ik merk dat de menschen vervullen en bezwaren. Het zijn laddertjes en krukken en steunsels die ik timmer voor hen die niet makkelijk mee kunnen.
Daarna wil ik het tweede boek van Schijn en Wezen graag afmaken, maar ik heb er nog geen derde van klaar. Een nieuw boek, een proza-werk, is bezig zich te vormen, in mijn hoofd. Er staat nog niets van en ik denk er ook niet veel aan, maar het is er en fermenteert en gesteert zonder dat ik 't weet of wil. Maar dat is de moeilijkste tijd en maakt mij vaak moe en neerslachtig zonder dat ik bewust voel waarom. Ben ik eenmaal aan 't schrijven, dan voel ik verlicht en gelukkiger.
Meestal ben ik nu down. Niet bepaald zwaarmoedig, maar stil en down. Ik denk hoe weinig tijd ik waarschijnlijk nog te leven heb en hoeveel ik nog zou willen doen. Zoo nu en dan gaat de sluier ineens weg, en dan voel ik mij zoo rustig en dankbaar, veel gelukkiger dan ooit. Maar dat is altijd maar heel kort. Toch is het genoeg.
Hoe is het met Lao Tsz'? En wat komt er van je verplaatsing naar China?
Wees niet langer boos op mij. Ik zal mijn leven beteren. Mijn vrouw en kinderen zijn gezond. Paul is zoo'n lief kereltje, wat zou je plezier in hem hebben. Dag beste Henri! wees sterk en denk vriendelijk aan me.
Je vriend
F. van EEDEN.