| |
M
Magdalenastraat
Het rond 1400 gestichte Maria Magdalenaconvent gelegen in het blok tussen Nieuwegracht, Servaasbolwerk, de niet meer bestaande Stadssteeg naast het Servaasklooster en de Magdalenastraat gaf aan deze straat zijn naam. In het begin van de 19de eeuw was de straat zeer dicht bebouwd met aan de zuidzijde twee sloppen. Vanaf ca 1870 is de straat aan beide zijden van nieuwbouw voorzien. Opvallend zijn de twee koetshuizen met stallen uit 1872 en 1878 aan de zuidzijde.
| |
Manenburg
Tussen 1551 en 1554 werd gebouwd aan het stenen bastion Manenburg. Het maakte deel uit van grootscheepse plannen om de Utrechtse stadsversterking te verbeteren. Onder Italiaanse invloed werden vier stenen bastions ontworpen, drie in het zuiden en één in het noorden. Manenburg was het derde dat gereed kwam. Het aardlichaam van dit bastion is in de jaren veertig van de 19de eeuw afgegraven.
| |
Manenburg 1
Een in de late 16de eeuw gebouwd éénlaags tweebeukig dwars huis, staande op de westelijke geschutskelders van het bastion Manenburg,
waarvan de bovenste later als kelders bij het huis zijn getrokken. Boven de begane grond liggen samengestelde balklagen.
| |
Manenburg 2
Een in de late 16de eeuw gebouwd éénlaags diep huis, staande op de oostelijke geschutskelders van het bastion Manenburg. Van oorsprong was het een loods met doorrit naar het bolwerkplein. Het huis heeft een complete eiken kap. In 1946 is het huis gerestaureerd.
| |
Mariahoek
Naast elkaar liggen twee pleintjes die tezamen de Mariahoek vormen. Het noordelijke is gegroeid uit het plein voor de westfacade van de voormalige Mariakerk. Oorspronkelijk was hier voorzien in de bouw van de narthex en het atrium van de kerk. Het zuidelijke pleintje, tevens toegankelijk door een poortje onder het huis Mariaplaats 29, behoorde tot het claustraal erf nummer 7 van St Marie. In de 18de eeuw kwam een groot deel van de Mariahoek in handen van de Oud Roomskatholieke kerk. Tussen de twee pleintjes ligt de Aalmoezenierskamer en het Oudeliedenhuis van deze kerk. Achter de huizen Mariahoek 11 en 12 staat de schuilkerk St Gertrudis. In de tweede helft van de 19de eeuw werden aan de westzijde, het Willemsplantsoen, grote huizen gebouwd.
| |
| |
| |
Mariahoek 5, 6, 7
In 1862 gebouwd blok van drie huizen, bestaande uit drie bouwlagen, kelders en één zadeldak. Het blok is gebouwd met het front naar het park langs de Catharijnesingel.
| |
Mariahoek 11
Een laat 19de-eeuws dwars huis, bestaande uit twee bouwlagen en een zadeldak. Een kelder onder Mariahoek 12 is bereikbaar via nr 11. Aan de achterzijde grenst het huis tegen de Oud-Katholieke St Gertrudiskerk.
| |
Mariahoek 12
Een 17de-eeuws diep huis met twee bouwlagen en een zadeldak, en een later, mogelijk oorspronkelijk bij nr 11 behorend, achterhuis met opkamer, een kelder en een afgeplat dak.
| |
Mariaplaats
Na 1080 werd er gebouwd aan de laatste van de kapittelkerken: de Mariakerk. De begrenzing van de immuniteit wordt aan de noordzijde aangegeven door de doodlopende straat Achter Clarenburg, aan de zuidzijde door de Walsteeg. Aan de oostzijde lag de grens achter de huizen aan de Mariastraat en de Springweg. Ter plaatse van de westgrens kwam in het begin van de 12de eeuw de stadsomwalling te liggen. Door de immuniteit werd de oudere weg ‘Springwijk’, de voorganger van de Springweg en Achter Clarenburg, onderbroken. De tegenwoordige Mariaplaats, bestaande uit de oude Mariaplaats plus het Mariakerkhof, is een tamelijk structuurloze samenstelling van verschillende ruimten. Dit wordt vooral veroorzaakt door de sloop van de bebouwing aan de zuidzijde in het einde van de jaren dertig. Nu resteert slechts een parkeerplaats.
