E. du Perron
aan
J. de Sturler en J. Greshoff
Tjitjoeroeg, 23 juni 1937
Tjitjoeroeg, 23 Juni 1937.
Beste Jean,
Ik heb reden aan te nemen dat mijn correspondentie gecontroleerd wordt. Vandaar deze ‘rare’ manier. Wil je zoo spoedig mogelijk Greshoff onderstaande missive geven? Kregen jullie mijn brief van ± eind Mei, 27 of 28?Ga naar voetnoot1. Ik verzond voor Gille en Pépi wel 2 teekeningen uit Bali, maar niet de 2 poppetjes, want daarvan was het porto te duur. Die zal ik later eens aan iemand meegeven. Schrijf spoedig eens. Hartelijke groeten, ook van Bep en voor Pépi, steeds je
E.
(Een andere brief gaat rechtstreeks.)
Beste Jan,
Ik heb al verschillende brieven van je, maar je antwoordt met geen syllabe op de kwestie mémoires van DD. Ik begin te vermoeden dat iedere correspondentie daarover ‘zoek raakt’, vandaar deze proef Als. mijn vermoeden juist is, kan je meteen beseffen hoe prettig dit land is, en hoe onvoorzichtig Menno was toen hij met zijn onvoorzichtige zending indertijd ons dit toezicht op den hals haalde. Maar eerst zekerheid.
Nu dan: 2 of 3 Mei l.l. zond ik jou, per aanget. brief uit Tjilatjap (we waren toen net op reis) een hoofdstuk mémoires van D.D., voor G.N., met begeleidend schrijven.Ga naar voetnoot3. Per gewone mail; normaal zou je dien brief dus begin Juni moeten hebben ontvangen.
Ik schreef dit aan D.D., die erg schrok, omdat het niet zijn bedoeling was die mémoires nu al te publiceeren. Ik had hem blijkbaar misverstaan. Hij schreef mij naar hier, Tjitjoeroeg, maar ik was 3 weken weg (Bali). Tegelijkertijd schreef hij aan de red. van G.N. èn aan jou persoonlijk een aanget. brief, waarin hij jullie vroeg die copy niet te publiceeren, maar ze hem per luchtpost - op zijn kosten - terug te zenden. Zijn brief aan jullie, waarvan ik hier nog copy heb, is van 5 Mei.
Terugkeerend van de reis - eind Mei: 28 Mei, meen ik - vond ik hier thuis het gealarmeerde schrijven van D.D. Ik schreef jou toen onmiddellijk, per luchtpost,Ga naar voetnoot4. om vooral die copy per luchtpost terug te sturen op mijn kosten. Die brief moet je al lang gehad hebben, want werd verzonden vóór de brieven over Saks, waarop ik nu uitvoerig antwoord heb. Het is nu 23 Juni.
Rara, hoe zit dat? Niet alleen heeft D.D. zijn copie nog niet terug, maar wat mij vooral verontrust is dat jij er geen woord over schrijft.
Antwoord mij nu, zonder mijn naam te vermelden, dus rechtstreeks, aan het adres van Dr. L.F. Jansen, Hôtel des Galeries, Batavia. Als je later aan mij over D.D. schrijft, noem hem dan Speenhoff, en de mémoires bv. de bloemlezing uit Speenhoff. Het is walgelijk dat eerzame letterkundigen zulke flauwekul moeten uithalen, maar als het blijkt dat men zich met ons bezig houdt... Als ik zekerheid daaromtrent heb, zal ik trouwens andere maatregelen nemen, want ik verdom het op deze walgelijke manier behandeld te worden zoolang er geen reden voor is. Schrijf dus omgaand. Hart.gr. van je
E.