7
Toen nam hij 't in zijn handen
En boog zich langzaam neer.
Hij bracht het aan zijn lippen
En ik zag het kind niet meer.
9
Ze drukte haar kind aan het hart.
Gij hoeft niets meer te vrezen;
10
Dat kind was 't kindje Jezus.
De zangeres van dit lied, Anna Julia Methorst-Hesseling, geboren in 1898 te Zuidhorn, leerde het in het R.K. Weeshuis in Zwolle toen ze dertien jaar oud was (zie verder bij lied 30, Van enen vromen kluizenaar).