157. Aan F. Hellens: Gistoux, 17 april 1928
Gistoux, dinsdag.
(Kasteel Gistoux Chaumont-Gistoux)
om nauwkeurig te zijn.
Beste Hellens,
Al 3 dagen zit ik nu op Gistoux, waar ik mijn baard laat staan en waar ik mij - ik weet niet waarom - volop in de oudheid heb gestort Job, De Satyricon en Du Bellay tegelijk! Wat de Satyricon betreft, zou je me jouw exemplaar van het boekje moeten sturen, want jij hebt, geloof ik, de vertaling van Tailhade terwijl ik het hier moet doen met het werk van een frik - degelijk misschien, volgens jou, omdat het uitgekomen is in de uitgave van Budé? Het doet er niet toe, ik heb liever die oude schreeuwer van een Tailhade; wees dus aardig en stuur me dat boekje. Zeg me ook - ik bedoel eigenlijk vooral hoe het met je mazelen gaat; het zou me plezier doen als ik wist dat je ervan af was! Zo zie je maar weer, je kunt nooit voorzichtig genoeg zijn als je een vader hebt - dit dan bedoeld voor meneer Choura (je vergeeft me wel mijn spellingsfouten, vooral in het Russisch). Nee, maar zonder gekheid, schrijf me of je weer helemaal beter bent en dat je mevrouw Doff (mijn harts- of beschermvrouwe) niet langer laat rond vertellen dat mannen - aha! mannen! - erg slecht tegen Ziekte kunnen. Wil je dat ik je in ruil voor de Satyricon de Ideeën en Gesprekken van Epictetus stuur, die knaap die alle kwalen zonder blikken of blozen onderging om, zoals hij zei, ‘er baat bij te hebben’? Je zult zien dat je, met Epictetus, voor die mazelen van jou je hand niet meer omdraait - ik bedoel: niet had omgedraaid - want ondanks alles veronderstel ik dat ze allang zijn ingeslikt, verteerd en verdwenen... (om het eens netjes uit te drukken).
Goed dan, schrijf me even om me gerust te stellen. Heb je bericht van Malraux gehad? Van Grasset? Ik heb hem (Malraux, niet Grasset) inlichtingen moeten geven over de tarieven van de passagiersschepen naar de Congo. Hij wil steeds maar OPROTTEN (de hoofdletters zijn van hem) en toch, en toch, die mooie reeks die hij op gaat zetten bij de N.R.F.! De heer Racine door de heer Giraudoux, de heer Montaigne door de heer Gide; en dat is nog maar het begin: