from the time of the Moors; and were more than once struck with scenes and incidents in the streets, which reminded us of passages in the “Arabian Nights.” You then urged me to write something that should illustrate those peculiarities, “something in the Haroun Alrasched style,” that should have a dash of that Arabian spice which pervades everything in Spain. I call this to your mind to show you that you are, in some degree, responsible for the present work, in which I have given a few “Arabesque” sketches from the life, and tales founded on popular traditions, which were chiefly struck-off during a residence in one of the Morisco-Spanish places in the Peninsula.’ (Washington Irving, The Alhambra. Ed. William T. Lenehan & Andrew B. Myers. Boston: Twayne, 1983: 325.)
David Wilkie esq.: David Wilkie (1785-1841). Schots schilder. Had aanvankelijk reel succes als portretschilder, maar legde zich later toe op genre-stukken. Op latere leeftijd hofschilder. Zijn werk had, ook buiten Engeland, veel invloed op tijdgenoten.
57-59 dat schitterend panorama...: In de vertaling van Frijlink luidt deze passage: ‘Eindelijk hebben wij het terrasvormige dak bereikt, en kunnen eene poos uitrusten, terwijl wij een' blik werpen op het schitterende panorama van stad en land, van rotsgevaarte, groene vallei en vruchtbare vlakte, van vesting, hoofdkerk, Moorsche torens, Gothische koepeldaken, vervallene puinhoopen en bloeijende lusthoven.’ (Irving 1833: 54)
61 Chateaubriands verhaal: Francois-René, vicomte de Chateaubriand (1768-1848). Frans schrijver en staatsman. Het door Drost genoemde Les Aventures du demier Abencérage, geïnspireerd op een in Spanje beleefde romance, werd voor het eerst gepubliceerd in deel 16 (p. 165-231) van Chateaubriands Oeuvres Complètes (31 dln., 1826-1831). In 1826 verscheen er ook een Nederlandse vertaling: F.A. de Chateaubriand, De lotgevallen van den laatsten Abenceraag. Uit het Fransch door Ch. Meerts. Amsterdam: A.J. van Tetroode, 1826.
66 Florians Gonzalve de Cordoue: Florian, Gonzalve de Cordoue, ou Grenade Reconquise. Paris: Briand, 1810.
Jean-Pierre Claris de Florian (1755-1794). Frans schrijver.
67-70 Gij zult hem vinden, op het balkon...: ‘Een mijner lievelingsplekjes is het balkon, aan het middelste venster van de Zaal der Gezanten, in den hoogen Toren van Comares. [...] De zon wierp, toen zij achter het purperen Alhama-gebergte nederzonk, nog eenen stroom van licht over de Darro-vallei...’ (Irving 1833: 62)
70 de heerschappij der Mohamedanen in Spanje: verwijzing naar het vijfde hoofdstuk, ‘Herinneringen aan de heerschappij der Mohammedanen in Spanje’, p. 62-68.
73-74 De schrijver acht het vervolgens tijd...: ‘Het wordt tijd, dat ik den Lezer eenig denkbeeld van mijne huisselijke inrigting in deze zonderlinge woonplaats geef.’ (Irving 1833: 69)
92 gubernador. gouverneur.
98-99 Wandelaars-Oogst en Reiszak: Wandelaarsoogst. Luimige schetsen en tafereelen (1831) en Mijn reiszak. Ontmoetingen, tooneelen en lotgevallen op togtjes door Holland en België (1831), door G.H. Nagel.
99 den luimigen auteur der Vier dagen op reis: niet gevonden.