenti bij Jean Antoine Huguetan te Lyon, 1657-1669 bij Parijse libr., 1669 libr. te Parijs, 1668 en 1675 in de Bastille, in 1701 1 apprenti en 1 facteur, st. ± 1719.
François André Pralard, geb. Parijs ± 1670, zoon van bovengenoemde, zijn voorouders al sedert 15de eeuw impr. te Parijs, ‘a fait son humanitez, sa philosophie et son droit’, daarna bij zijn vader, 1691 libr. te Parijs, 1692 bij een libr. in Lyon, daarna naar Vlaanderen en Holland ‘sous la conduitte d'un des plus scavans libraires de Paris à raison de commerce de librairie’, daarna te Lyon, 1694 gevestigd te Parijs, in 1701 1 apprenti en geen compagnons (outre le tems qui ne le permet point, ils sont tres rares en librairie; les bons trouvent moyen de s'établir d'abord), st. vermoedelijk in 1706, zijn weduwe wordt in 1708 als libraire genoemd. Zij was de dame, die Jean Louis de Lorme in Parijs vasthield.
René Pralard, 2de zoon van André Pralard, 1700 libr. te Parijs, st. vóór 1725.
10-11-1707 (4-11): ‘Je ne puis avoir raison de mr. Mortier. Prenez la peine de lui écrire et marqué lui que s'il ne veut pas vous donner ce que vous lui demande pour ce qu'il vous doit, qu'au moin qu'il vous rende vos livres. Vous pouvez m'envoyer sa lettre comme ausi les deux feuilles d'ecriture que vous voulez faire tenir au R.P.Q. (Pasquier Quesnel, 1634-1719). L. zendt P. 2 Recueil des voyages 12o 7 vol. fig. voor 42 l., 2 Voyage de Guinée 12o fig. voor 6 l., 4 Leguat 12o 2 vol. fig. voor 20 l., tezamen 68 l. Deze reizen hebben altijd debiet. L. bestelt bij P. boeken. L. meent nog enkele Missel romain te Parijs te hebben en vraagt P. of hij daarvan wil hebben. Foppens achtervolgt L. met zijn zaak. P. moet L. berichten, wat P. met Ganeau heeft gedaan.
30-1-1708: L. schrijft, dat P. van madame Boudot andere boeken zal krijgen dan L. in de vorige brief heeft genoemd.
| |
Prud-homme
Claude Prudhomme, geb. Laon ± 1672, 1694 apprenti bij mr. de Sercy, 1700 libr., 1726 in bestuur communauté, st. ± 1737.
| |
| |
24-11-1707 (16-11): L. heeft P.'s brief pas op 22-11 gekregen. ‘Je suis fachés de vous dire, que l'Oeconomie generalle de la campagne etc. n'a pas été goutée en ce pays. La premiere edition de Paris a été contrefaite en cette ville, par un nomé Mr. Henry Des Bordes, qui ne s'en est pas trop bien trouvez et je suis d'opignon que plus de la moitiéz de son edition lui reste.’ L. wil er niet meer dan 6 exemplaren van hebben. L. raadt P. aan deze nieuwe uitgaaf met opgaaf van de vermeerderingen in de Journal des savants te laten aankondigen. Deze wordt in Holland iedere 3 maanden nagedrukt. L. vraagt daar 6 Jardinier botaniste bij te voegen.
30-8-1708 (18-3): L. heeft de bovengenoemde 12 exemplaren ontvangen en zendt P. over Rouen boeken volgens bijgaande lijst.
| |
Quillau
Jaques Quillau, kleinzoon van Pierre Quillau, 1702 libr.-impr. te Parijs, imprimeur de l'université, st. vóór 1728. Hij drukte de helft van de Horace van Dacier voor de Lorme.
24-10-1707 (23-9): L. heeft 14-10 van Etienne 5 vel gekregen, terwijl Q. in zijn brief schreef toen al 5 vel klaar te hebben. Desprez moet op 1-10 aan Q. 520 l. betaald hebben.
7-11-1707: L. is ontevreden en dreigt 2 delen van Quillau af te nemen en aan madame Lembin (Veuve Antoine Lambin) te geven.
8-12-1707 (28-11): L. dringt aan op te schieten. L. heeft nog niet alle proeven van het eerste deel, dat gereed moet zijn, gehad. L. vraagt opgaaf van de prijs van het maken van 2 indices.
16-4-1708: L. herinnert Q. aan zijn belofte om 3 vel per week te geven. L. heeft in 8 maanden slechts 58 vel gehad. Q. zal zeker zeggen, dat Ballard nog minder doet, maar Q. moet behalve de delen ook nog de inleiding, titels en indices drukken. L. hoopt, dat Q. de 2de betaling van Desprez heeft ontvangen.
7-5-1708: L. vraagt of Q. het 5de deel in juli klaar kan krijgen om in augustus inleiding, titels en indices te drukken. L. wil 20 Analyse demontrée nemen, mits hij boeken uit Holland in ruil mag geven. L. zal een exemplaar namens Q. gratis aan Leibnitz bezorgen. L. vraagt Q. alles van de Horace, wat voor Holland bestemd is, nu reeds te sturen.
9-7-1708: L. vraagt Q. voort te maken met zijn 5de deel. Ballard heeft het 8ste al af. L. zendt Q. een model voor de titel.
| |
Remond, faubourg St. Germain vis a vis l'abbey au Bois
Toussaint Rémond de Saint-Mard, 1682-1757, gefortuneerd geleerde en schrijver te Parijs.
Brieven zie Bijlage
| |
Ribou (mr.) libraire quay des Augustins a l'Image de St. Louis à Paris
Pierre Ribou, geb. Parijs ± 1654, zoon van de libr.-impr. Jean Ribou, 1697 libr., st. 1719 of 1720. ± 1699 werd bij David en Ribou voor 3000 ecus (74 titels) aan Amsterdamse drukken in beslag genomen (ff 21749, 186). Op 23-9-1703 werd de Diarium historico literarium authore P. Jacobo Hommery apud Petrum Ribou, waarop geen approbatie was gedrukt en waarin na het examineren veranderingen waren aangebracht, in beslag genomen en verboden (ff 21745, 317).
| |
| |
29-8-1707: L. is R. nog 160 l. schuldig en vraagt, wat hij zal zenden. L. zendt titel Leguat en bestelt zelf ook boeken.
