Het goud der gouden eeuw(1955)–Anton van Duinkerken– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Gods besluit Gelijk, als in een kolk een steentje valt te gronde, Het water werpt terstond een ringske in het ronde, En van het ene komt een ander schieten uit, Waarvan een ander straks, en weer een ander spruit, Zodat in korte tijd de ogen daarop dwalen, De grootte noch 't getal niet kunnende achterhalen: Zo gaat 't ook met mij, o grote God en Heer, Van toen mijn tong begon te stamelen Uw eer; [pagina 136] [p. 136] Het ene denk ik na, het ander valt mij inne, Uw wijsheid, Uw gericht, Uw waarheid, Uwe minne Omringen mij tezaam in ene ogenslag: En, wil ik van het een of 't ander doen gewag, Uw raad en Uw besluit mij zo geheel verslinden Dat ik daarin noch grond noch oever weet te vinden. jacobus revius (1586-1658) Vorige Volgende