| |
| |
| |
408. Tsa laet ons koopen.
(Nieuwjaarslied)
Tsa laet ons koopen ,, nieu logenboeck,
het jaer verloopen ,, raeckt in een hoeck;
nu moet men quelen ,, en wesen sot,
al soumen spelen ,, slecht op een schot;
want hier en daer ,, singht men voorwaer
het nieuwe jaer ,, op menich rommelpot.
Men speelt den koning ,, gelijck men plag,
elck in zijn wooningh ,, op dertien dagh,
en op de tafels ,, schaft men dan vry
leckere wafels ,, en rijsenbry,
oock al te met ,, pankoecken vet,
suycker banket ,, en ander leckerny.
| |
| |
Op andere plaatsen ,, in tijt van ijs,
rijt men op schaetsen ,, om eer en prijs;
rijers en rijsters ,, zijn by den back,
vrijers en vrijsters int beste pack;
daer komen dan sien ,, veel kijkers na dien
om te verspien ,, of daer oock yet gebrack.
De kopperdaghen ,, volghen daer aen
om tot sijn maghen ,, te gast te gaen;
som loopen mommen ,, met grijnsen veur,
speelen de stommen ,, na d' oude sleur;
al zijnse wat mal ,, dan hevet een val;
't gaet doch al ,, met de Vastelavont deur.
Prinsen en heeren ,, weest vry verheucht,
men mag met eeren ,, wel maecken vreugt,
en oock oorbooren ,, een soete klap,
maer niet versmooren ,, in dronckenschap;
want die boven reen ,, na Tiribus treen,
wens ick met een ,, int nieuwe-jaer een kap.
1, 1. logen-boeck = almanak. - 1, 4. al = als; slecht op een schot = eenvoudig in éen worp. - 1, 6. Zie hiervoren bl. 1327. - 2, 3. en bijgev. - 2, 6. suycker banket = suikergebak. - 3, 3. zijn by den back = zijn waar men koeken bakt, n. op het ijs (zie J. ter Gouw, De volksvermaken, bl. 587). - 4, 1. De kopperdaghen. Kopperen is een oud woord dat de drievoudige beteekenis van smullen, drinken en pret maken in zich vereenigt (J. ter Gouw, t.a.p., bl. 120). - 4, 5. dan hevet een val = het valt uit of het valt mee; zie Oudemans in i.v. val. - 5, 5. Tiribus. Tieribus, Un follastre, c. Un peu fol, m. (Het groote Woorden-boek van J.L. d'Arsy, Amst. 1699); dus eene schertsende vorming van tieren. Zie mede C. Tuinman, Fakkel der Nederl. taale, Leiden 1722, i.v. Tirebus.
| |
Tekst.
Haerlems oudt lb., Haerlem, Vincent Casteleyn, z.j., bl. 69, ‘Nieuwjaers-liedt. Stem: Vrolijcke gheesten die, etc.’, hierboven weergegeven; - Willems, Oude Vl. ldr., nr. 248, bl. 516, met deze aanteekening van Snellaert: ‘Haerlemsch oudt lb., bl. 68. Dit belangrijk lied voor de kennis van de zeden der XVde (l.: XVIde) en XVIIde eeuwen, werd gezongen op de wyze: ‘Lief wtvercoren, lief triumphant’. Het lied komt in Haerlems oudt lb., Amst. 1716, niet voor.
| |
Melodie.
De tekst ‘Lieff wtvercoren’, enz. (van Paris tot Helena), zonder wijsaanduiding, is te vinden bl. 51b van Aemstelr. amor. lb., 1589, beschreven door J. Bolte, Tijdschr. v. Ndl. taal- en letterk., 1891, bl. 175 vlg. en in Nieu Amst. lb., 1591, bl. 87. De wijs wordt aangehaald voor: ‘Van achtentachtig // het nieuwe iaer’, een lied dat men in beide laatstgenoemde verzamelingen aantreft; - in Bredero's
| |
| |
Groote bron der minnen (1622), uitg. Amst. 1890, bl. 501, voor: ‘'t Vertoont sich vrouwe ‘in alder ootmoet’; - in Stalpaert's Gulde-iaers feestdagen, 1635, bl. 455, zonder de melodie, voor: ‘Den hoogh geleerden // theologant’, en in verschillende verzamelingen opgegeven door Dr. Land, Luitb. van Thysius, nr. 42, die nog eene lezing van den tekst vermeldt te vinden in ‘Amour, 68’ (Druyven-tros der amoureusheyt, 1602), en de melodie, hierboven teruggegeven, mededeelt ‘uit de bewerking door Mr. David’.
Anders is de zangwijs: ‘Lief uyt verkoore’, nr. 31 der O. en n. Hollantse boeren lieties, 2de uitg., Amst. c. 1700 (in de tafel van dit werk luidt het: ‘Lief uytverkoren’), insgelijks, t.a.p., medegedeeld door Dr. Land.
|
|