17-10-1707 (8-9): L. bestelt 4 Corneille, 10 Lucien d'Ablancourt, 2 Baudrand fol., 20 Perse et Juvenal de Tartaron, 12 de la Connoissance de Dieu. Zodra L. een paspoort heeft, zal hij 100 Leguat voor 500 l., 100 Tournemir voor 150 l., 2 Voyage de la compagnie 12o 7 vol. voor 46 l., 4 Schouten voor 36 l. en 2 Guinée voor 6 l. zenden. ‘Je ne vous ay point demandez d'Horace de mr. Dacier. Ainsi ne m'en envoiez pas - vous en savez la raison -, ni aucun Romain. On les rimprime tous icy. En un mot ne m'envoyez que ce que je vous demande.’ R. moet aan David en Charpentier vragen, waarom zij L. niet antwoorden.
15-12-1707: L. dankt voor de boeken, die R. aan madame Roulland heeft gegeven. L. doet opgaaf van boeken, die hij R. over Rouen stuurt. Bignon heeft de entrée van de Leguat geweigerd.
27-2-1708: L. heeft hoop de Leguat toch te kunnen verkopen in Parijs en biedt er R. 100 of meer aan. L. bestelt boeken.
30-8-1708: L. stuurt een lijst van boeken, die hij via David aan R. zendt, voor 581 l., waarmee L. meent ongeveer quite met R. te zijn.
| |
Ribou (mesdemoiselles) au Palais à Paris
29-8-1707: L. betuigt zijn spijt Parijs te hebben verlaten zonder de afgesproken ruil met hen te kunnen sluiten. L. zendt titel Leguat en vraagt verdere bestelling. L. zelf bestelt boeken bij hen. L. vraagt een eventueel antwoord te bezorgen bij mr. du Mesnil, commis au bureau des Postes.
15-12-1707 (15-9): L. dankt voor de brieven, die zij voor hem aan madame Roulland hebben gegeven. L. stuurt een lijst van boeken, die hij hen over Rouen stuurt. De Leguat is geweigerd en kan L. dus niet leveren. In een volgende zending zal L. sturen, wat zij 15-9 hebben gevraagd. ‘Je vous pase les livre comme je les pase aux autres et je prendray les votre comme vous les vendez dans votre boutique.’ (vrijwel dezelfde brief staat op 20-11, met uitzondering van de passage over Leguat, maar is doorgehaald).
| |
Rigaud libraire rue de la Harpe à Paris
Claude Rigaud, geb. Lyon, 1698 libr. te Parijs, 1704 impr. in de plaats van zijn zwager Jean Anisson, 1705 directeur de l'imprimerie royale in plaats van zijn zwager, 1723 doet hij zijn zaken over aan zijn neef Louis Laurent Anisson.
22-12-1702 schrijft de Pontchartrain aan Louvois, de garde général de la bibliothèque du Roi, dat Louvois de nieuwe boeken uit Holland moet trachten te krijgen door ruiling tegen prenten, niet meer door Leers, zoals voorheen gebeurde, maar door Rigauld, associé de mrs. Anisson en Poucet, die een grote handel met het buitenland hebben en zeer betrouwbaar zijn (Corr. Adm. IV, 633).
4-8-1707: ‘Quelques libraires d'icy sonts etonnez que vous ne leurs avez pas encore envoyez ce que vous leurs devez par change. Plusieurs m'en onts parlez. Vous pouvez croire ce que je leurs ay repondu.’ L. vraagt R. om 1 St. Hieronimi vol. 3 en 2 vol. 4. Indien Bohm enkele zaken onafgewikkeld heeft achtergelaten, biedt L. zijn diensten aan R. daarvoor aan.
18-8-1707 (12-8): L. weet, dat hij aan R. ± 1000 gulden schuldig is en vraagt R. daarom niets te sturen, maar alleen te bestellen, mits geen boeken, die L. met geld moet betalen. L. kan R. echter geen Gersons leveren. L. zendt titel Leguat. R. heeft nog Biblia 24o en Concordance 8o, die L. behoren. R. mag die op rekening van L. zetten, maar moet het aantal opgeven.
12-3-1708 (28-2): L. belooft volgende week alle boeken, die R. heeft gevraagd, voor zover L. ze heeft kunnen
| |
| |
krijgen, aan mr. de Graaf te zullen geven om zo zijn schuld af te doen. L. zal er nieuwe boeken, die hem geschikt lijken voor Lyon, bij doen. Dit zal dan voor een nieuwe rekening zijn. ‘Mr Bohm m'avoit demandé 40 Voyage de Leguat. Il me marquoit qu'il en prendroit un plus grand nombre, si je n'en envoiait pas a plusieurs libraires de chez vous et comme ce livre ne peut pas passer et que j'en ay a Paris, Mr. Boudot a ordre de vous en donner 100 exemplaires ou plus si vous en voulez. S'il fait de la difficulté de vous en donner, vous prendrez la peine de luy dire qu'il peut en demander permission a mr. Bignon.’ L. heeft 6 Gruter kl. en 5 Gruter gr.p. gekocht voor f 45 en f 50 met 10% rabat. L. meent er in Parijs 4 kl.p. te hebben, die hij R. franco voor 60 l. in geld zal geven. L. zendt de Synopsis operum Harduini.
| |
Robustel (C.) libraire rue Saint Jaques au Palmier à Paris
Charles Robustel, geb. Grenoble ± 1657, schoonzoon van Jean Guignard, apprenti 4 jaar te Lyon, 4 jaar te Parijs bij Louis Billaine en Jean Boudot, 3 jaar in dienst bij Sebastien Mabre Cramoisy en 4½ jaar bij Jean Boudot, 1689 libr. te Parijs, 1690 gevestigd, in 17011 apprenti en 2 compagnons, 1705 in bestuur communauté, st. vóór 1737.
10-10-1707 (26-8): L. heeft zonder succes aan Broncart geschreven over R.'s billet. ‘Vous me ferez grace de m'envoyer un catalogue du fond de madame Muguet, que vous avez achetez et le nom de ceux qui sont avec vous.’ L. zal R. sturen 2 Vossius opera omnia fol. 6 vol. voor 216 l. en 1 Bibliotheca criticae sacrae fol. 4 vol. voor 72 l., in Parijs op risico van L. te leveren. L. zal R. de prijzen van zijn catalogus betalen en de boeken in Parijs ontvangen. L. bestelt 1 Tillemont Mem. eccles. 4o tom. 6, 7 etc., 1 idem tom. 8-11, 1 Tillemont Des Empereurs tom. 5 etc., 6 Supp. de re diplomatica fol. en 1 catalogus van zijn boeken.