Het karakter van de tegenwoordige Mariaplaats dateert hoofdzakelijk uit de 19de eeuw. Vanaf 1813 begon de afbraak van de Mariakerk die in 1844 werd afgesloten met de sloop van het koor gevolgd door de oplevering van het gebouw voor Kunsten en Wetenschappen in 1846. Slechts de romaanse kloostergang bleef in zijn geheel over. De tuinen en erven voor de claustrale huizen aan de noordzijde werden in de rooilijn volgebouwd met woningen en de boterhal of handelsbeurs (Mariaplaats 13). In 1844 werd bij de sloop van de stadswallen ook het vóór het huidige SHV-gebouw gelegen perceel met bebouwing opgegeven, waarna in 1845 de Willemsbrug werd geopend. Hierdoor verdween het besloten karakter van de Mariaplaats aan de singelzijde.
Het huidige conservatorium werd in 1896 (linker deel) en 1928 (rechter deel) als ziekenhuis van St Joannes de Deo gebouwd. In 1958 vond de laatste grote aanslag op het karakter van het plein plaats door de bouw van het hoofdkantoor van de SHV aan de Rijnkade.
| |
Mariaplaats 1
Een in opzet nog middeleeuws diep huis, bestaande uit drie bouwlagen, een kelder aan de achterzijde en een plat dak. De oorspronkelijke kap is in de 20ste eeuw vervangen door een tweede verdieping.
| |
Mariaplaats 9
Een 14de-eeuws huis, in de 15de eeuw verbouwd tot dwars zomerhuis bij het huis Zoudenbalch, Donkerstraat 15-19, bestaande uit twee bouwlagen, een kelder en een eiken gebintenkap met sporenparen. De voorgevel is in de 17de eeuw ter vervanging van een overkragende houten bovengevel tegelijk met die van Mariaplaats 10 vernieuwd.
| |
Mariaplaats 10
In de tweede helft van de 15de eeuw gebouwd dwars huis behorend bij het huis Zoudenbalch in de Donkerstraat. Het bestaat uit twee bouwlagen, een kelder en een zadeldak. De voorgevel is samen met die van nr 9 in de 17de eeuw vernieuwd.
| |
*Mariaplaats 14
Een midden op het perceel gelegen samengesteld claustraal huis van St Marie. Het bestaat uit een in oorsprong 14de-eeuws dwars huis met twee bouwlagen met een zadeldak. Tegen de linker zijgevel staat een 15de- of 16de-eeuwse aanbouw met een hoge kelder, een opkamer en een lessenaardak. Hierachter ligt een diepe vleugel uit ongeveer dezelfde tijd met twee bouwlagen en een zadeldak. In de loop van de 16de en 17de eeuw zijn aan de rechterzijde twee aanbouwen geplaatst, één met één bouwlaag en een lessenaardak tegen het hoofdhuis en een diep tweelaags gedeelte ervoor. In 1872 werd een grote sociëteitszaal aan de voorzijde bijgebouwd. Het hoofdhuis heeft
| |
| |
samengestelde balklagen met op de begane grond een peerkraalsleutelstuk zichtbaar. Het bezit een 17de-eeuwse spiltrap. Boven de opkamer in de linker aanbouw ligt een samengestelde balklaag met rijke peerkraalsleutelstukken.
| |
Mariaplaats 19
In 1904 ingrijpend verbouwd deel van het 15de-eeuws claustraal huis van St Marie nummer xii. Mogelijk in 1519 werd het met een achtervleugel uitgebreid, Mariaplaats 22. Het bestaat uit twee bouwlagen, kelders en een schilddak. Vanaf 1892 tot 1937 was het huis de residentie van de Oud-Katholieke aartsbisschop van Utrecht. De aartsbisschop Gerardus Gul liet in 1904 het rijke bisschopswapen in het tympaan aanbrengen.
| |
Mariaplaats 22
Een mogelijk in 1519 gebouwd deel van het 15de-eeuws claustraal huis van St Marie nummer xii, Mariaplaats 19, bestaande uit twee bouwdelen en een ingebouwde traptoren met een 16de-eeuwse spiltrap. De bouwdelen hebben twee bouwlagen, kelders en een zadeldak. Boven de begane grond liggen samengestelde balklagen. In de huidige achtergevel bevindt zich een midden 16de-eeuws zandstenen dubbelvenster in vroege renaissancevormen. De voorgevel is gebouwd op een 13de-eeuwse tuinmuur.
