Bloedtest(2003)–Serge van Duijnhoven– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 70] [p. 70] Een man die alleen ik gekend heb ik heb het altijd gezegd: leg op tijd de woorden weg zwijg voor je je stem verloren hebt ik heb het altijd gezegd nu vragen de mensen het in brieven vol zinnen die hun recht op spijt opeisen: ‘zeer geachte meneer F. waar is toch uw touch gebleven? het magisch koord dat u zo goed bespeelde waar is toch die gouden snaar waarmee u onze ziel beroerde bezit u hem nog of bent u hem kwijt kunt u eenmaal nog zo'n boek... kunt u dat of niet? (...)’ mijn vrienden zeggen dat het enkel een kwestie is van finetunen, een draai slechts aan een knopje in mijn kop ware het niet dat het daarboven donker is als koffiedrab en leeg als een gat er puilt een krater in mijn brein waaruit nog slechts miasmen, dwanggedachten flarden dwarrelend als herfstbladeren hoe mager de fictie, hoe wrang de werkelijkheid en al wat nu resteert zijn zweren aan mijn voeten de vloeken van een suikerzieke; ouderdom is als de slotscène uit een kitscherige misdaadfilm [pagina 71] [p. 71] met de schurk die neervalt in vertraging de handen grijpend naar zijn hart en bloed dat uit de mondhoek sijpelt in werkelijkheid spelen we onszelf, een ondankbare rol in een thriller zonder dader alleen zo denk ik nog - verstrikt in de herhaling te veel gesnoept van Hollywood mijn uitgever wees me terecht een boek is geen film zei hij een doek geen boek en ook die vette cheque is niet meer dan een doekje voor het bloeden. Wat doet een mens van vlees tegen zulk een stalen logica? hoe cru, dicteerde ik ten antwoord, nu mijn voeten moeten wijken tot aan de knie ik houd vol; ook nu alle zekerheden verleden en alle mogelijkheden bij het asvat zijn gezet ook nu ik, de zeemleren fielt, alle vocht in me opzuig en weer uitspuug beroerte na beroerte, bijna blind aan de rand van dit zwembad aan de kust van deze zondoordrenkte Cimmeriae op de scherven van een aan brokstukken gevallen droom die was getiteld: Californië. Mijn laatste wens: alsnog een boek te schrijven (eentje nog!) met de woorden van een jonge man die niets gewonnen heeft en niets verloren; een man die alleen ik gekend heb Vorige Volgende