Het goud der gouden eeuw
(1955)–Anton van Duinkerken– Auteursrechtelijk beschermdGerard van Velzen:de trompetter ziet de zonsopgang bij 't huys te muyden De blanke ochtend met haar blozend-rode kaken,
In 't heugelijke kleed van dundoek en scharlaken,
Rust toeGa naar voetnoot2) ten hemelvaart. Haar gouden pruik alreê
In 't zilver schittert van de vlakke Zuiderzee,
En doet de schaduw vocht des duisterheids verjagen;
Het zweeft een frisse dauw van rozen om haar wagen.
De zonne volgt het spoor van 's oude Thiton's bruid,Ga naar voetnoot3)
En steekt de hemel al zijn mindere ogenGa naar voetnoot4) uit.
In 't oosten daagt het op. De nacht begint te duiken.
Wie dat ter schildwacht staat, en laat geen ogen luiken.
pieter cornelisz. hooft (1581-1647) |
|