14-11-1707 (7-11): Broncart heeft beloofd of R. of L. het billet te betalen. L. heeft in de kranten al gezien, wie samen met R. het fonds van madame Muguet hebben. L. verdedigt zich tegen R.'s klacht, dat L. teveel voor de boeken vraagt. L. vraagt voor een gebonden Vossius in Parijs 108 l. en du Bois voor een ongebonden 75 l. in Amsterdam. Voor het binden moet men 12 l. aftrekken, de rest voor de verzending naar Parijs. ‘Apres cela, vous pouvez demander a mr. Etienne, si feu mr. Boudot n'a pas envoiez icy a mr. Roger un memoire des livres, que je luy avoit fourny pour en demander les prix. Ainsi je puis dire, que c'est le dit sr. Boudot, qui a mis les prix a mes livres et non moy. Je pourrois vous faire voir, comme 2 et 2 fonts 4, que mr. Boudot a eu mes livres 10% moins que les autres.’ L. kan bij gebrek aan kapitaal niet zo'n grote ruil doen, als R. voorstelt. L. zal 2 Vossius, die hier f 66 zijn, ruilen tegen 1 Critici sacri fol. 9 vol., hier f 120 ongebonden.
17-2-1708: L. heeft niets gehoord over zijn voorstel. Broncart zal R. direct betalen en L. vraagt of R. nu het billet terug wil hebben. L. klaagt over zijn moeilijkheden met de Boudots.
8-3-1708 (2-3): L. zendt het billet van Broncart terug en vraagt R. het ontvangstbewijs, dat L. op 2-7-1707 aan R. heeft gegeven, terug te zenden. Nogmaals stelt L. aan R. de bovengenoemde ruil voor. L. kan R.'s Ann. Ben. niet verkopen en vraagt alleen door hem bestelde boeken te zenden. L. geeft lange beschouwingen over zijn moeilijkheden met de Boudots.
2-4-1708: L. vraagt de prijzen van de boeken, die R. voor hem aan madame Roulland heeft gegeven. L. komt weer met klachten over de Boudots. Charpentier heeft L. geschreven, dat hij bij Madame Boudot enige Lettres d'Ossat is gaan vragen en dat madame Boudot heeft geantwoord, dat L. niet mocht beschikken over boeken, die hem niet toebehoorden. L. heeft in zijn magazijn nog meer dan 50 exemplaren van dat boek.
14-5-1708 (5-4 en 6-5): Het schip met de boeken, die R. heeft gestuurd, ligt in de haven. L. zegt, dat de afspraak tussen hem en R. is, dat R. de prijzen bepaalt van zijn eigen boeken en van L.'s boeken. L. zal aan du Bois zijn boeken geven. L. komt weer met klachten over de Boudots, over wie Charpentier en Ballard de vreselijkste dingen schrijven. Zij die zeggen, dat L. de Leguat voor 6 l. verkoopt, liegen. L. vraagt R. de rekening, die L. aan de Boudots heeft gezonden, artikel per artikel door te nemen en er de prijzen bij te zetten. L. wil tot een algehele afrekening met de Boudots komen. Madame Boudot heeft een paspoort gestuurd om haar haar Lettres d'Ossat te zenden. Het is van 4000 pond en 150 Lettres d'Ossat wegen maar 600 pond. L. zou gaarne de
| |
| |
resterende 3400 pond zelf willen gebruiken, daar ze anders verloren gaan. L. wil dit niet zelf vragen, want dan krijgt hij weer te horen: ‘que je me sert de la pate du chat pour tirer les marons du feu.’
2-7-1708: L. vraagt nogmaals aan R. om voor de afrekening met de Boudots te zorgen. Betaling zal L. thans nog niet eisen. Over te hoge prijzen kunnen de Boudots zich niet beklagen, omdat L. heeft goedgevonden, dat R. alle prijzen keurde en desnoods veranderde. L. heeft een vriend procuratie gegeven om in geval van nood tegen de Boudots te gebruiken. L. heeft een brief van 9-6 uit Rouen, dat de baal van de Boudots aan hem is verzonden, maar omdat hij daarvan geen bericht had gehad, heeft hij deze baal niet kunnen verzekeren, zoals hij anders altijd doet. Als er iets met de baal gebeurd, is dat voor risico van de Boudots. De Boudots hebben L. 50 Paleographia van Montfaucon geweigerd, omdat zij deze in compagnie hebben gedrukt. L. vraagt R. samen met Ballard als arbiters in zijn geschil met de Boudots te willen optreden.
| |
Rouillé
Koopman (?) te Parijs.
30-1-1708: L. schrijft, dat hij 23-5-1707 aan Hirault te Parijs 2000 l. in geld betaalde en daarvoor een wisselbrief van f 1421.6.- bankgeld, getekend door Rouillé, op Muylman kreeg. Deze heeft slechts in kasgeld willen betalen, zodat L. f 74.12.-tekort kwam. Op L.'s brieven antwoordt Hirault niet. L. vraagt daarom R. dit bedrag voor hem over te maken aan Muylman.
20-2-1708: Daar R. niet antwoordde, vraagt L. 8 Louis d'or op hem te mogen trekken, te betalen aan Etienne.
| |
Rouillé (madame)
2-4-1708: Du Mesnil heeft L. geschreven, dat L. aan madame Rouillé alles, wat in Holland verschijnt, moet zenden. L. zendt om te beginnen 1 Abus et nullitées en 1 3e Memoire.
| |
Roulland (madame) à la Vieille poste rue St. Jaques à Paris
Veuve Lambert Roulland, zet na de dood van haar man in 1694 de boekhandel voort, st. 1714 of 1715.
Blijkens de brieven hield zij zich voor de Lorme speciaal bezig met het expedieren van balen over Rouen.
5-9-1707: ‘Je vous envoye madame un memoire pour recevoir quelques livres de plusieurs libraires de chez vous. Je vous prie de prendre la peine de les leurs porter ou de leurs envoyer a chacun de ces messieurs le memoire de ce que je demande. Mais ceux qui ne voudrons pas donner les livres il ne faudras point leur laiser mon memoire. Et prendrez un note d'eux signé et daté, de ce qu'ils vous donnerons, que vous m'enveray lors que la balle sera partie. Si tous les libraire vous fournisent ce que je demande, il y aura des livres au moins pour deux balle. D'abord que vous aurez de quoy en faire une, vous la ferez toujour partir, en attandant que vous me procurié les autres livres. Vous addresseré toujours mes balles a mr. Lagisse a Rouan et les marquer H.D. Libri.’ Lagisse zal haar tijdig waarschuwen. De onkosten moet zij opgeven aan L. die ze haar zal vergoeden.