Het huis is gelegen aan het zogenaamde Kerkelaantje, een in 1526 aangelegde achtertoegang van het huis Clarenburg, Achter Clarenburg 4/6.
| |
Mariaplaats 29
In de 20ste eeuw ingrijpend vernieuwd dwars huis, bestaande uit twee bouwlagen en een zadeldak. Links bevindt zich een poortdoorgang naar de Mariahoek.
| |
| |
| |
*Mariaplaats 45, Springweg 2
Twee dwarse huizen met achterhuis in één opzet, achter een doorlopende pilastergevel in kolossale orde, gebouwd in 1643. De huizen bestaan uit twee bouwlagen, kelders en een zadeldak. De kap van het voorhuis van Mariaplaats 45 is in 1925 vervangen door een tweede verdieping. Boven zowel de begane grond als de verdieping van beide huizen liggen samengestelde balklagen met 17de-eeuwse sleutelstukken. Springweg 2 heeft een spiltrap. De voorkamer op de begane grond bezit een rococo schouw met houten mantel en stucwerk boezem. In de achterkamer van Mariaplaats 45 staat een 18de-eeuwse schouw met houten boezem en een schilderstuk.
| |
Mariaplaats 47
Een rond 1860 gebouwd diep huis, bestaande uit drie bouwlagen, een kelder en een zadeldak. De gordingen van het zadeldak worden gedragen door Philibertspanten.
| |
Mariaplaats 49
Een in 1861 ter plaatse van de zijtuin van Mariaplaats 50 gebouwd diep huis, bestaande uit drie bouwlagen en een mansardekap. De kapconstructie bevat ondermeer Philibertspanten. In het interieur zijn nog 19de-eeuwse interieuronderdelen bewaard.
| |
Mariaplaats 50
Een groot vroeg 14de-eeuws diep huis, bestaande uit twee bouwlagen, een kelder onder het voorste gedeelte en een zadeldak. Het huis heeft een dennehouten sporenkap met drie haanhouten en dennehouten balklagen.
| |
Mariaplaats 51
Een 17de-eeuws diep huis met drie bouwlagen, een kelder en een zadeldak. In de samengestelde balklagen zijn de kinderbinten vervangen door balken, zodat een enkelvoudige balklaag ontstond.
| |
Mariaplaats 52
Een 17de-eeuws diep huis, bestaande uit twee bouwlagen, een kelder en een zadeldak. In de kelder bevindt zich een keukenschouw met fornuis en een gootsteen.
| |
Mariastraat
Ten gevolge van het onderbreken van de straat ‘Springwijk’ (zie ook Achter Clarenburg, Mariaplaats en Springweg) werd op kapittelgrond van St Marie langs de immuniteitsgrens de Mariastraat aangelegd, om de verbinding met de Steenweg te vervangen. Achter de huizen aan de westzijde ligt nog het restant van de overkluisde sloot van St Marie. In 1352 werd de straat verbeterd en verhoogd.
| |
Mariastraat 11, 13, ‘Wijde Poort’
Het in de 17de eeuw gebouwde restant van in de 15de eeuw op het achtererf van een claustraal huis van St Marie, ter plaatse van Mariaplaats 13, ontstane kleinschalige bebouwing. De drie oudste kameren werden in het derde kwart van de 20ste eeuw gesloopt.
| |
| |
| |
Mariastraat 35
Een middeleeuws diep huis, bestaande uit twee bouwlagen, een kelder en een zadeldak. Aan de achterzijde grenst het huis aan de overkluisde immuniteitssloot of ‘Zijl van St Marie’. Van de verdieping tot de zolder loopt een spiltrap met ingesneden leuning.
| |
Mariastraat 41
Een 16de-eeuws diep huis, bestaande uit drie bouwlagen, een kelder en een zadeldak. Na een brand in 1932 is het huis boven de begane grond ingrijpend vernieuwd. Tot een verbouwing in 1982 had het huis een opkamer. Boven de begane grond ligt een in de 18de eeuw tot enkelvoudige omgebouwde oorspronkelijk samengestelde balklaag met peerkraalsleutelstukken. Het huis grenst aan de achterzijde aan de overkluisde immuniteitssloot van St Marie.
| |
Mariastraat 4
Een middeleeuws diep huis met achterhuis gelegen op de hoek van een achterom. Beide delen bestaan uit twee bouwlagen met een zadeldak. Het voorhuis is onderkelderd. De kapconstructie heeft eiken spanten met middeleeuwse telmerken.
