Brieven. Deel 2. 1 januari 1930-31 maart 1931
(1978)–E. du Perron– Auteursrechtelijk beschermd414. Briefkaart aan J. Greshoff: Amsterdam, 7 februari 1930Amsterdam, 7.2.30. Beste Jan, Inderdaad, omtrent Parlando kreeg ik geen letter antwoord. Het beste is dat Sander zelf schrijft om alles nu te laten brocheeren, aangezien de verzen die de uitgave tegenhielden, in de Februari-Gids hebben gestaan. - Je drukproevenGa naar voetnoot1. zag ik na en stuur ik gelijk hiermee nr. Maastricht. Slau zal ik tot spoed aansporen; de inleiding kan bovendien altijd later voorin gezet worden met een pagineering in Rom. cijfers. Voor de Groene zal ik, tot op het oogenblik dat de Cahiers verschijnenGa naar voetnoot2., nog wel tijd hebben eenige stukjes te schrijven. - Van Koning nog geen bericht; als hij geen fl. 25. per art. kan betalen, is fl. 20. ook goed (dus fl. 60 voor de drie inpl. van fl. 75). We | |
[pagina 69]
| |
zullen afwachten. - Nu, tot nader. Gr. aan Aty (is haar brief terecht?) de 5 van je Ed |
|