12-9-1707: L. zendt haar nog een lijst voor andere boekverkopers.
8-3-1708 (23-2): L. zou willen, dat zij vlugger was en de facturen van de baal, die 10-2 is verzonden, niet zelf had gestuurd, maar door Girin. L. heeft madame Boudot opgedragen de 10 l. onkosten aan haar te betalen.
| |
| |
L. stuurt nieuwe lijsten van boeken, die zij voor L. moet zien te krijgen, en vraagt haar hetzelfde voor de boeken van de lijsten van 5-9-1707, die nog niet zijn geleverd. David zal haar een paar boeken komen vragen, die Coignard heeft geleverd, om te laten binden.
19-3-1708: L. vraagt haar Pralard om 6 Traité de la puissence eccl. en Ribou om 4 Art de tourner te vragen. Als madame Boudot deze boeken heeft, heeft L. ze echter liever van haar.
4-6-1708: L. schrijft haar om alle boeken, die niet zijn geleverd, nog eens te gaan vragen. Zij moet madame Boudot vragen om boeken volgens ingesloten lijst en bovendien om 50 Paleographia fol. Als madame Boudot weigert, wil L. dit onmiddellijk via Girin weten. L. vraagt haar om op zijn kosten voor de verzending alles te laten collationeren. L. vraagt om een aantal deffecten.
| |
Roy (le)
Evantailliste te Parijs (zie brief aan Girin 23-8-1708).
6-2-1718: Van Zanten heeft L. gevraagd voor ± 300 l. waaiers te bestellen. L. staat in voor betaling binnen 2 maanden.
| |
Roy (le) rue Chariere a l'image St. Sebastin a Paris
Barthélémi le Roy, geb. Parijs, zoon van de libr. Charles le Roy, 1708 libr., st. tussen 1719 en 1723.
30-8-1708: L. heeft van madame Roulland 15 Dictionnaire de Danet p.p. en 5 gr.p. ontvangen. L. weet niet, of het voor rekening is van R. of van Deville, aan wie hij ze heeft gevraagd. L. zendt R. boeken in een baal aan David over Rouen. L. vraagt verdere bestelling.
| |
Sarrat (du)
Waarschijnlijk is bedoeld Arnaud du Sarrat, boekverkoper eerst in Halle, later in Berlijn. Op 24-10-1702 transporteerde L. aan Arnaud du Sarrat, marchand libraire à Halle, een vordering op de failliete boedel van Robert Roger in Berlijn voor not. de Wilde.
9-9-1707 (4-9): L. schrijft, dat hij in de enige zaak, die hij met S. heeft gedaan, namelijk in le Clerc's Testament, niet tevreden is geweest en daarom niet op de brieven van S. heeft geantwoord. De preciese gang van zaken herinnert L. zich niet, alleen dat S. nadat alles beklonken was achteraf nog een enorm rabat in rekening heeft gebracht. L. zegt, bijna elke maand boeken uit Frankrijk te krijgen en net zo goedkoop te leveren als anderen.
27-9-1707 (17-9): L. heeft S. op 8-5-1703 30 Testamenten van le Clerc gestuurd, te betalen binnen 6 maanden zonder rabat à f 5 per stuk en 20 st. emballage, samen f 151. L. heeft 10-11-1703 van H. des Bordes f 140 ontvangen en moet dus nog f 11 hebben. ‘Je receus samedi dernier 4 balles de Paris. Il n'y a pas grande nouveautez. Je vais en faire imprimer un catalogue. Si vous souhaitez, je vous l'envoyerez. Je fairez avecque vous mr. comme je fais avec tous les libraires des pays etranger. C'est a dire que je leur passe les livres de France comme il s'y vendent aux libraires de campagne avec le rabais. Et je reduit la monoye de France en celle de Hollande. Pour mieux vous faire entendre ma pensée, par exemple un 12o se vend a Paris 2 l. relié. Je rabat 7 sols pour la reliure et 5 de rabais qu'on fait aux libraires de campagne. Ainsi rest 29 sous de France, qui font de Hollande environ 22 sols, qu'on me paye sans aucun rabais.’
| |
| |
| |
Sellius (Adam)
Adam Sellius, boekverkoper te Halle.
26-7-1707: L. heeft gehoord, dat S. weg is bij de Huguetans en gevestigd in Halle. L. biedt S. zijn diensten aan en zendt zijn catalogus van boeken uit Frankrijk. L. vraagt S. van Th. Fritsch 6 Gersons te halen, die Fritsch van L. in commissie heeft, en met hem de onkosten en eventueel verkochte exemplaren af te rekenen. S. moet G. Fritsch, wanneer hij die ziet, daarvan rekening doen.
20-8-1707 (14-7): L. wil zich niet mengen in de ruzie tussen de broers Fritsch en zal de Gersons voorlopig bij Th. Fritsch laten. L. heeft door Bennelle en comp. (expediteurs te Amsterdam) alle door S. bestelde boeken verzonden, voor zover niet uitverkocht. Die zal hij echter gauw hebben, daar hij minstens elke 2 maanden een pakket uit Frankrijk laat komen. ‘A l'egard des prix je vous traiteray comme je traite les autres et j'espere que vous en serez comptant (bedoeld moet zijn content). Je vous passe tous les livres prix de France en livres. Le compte se monte a argent de France 152 l. 13, ce que fait d'Hollande f 117, que vous me payerez argent netto. Je vous fais un rabais tres considerable, puisque je ne vous passe rien pour le port des livres de Paris icy, qui ne laisse pas que d'aller a plus de 15%. Pour ce qui est du payement tous les 6 mois nous reglerons et ce que vous me devrez, je tireray sur vous a 2 usances. Le prix du Pighii est f 24 netto.’
