Lyrisch labyrinth(1930)–Anton van Duinkerken– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 143] [p. 143] Kussen Naar Nicola Moscardelli. Het late waaien van den avond om mijn leden, hemels verdonkeren, en 't vallen van den nacht, als 't lichtkleed van den dag luidloos was afgegleden, leken mij diep als wijn en als uw lippen zacht. Ik weet: het was alleen een trillen van de luchten, geraakt, doch onberoerd van vroege duisternis, maar lief, mijn lief, mij was 't of onze lippen zuchtten den warmen overvloed van onzen eersten kus. Vorige Volgende