Tekst en melodie.
Een dev. en̄ prof. boecxken, Antw. 1539, nr. 175, uitg. D.F. Scheurleer, bl. 207, zonder wijsaanduiding, met het opschrift: ‘Den derden reghel van elck veers (strophe) moet verhaelt worden’; - J.C.M. van Riemsdijk, 24 liederen uit de 15e en 16e eeuw, nr. 5, bl. 10. - Dr. J.A.N. Knuttel, Het geest. lied in de Nederlanden voor de Kerkhervorming, Rott. 1906, bl. 367, geeft en bespreekt den tekst. - Het lied te vinden bl. 48 vo van Een suyverlick boecxken, begrijpende de liederen van Tonis Harmansz. van Warvershoef (hij leefde c. 1550), uitg. z.p. en jaar, vangt aan in denzelfden aard. Het heeft tot opschrift: ‘Noch een lied / eens dans liedts wyse’:
Als ick aensie dat leven myn,
ick heb soo menighen sonden ghedaen,
daer mede soo ben ick seer belaen;
o Heer, ontfermt dy myns.