15-11-1707 (9-11): L. kan niet zolang op betaling wachten, als S. voorstelt, omdat de helft van de gezonden boeken voor geld is gekocht. L. blijft bij zijn vorig voorstel. Verder schrijft L. over de deffecten van de Vie d'Adam en over een Roma subterranea, die niet gebonden was. Er ontbreekt niets aan de Pieces fugitives; wat volgt is in Parijs gesupprimeerd. L. deelt mede, dat hij de Memoires de Trevoux niet voortzet, dat hij Hardouin drukt en dat hij deel heeft aan de Horace, die in Parijs wordt gedrukt. ‘Je n'ay plus de Testament de Mons 18o 2 vol. et j'ay vendu a Paris toute l'edition de la Bible en 8 v. 18o, mais d'abord que j'auray finy le P. Hardouin, je le mettray sous presse. Mrs. Huguetan en onts encore nombre.’
26-11-1307: L. vraagt S. bij Th. Fritsch 5 Gersons af te halen en hem f 85 te betalen. S. moet ze in commissie houden voor L.'s rekening en L. zal ze hem berekenen in geld netto à f 30 per stuk. L. heeft in Parijs de door S. gevraagde boeken besteld. L. doet S. een bestelling van boeken uit Leipzig en vraagt S. er alle nieuwe boeken, in welke taal ook, bij te voegen.
17-1-1708: L. heeft de boeken, die S. 18-12-1707 heeft gestuurd in een pakket, ontvangen. L. wijst op enige onjuistheden. L. vraagt nogmaals om al het nieuwe van de Leipziger Messe, maar niets uit Hamburg, Frankfort, Keulen en het verdere Rijnland. L. stuurt S. 50 exemplaren van de Synopsis van Hardouin in het 1ste pakket, dat H. Desbordes aan S. zal zenden, om te verspreiden onder de Duitse geleerden. L. sluit een brief voor Fritsch in. L. vindt de prijzen van S. heel hoog.
1-6-1708: L. stuurt een catalogus van boeken, die hij uit Frankrijk heeft gekregen, en een afrekening over 1707. L. heeft voor f 204.5.- geleverd en voor f 91.4.- ontvangen en vraagt S. het verschil over te maken. L. sluit een brief in aan G. Fritsch, van wie L. in geen 6 maanden iets heeft gehoord.
27-7-1708: L. heeft 24-7 f 110 namens S. van mr. Sellentin ontvangen. L. heeft door Bennelle 19-7 voor f 183.14.- boeken aan S. gestuurd. L. had nog maar 1 Traité de police. L. zendt opgaaf van de nieuwe boeken, die onderweg zijn uit Frankrijk en vraagt bestelling.
| |
t' Serstevens
Bedoeld zal zijn François t' Serstevens, boekverkoper te Brussel van 1700-1717, met wie de Lorme al in 1699 in contact stond (KS 1375), niet diens broer Simon, die van 1705-1736 boekverkoper te Brussel was. Samen met Claudinot gaven de broers het werk van Dionis uit.
6-7-1708: L. schrijft S. nog niets te hebben gehoord van de baal, die L. 24-3 via S. naar Parijs heeft gestuurd. ‘Je suis surprit que vous n'ayez pas envoyez les exemplaires que vous este convenus de doner ma femme pour le
| |
| |
droit de copie des Cours des operation de Dionis 8o. Je vous prie de m'en envoyer encore 54 et 6, que j'ay receus, font les 60 que vous devez pour le droit de copie. Comme je vous le dis, vous savez que ma femme vous a preferé et qu'elle en pouroit avoir 70 exemplaires. Il n'est donc pas juste, que nous perdions, en vous ayant fait plaisir. Si je ne recois pas les 54, dont je vous parle, je vous les passerez en compte.’ L. vraagt S. aan mr. Claudinot (Antoine Claudinot, boekverkoper te Brussel) te vragen aan L. een rekening te sturen. L. vraagt verder zo snel mogelijk een baal, die Fievet uit Lille stuurt, door te zenden en later ook nog een pak met kaarten.
| |
Simart rue St. Jaques au Dauphin a Paris
Nicolas Simart, tr. veuve Guillaume Vandive, 1706 libr. te Parijs, 1722 in bestuur communauté, st. vóór 1751.
21-11-1707: L. heeft geen antwoord gehad van S. op zijn aanbieding van de Leguat. L. vraagt, hoe hun rekeningen staan. L. zendt lijst van boeken, die hij S. over Rouen zendt en vraagt bericht, indien S. ze niet wil hebben.
19-12-1707: L. zendt S. een lijst van boeken, die hij, zodra het schip vertrekt, S. over Rouen zal zenden. L. meent, dat ze nu quite zijn, behalve voor 2 Catechisme de Montpellier 4o, waarvoor L. zal leveren, wat S. hem zal vragen.
9-7-1708 (28-3): L. heeft niet geantwoord om S. onnodige port te besparen. L. zal S. sturen wat hij heeft gevraagd. De Traité du secrait de la confesion, die S. heeft gedrukt, gaat niet in Holland. L. durft de 3 Reponce au questions du provincial, tom. 3-5, niet te sturen, daar hij gelooft dat dit niet passeert bij de Chambre.
30-8-1708: L. stuurt een algehele afrekening, zowel met wijlen Vandive als met S. en blijft nog 47 l. 3 s. schuldig, waarvoor L. boeken zal sturen. L. heeft echter enkele fouten op de afrekening van S. gevonden. Zo heeft L. 2 Oeuvres de Chevreaux geleverd, niet 1, en is de prijs van de Voyage de Guinée 2 l. 13 s., niet 1 l. 13 s. Wanneer L. niet alle gevraagde boeken stuurt, komt dat, omdat hij ook met andere Parijse boekverkopers afrekent door boeken te zenden. Over 6 of 8 weken hoopt hij weer een zending te doen.
| |
Thierry
Het is niet zeker of hiermee de volgende libr.-impr. of een particulier is bedoeld: Denis Thierry, geb. Parijs, zoon van de libr.-impr. Denys Thierry, 1652 libr.-impr., 1665 in bestuur communauté, in 1701 1 facteur en 4 persen, waarvan 1 werkt met 5 arbeiders, st. 1712.
15-9-1707: L. heeft gehoord van mr. Scot (Balthasar Scott, 1672-1741, later burgemeester van Amsterdam?), dat hij de prenten, die T. van hem heeft, wel van de hand wil doen. L. wil geen kat in de zak kopen en zendt nu Picart, familielid van madame Boudot, om ze te taxeren.
| |
Tillier
Boekverkoper te Bern.
