woordig zetten de jongeren een grote mond op tegen Coster, maar die was toen ook een jongere, en modern.
(Ik herinner mij hier een gesprek met de heer Benjamin Crémieux op de N.R.F., die mij vertelde dat hij Dierk Costèr zo sympatiek gevonden had: ‘parce qu'il aime ce que j'aime, et puis, voyez-vous, Dierk Costèr c'est un vrai auteur hollandais, c'est ce que j'appelle - je ne sais pas si vous me comprenez - un auteur Orangiste enfin’. Ik begreep hem geenszins.)
Tegenwoordig las hij niet meer, al tien jaar niet. Hij had de literatuur vaarwel gezegd, nooit gebundeld ook, want zonder publiek ging dat niet. Tegenwoordig was hij uitvinder, ook wel zakenman. Hij had twee uitvindingen gedaan, waarvan één heel goed scheen te zullen gaan. Als hij rijk werd zou hij misschien weer aan literatuur doen.
En wat las hij nog? - Conrad en Somerset Maugham. Er waren mensen die Conrad beter