13-9-1707: L. stuurt T. een rekening, waaruit blijkt dat T. hem nog f 143.11.-schuldig is. L. trekt daarom op T.
| |
| |
een wisselbrief, betaalbaar aan de order van mrs. Malacrida et Comp. te Berne (er stond eerst: Claude Jordan) a 2 usances. L. hoopt, dat T. deze zal accepteren, daar T. reeds meer dan 3 jaar schuld aan L. heeft. Een rekening voor porto kan T. nog aan L. sturen.
| |
Tournemine
René Joseph Tournemine, 1661-1739, Jesuiet en geleerde, die o.a. van 1701 tot 1718 de leiding had bij de Memoires de Trevoux, bestrijder van Hardouin.
19-6-1698 schrijft de Pontchartrain aan de intendant te Rouen, dat de werken van de Bisschop van Cambray, vermoedelijk onder leiding van Tournemine, in Rouen zouden worden gedrukt en dat, indien dit juist is, deze uitgaaf moet worden gesupprimeerd (Corr. Adm. II 618).
ff 21931, 62: op 10-5-1707 werd een pakket boeken uit Rouen, gericht aan Tournemine in beslag genomen, namelijk ‘80 Retraite pour se préparer a prendre l'habit religieux par le P. Maillard, in 12o, Rouen chez J. Bapt. Besogne 1705. Le dit livre arresté pour estre venu en nombre a un particulier non libraire, et pour le privilege n'estre imprimé que par extrait (rendu 12-7-1707 par ordre de Bignon).’
6-4-1708: L. hoort, dat Tournemine boos is, omdat hij het pakket met boeken niet heeft ontvangen. L. schrijft, dat hij het pak in januari heeft verzonden en dat t' Serstevens in Brussel het 27-2 heeft doorgezonden naar de duc du Maine. L. hoopt, dat T. de pakken, die L. vrijwel elke week aan de duc du Maine stuurt over de post, wel ontvangt.
| |
Varenne
Pierre de Varennes, geb. Parijs 1667, zoon van Olivier de Varennes, libr. te Parijs, en Jeanne Cailloué, 1687 met zijn moeder en zuster naar Engeland, wordt boekverkoper te Londen, tr. 1692 Marguerite le Blanc, (Haag en Huguenot Society XXVII, 84 en 195 en XXXI, 35).
17-1-1707 (27-12-1706): L. zegt, dat V. bij zijn vertrek aan de Haarlemse poort permissie had gegeven aan L. om op hem te trekken. Toen mr. Regnier (waars. Pierre Regnier, goudsmid; L. was getuige bij zijn test. 22-10-1702 voor not. de Wilde) kwam zeggen dit niet te doen, was het reeds gebeurd. L. had niet verwacht, dat er nog een apothekersrekening voor V. zou komen. L. komt met 8 punten, over deffecten, niet verkochte boeken, porto etc. L. meent, dat V. alleen recht heeft op argent de jeu f 1.6.-, 2 Histoire de l'imprimerie en 3 Maison de Pline f 11.8.-, door Regnier teruggegeven boeken f 12.10.-, 2 Picart du Nivellem f 1.10.-, tezamen f 26.14.-, terwijl de rekening van L. f 176.8.-, bedraagt, zodat V. f 149.14.-, schuldig is. V.'s 9 fig. de la gallerie du Luxembourg zijn nog niet aangekomen. Zodra ze er zijn, zal L. ze volgens order van V. afgeven. L. wijst V. op een vergissing van 18 shilling in de verkoop van de boeken van Rubens. L. verwijst daarvoor naar zijn brief van 29-11-1706.
23-9-1707: L. is verheugd, dat V. goed thuisgekomen is. Het schip, waarin V.'s boeken, is aangekomen en V. kan erover beschikken. L. heeft V.'s billet van f 273 nog niet genegotieerd en vraagt of V. het geld liever per wisselbrief wil overmaken, dan kan V. daarbij nog f 23.4½.-, voor de boeken uit de veiling van Boom doen. L. zal V.'s billet dan terugsturen. Indien L. niets van V. hoort, zal hij het billet aan zijn papierkoper geven. L. vraagt of hij van de boeken een baal moet maken en deze aan Pelsant and Foster te Rotterdam zenden. L. heeft aan l'Honoré 2 Apollonius 8o gegeven en aan Haak (Dirk Haak, boekverkoper te Leiden?) een Glossaria Anglicana
| |
| |
en een Sectionum conicarum. L. heeft uit Rotterdam een kist voor V. met 2 brieven ontvangen. Halma is die kist komen vragen, maar L. heeft zonder order deze niet willen afgeven.
11-10-1707 (23 en 26-9): L. heeft de kist afgegeven aan Halma. Kuyper heeft voor zijn dood 10 Turretin voor V. aan L. gegeven. L. vraagt V. met de boeken de tabak en gravures te sturen. L. heeft in Parijs voor V. boeken besteld, maar geen gravures, daar 4 van zijn balen in Rouen zijn gearresteerd wegens de gravures daarin. L. heeft Foster gevraagd, wanneer een convooi van Rotterdam vertrekt. L. zal de volgende dag de 100 Bijbels van Jan Bus (meesterknecht van Schippers en Athias, de drukkers van de Engelse bijbels te Amsterdam) voor V. kopen. V. is L. uit de ruil f 40.8.- schuldig en heeft ontvangen voor f 26.5.-. L. vraagt voor de resterende f 14.3.- aan V. 8 Anacreons de Barnes. L. zal Johnson het bestelde zenden.
18-10-1707 (30-9): L. heeft de brief van Tonson (zie pag. 178) gekregen, te laat om de gevraagde boeken nog in de baal te doen, daar die vrijdag is weggestuurd. L. heeft V.'s billet van f 273, betaalbaar op 1-11-1707, niet kunnen negotieren, omdat dat niet in de vereiste vorm was. Daarom trekt hij een wisselbrief a usance, betaalbaar aan de order van Etienne Roger, van 25 L, 10 sh. = f 273. De persoon, die V. deze wisselbrief zal presenteren, zal ook het billet afgeven. V. blijft L. nu nog f 105.7.½- schuldig, of tenminste het geld van de verkoping van Boom en van de bijbels.
16-12-1707: L. antwoordt op verschillende brieven met klachten van V., dat V. zelf alles heeft nagezien en in orde bevonden; de Histoire de l'academie 1705 heeft L. voor V. aan Schelte gegeven. L. erkent, dat de Histoire de l'academie 1705 en de Thesaurus linguae graecae fol. onvolledig zijn, maar zal V. geen deffecten en ontbrekende exemplaren, die alle in Londen zijn, laten afgeven, voordat V. hem voldoening heeft gegeven. Hetzelfde heeft V. op zijn beurt ook bij L. gedaan. V. is L. nog f 9.18.- schuldig, die L. in geld wil hebben, omdat V. hem geen Anacreons heeft kunnen leveren. Aan de zending van V. ontbreekt 1 Lord Arundel a la Chasse. V. berekent L. 2 flessen zout, maar daarvoor heeft L. een portret van Boileau gegeven. ‘Si vous ne me passé pas les fig. de Smit comme vous les acheté sur les lieux car je say cequelle vallent, ne trouvez pas mauvais que je vous passe les Bibles angloise que j'ay acheté pour vous, au prorata de ce que vous gagnez sur les dites fig. Je ne suis pas plus votre vallet que vous n'este le mien et je suis rebuté d'estre votre dupe. Vous savez monsieur, que je vous ay pasé les livres de France, que vous avez eu de moy, comme ils se vendent en blanc sur les lieux, que je vous ay fait le rabais qu'on fait a Paris aux libraires de provinces et que j'ay fait bon le change de la monoye, a condition que vous me passeriez les livre d'Angletrerre, que j'ay eu de vous, au plus bas prix, qu'ils se vendent. Mais bien loin de cela, vous me les avez mis a un prix beaucoup plus haut.’ ‘Je pourois mettre avec justice 1 sixieme griefs au sujet du Rubens. Croyez vous mr. que je ne sache pas que vous l'avez fait retirer par un peintre, nomé Grace (de portretschilder A. Grace), qui demeuroit chez vous, que vous frapate le coup de marteau plutôt que vous ne deviez faire et que vous n'auriez fait si le livre vous eut appartenu, les 5 Guinée que
vous promite a mr. Maure apres la vente faite, au cas qu'il le pu vendre a un Millord et que vous ne lui avez pas voulu donner quand la chose a été faite. Je n'ay pas grand bien en ce monde, mais ce que j'ay, je serois bien fachez de l'avoir gagnez comme ce que vous avez gagnez sur les Rubens et si vous avez la consiance autant que vous voulé le faire paroitre, vous estes obligez a restitution.’ Indien V. aan L. voldoening geeft, zal L. hem de deffecten laten afgeven. Dan zal L. ook alle bestelde boeken sturen, maar alleen tegen betaling in geld. In een P.S. voegt L. toe, dat hij de 2de klacht terugneemt, daar V. toch de 6 Anacreons blijkt te hebben gestuurd.
6-3-1708 (13-2): L. geeft antwoord op V.'s weerlegging van L.'s klachten. Ook anderen beklagen zich over de hoge prijzen van V. en doen net als L. liever zaken met D. Mortier. ‘Je viens au Rubens. Tous honnette homme est exposé aux sobsons et quand il a de quoy se justifier en main, il ne doit pas s'en mettre en peine. Je vais vous parler françois à cet égard. Je vous avoueray, que quand vous etiez ici, que je ne savois point les particulitez que je vous ay marqués dans ma lettre du 16 decembre dernier, mais on me dit, je ne scay qui, un mois apres la vente du Rubens etc., que les choses ne s'etoient pas passées dans toutes les reguliarité. Je ne vous en ay jamais parlé, parce que je n'en savois pas daventage. Mais si vous voulez vous justifier de ce qu'on vous acuse, vous avez un moien inmencatable, c'est de prendre une atestation du peindre qui demeuroit chez vous, qu'on dit l'avoir retiré dans votre vente, et une autre atestation de la personne qui la achetée, dans laquelle vous y ferez mettre le prix, apres quoy je vous ferez toutes les reparations que vous exigerez de moy. Et vous ne pouvez pas me refuser cela, car je vous avoue que la lettre de mr. Meure ne me contante point. Vous ne pouvez au moins me refuser de me dire le nom de la personne et la demeure de celui qui a acheté le Rubens etc.’ L. geeft de deffecten niet af en ook niet de boeken voor V. aan Schelte, daar L. nog steeds niet de f 176.8. - van de afrekening van 1706 heeft gehad, omdat V.L.'s wisselbrief geprotesteerd heeft.
| |
| |
| |
Vaultier
François Vaultier, geb. Rouen ± 1670, 1694 impr. te Rouen, in 1718 in de Bastille wegens het drukken van Jansenistische werken.
9-9-1707: V. heeft L. verleden jaar in Rouen beloofd om een copie van hun afrekening te zenden. L. wacht daar nog steeds op. L. zendt titel Leguat en vraagt ook verdere bestelling. Alles moet echter eerst naar Parijs en dan weer terug naar Rouen en alles moet kunnen passeren. L. bestelt 50 Lettres de Simon 12o complet, 50 idem 2e deel en volgende, en verder 12 van alles, wat uitkomt, maar geen kerkboeken. Maurry zal er ook nog iets bijdoen. V. moet zijn brieven aan L. aan Jores geven.
17-10-1707 (8-10): L. herhaalt, dat niets in Rouen mag blijven, daarom kan L. niet op de voorstellen van V. ingaan. Bovendien wil L. zich niet bedienen van een paspoort van de Koning om boeken te sturen, die niet passeren. Indien Maurry en Jores niet in Rouen zijn, moet V. zo snel mogelijk 12 Lettres de Simon 12o 3 vol., 50 tom. 2 en 3, 6 Histoire d'Appolone, 6 Nature des remedes en 4 Lavica opuscula 4o sturen. L. wil geen Conjuration de Portugal en geen Alteration du dogme theologique, noch de Reflexions sur le systeme. Wanneer Jores boeken geeft, wil L. daarbij geen Oeuvres de St. Evremont hebben. V. moet het pakket geven aan Lagisse, die balen uit Parijs doorzendt, ter besparing van geld. L. zendt V. deffecten voor een Gerson en 25 Voyage de Leguat voor 25 l. De Antiquitez grecs et romains zijn nu f 300, de Pollux f 18 en Basnage Histoire des Juifs f 6.10.-. L. vraagt V. deffecten.
| |
Vienne (de)
Dit moet een schuilnaam zijn voor de bekende schrijver Richard Simon, daar de brief alleen kan slaan op zijn Bibliothèque choisie, in welke uitgaaf de Lorme deel nam. Richard Simon, 1638-1712, lid van de Congrégation de l'Oratoire en bekend geleerde en hebraicus.
Brief zie Bijlage
| |
Vigne (de la)
Waarschijnlijk is bedoeld mr. de la Vigne, sécrétaire de mr. d'Aguesseau, de procureur-generaal aan het Parlement te Parijs (ff 21930, ivo).
26-3-1708: L. vraagt V. hem een paspoort van 6 à 8000 pond op naam van Girin te bezorgen, net als een jaar geleden op naam van Boudot, maar ditmaal met de toevoeging ‘pour charger sur plusieurs vaisseaux Hollandois’. Indien dat niet mogelijk is, zou L. gaarne 3 of 4 paspoorten van ieder 2000 pond hebben. Aubert heeft L. gezegd, dat hij niet hoefde aarzelen om het V. te vragen, daar V. in ieder geval erbij was betrokken. Aubert wil zelf via dit paspoort enige boeken aan zijn zoon zenden.
| |
Witte libraire rue St. Jaques à l'Ange Gardien au dessus de la rue des Mathurin
Pierre Witte, geb. Bourgogne ± 1671, 1690 apprenti bij C. Jouvenel, knecht van Edme Couterot te Parijs, de frères Huguetan in Holland en van Antoine Dezalher in Holland, 1700 libr. te Parijs,
| |
| |
1710 in de Bastille, 1711 veroordeeld tot een boete van 50 l. en sluiting van winkel voor 3 maanden, st. 1742.
ff 21743, 84vo: 1705/6 bij Witte in beslag genomen de Historica disquisito in 12o Amsterdam 1704, 4 exemplaren in vellen en 1/2 raam vellen.
ff 21942, 653: In 1712 kreeg Witte privilege voor de Nouvelles de Cervantes 2 12o Amsterdam 1709.
12-9-1707: L. stuurt titel Leguat en vraagt verdere bestelling. L. heeft geen catalogus van W. en vraagt daarom opgaaf van wat W. kan leveren. L. vraagt aan W. 4 Geographie historique 8o 2 vol. en 6 exemplaren van alles wat uitkomt, maar geen kerkboeken en geen controversegeschriften.
29-9-1707 (23-9): L. wil geen Theatres Italien hebben. L. zendt W.'s billet op Broncart terug, daar Broncart, toen L. hem op zijn terugreis in Luik bezocht, heeft gezegd open rekening met W. te hebben. L. kan W. wel enkele andere boeken sturen met de Leguat, maar niet voor 1000 ecus, zoals W. vraagt. Het paspoort staat op naam van een ander en het is een gunst, dat L. ook voor zich zelf boeken erop mag zenden. De boeken, die W. bestelt, zijn bovendien voor de helft uitverkocht en bijna geen ervan passeert. W. moet de Horace maar van anderen kopen, indien W. denkt die dan goedkoper te krijgen. Braakman heeft L. het deffect voor een Theatre Italien voor W. niet willen geven. ‘Ceux qui vous onts dits, que je faisois tenir chez vous des Republiques touts les mois a un assé bon compte, sonts tres mal informé, car je n'ay aucune voye pour cela et je vous jure que je n'en envoye que 3 a des personnes de qualité qui ne payent point de port. Marquez moy, si vous pouvez me rendre a Paris les années de ce journal que vous me marquez avoir et a quel prix.’
13-2-1708 (5-2): L. bericht, dat hij geen Leguat kan leveren, daar de entree geweigerd is. L. heeft W.'s boek en brief aan Bernard (Jacques Bernard, 1658-1716) doorgegeven, wat L. 30 st. kostte. Daar L. geen verplichting aan Bernard heeft en H. Desbordes diens boekverkoper is, heeft L. getracht van hem dit geld vergoed te krijgen, echter tevergeefs. L. vraagt W. dit voortaan niet meer te doen. L. stuurt naar Fiévet en Danel te Lille de Heureux esclave, met verzoek het naar W. door te zenden.
30-8-1708 (14-8): L. is verheugd, dat W. een paspoort heeft gekregen, maar L. kan niets sturen, omdat hij zelf net op een paspoort voor meer dan 8000 pond heeft gezonden en geen boeken meer over heeft, daar veel van zijn voorraad niet geschikt is voor Parijs. Roger kan W. beter helpen. L. heeft 4 Geographie historique ontvangen, samen 32 l., waarvoor L. nu boeken aan W. terugzendt. (Vergel. ook brief aan Girin van 30-7).
| |
Worm
Christen Worm, 1672-1737, geestelijke, in 1707 preest ved Frue Kirke te Kopenhagen.
20-8-1707 (15-5): L. is enige dagen geleden uit Frankrijk teruggekomen(!) en antwoordt daarom pas nu. ‘Je puis monsieur vous fournir tous les livres qui s'impriment en France et cela a juste prix. Je vous les paseray monoye de France. C'est a dire monsieur, comme ils se vendent en blanc. Et je reduiray la monnoye de France en monnoye de Hollande. Par exemple le St. Gregoire fol. 4 v. se vend a Paris en blanc 66 l. argent de France. Ce livre vous reviendra ici à 50 flo. monnoye de Hollande et ainsi de tous les autres livres.’ L. heeft enige van de door W. bestelde boeken; andere moeten uit Frankrijk komen, indien W. dat wil. L. vraagt dan echter spoedig bericht. ‘La reliure coute ici a la françoise les in fol. 40 sols, les 4o 20 sols, les 8o 12 sols et les in 12o 8 sols. J'ay reçus quelques livres d'Angleterre. Je vous en envoye une note avec le prix en blanc. Si vous en souhaitez quelques uns, vous n'avez qu'a ordonner, mais que ce soit s'il vous plait en reponse, parce que je doit les envoyer en France dans 15 jours ou 3 semaines.’ L. zal zorgen voor goede emballage en biedt aan ook boeken uit Holland voor een voordelige prijs te leveren.
11-10-1707 (17-9): L. heeft volgens de opdracht van W. allerlei gezonden en de rest in Parijs besteld. Mrs. Laarby en Comp. (waarschijnlijk bedoeld de firma Laasby en Nieugaart te Amsterdam), van wie L. de betaling heeft ontvangen, zullen de lijst van gezonden boeken met de kwitantie van L. aan W. zenden. L. heeft niet de Bibliotheque des peres, noch de Histoire de Fleury besteld, daar W. deze heeft gekocht, wel de de ontbrekende delen van Tillemont en Du Pin.
|
|