| |
Mariastraat 10
Een 15de-eeuws diep huis, sinds de late 19de eeuw bestaande uit drie bouwlagen, een kelder en een mansardedak. Het is gegroeid uit een dwars huis met twee bouwlagen. Boven begane grond en verdieping liggen samengestelde balklagen met peerkraalsleutelstukken. In 1473 werd het genoemd als onderdeel van het complex behorend bij het huis Zoudenbalch aan de Donkerstraat.
| |
Mariastraat 12
Een met een verdieping verhoogd, van oorsprong uit twee bouwlagen bestaand dwars huis dat in de 15de eeuw als deel van het poortcomplex van het huis Zoudenbalch, Mariastraat 28, werd gebouwd.
| |
Mariastraat 28
Een 15de-eeuws poortgebouw behorend bij het huis Zoudenbalch aan de Donkerstraat. Oorspronkelijk had het drie bouwlagen, sinds de 17de eeuw bestaat het uit vier bouwlagen en een zadeldak tussen twee topgevels en twee schijnweergangen. Boven de begane grond bevinden zich gewelven, boven de verdiepingen enkelvoudige balklagen. Oorspronkelijk vormde het poorthuis één geheel met de twee destijds éénlaags buurhuizen aan weerszijden. Het is in 1959 gerestaureerd.
| |
Mariastraat 30
Een middeleeuws dwars huis met achterhuis, bestaande uit twee bouwlagen, kelders, een opkamer in het achterhuis en een zadeldak. Het achterhuis heeft een plat dak. Het huis vormde oorspronkelijk onderdeel van het poortcomplex van het huis Zoudenbalch.
| |
Massegast
De Massegast is gelegen midden in de oudste handelsnederzetting van Utrecht, de wijk Stathe. Aan de oostzijde van de steeg lag de bebouwing waarin de Oudermannen van de gilden waren gevestigd, waarnaast de zetel van de stedelijke Raad, het Schoonhuis, was gelegen. Na de verhuizing naar de Stadhuisbrug in 1537 werd het Schoonhuis verbouwd tot markthal. De steeg kreeg een opknapbeurt. Tegenwoordig is in de steeg niets van de oorspronkelijke situatie herkenbaar.
| |
Minrebroederstraat
In 1246 werd in het immuniteitsgebied van het kapittel van St Jan het klooster van de franciscaanse bedelorde, het Minderbroederklooster, gesticht. Ten zuiden van de kloosterkerk lag de smalle Minderbroedersteeg. In 1582 werden de kerk en de Palmitentempel van het Jeruzalemsbroederschap gesloopt, zodat de straat kon worden verbreed. Ook de rooilijn voor Minrebroederstraat 1 en 3 werd verlegd. De huizen aan de zuidzijde zijn overwegend van het dwarse, aan de noordzijde van het diepe type.
| |
| |
| |
Minrebroederstraat 1
Een eenvoudig 17de-eeuws dwars huis, bestaande uit twee bouwlagen, een kelder en een zadeldak. Het huis is gebouwd tegen de zijgevel van een huis aan de Korte Minrebroederstraat. Boven de kelder, de begane grond en de verdieping liggen samengestelde balklagen met sleutelstukken.
| |
Minrebroederstraat 5
Een 18de-eeuws tweebeukig dwars huis, bestaande uit twee bouwlagen, kelders en een zadeldak op het voorhuis en een afgeplat dak op het achterhuis. Het huis is gebouwd op de middeleeuwse kelders van twee huizen.
| |
Minrebroederstraat 7
Een 17de-eeuws dwars huis met drie bouwlagen, een kelder en een zadeldak. Boven zowel de eerste als de tweede verdieping liggen samengestelde balklagen met op de eerste verdieping nog één sleutelstuk. Van de begane grond tot de tweede verdieping loopt een 17de-eeuwse spiltrap.
| |
Minrebroederstraat 11
Een in de 17de eeuw door samenvoeging van twee middeleeuwse huizen ontstaan dwars huis van twee bouwlagen en kelders. In 1898 is de zolder uitgebouwd tot tweede verdieping. Rechts achter staat een onderkelderd 18de-eeuws achterhuis. Eén van de middeleeuwse kelders heeft troggewelven op gordelbogen. Op een aantal plaatsen is de mogelijk nog middeleeuwse samengestelde balklaag zichtbaar.
| |
Minrebroederstraat 15
Een 18de-eeuws diep huis, bestaande uit drie bouwlagen, een kelder en een omgaand zadeldak. Links achter staan 19de-eeuwse aanbouwen. Het interieur bevat vele 18de-eeuwse details. De grenen spanten met twee toppen worden in het midden ondersteund door stijlen met korbelen.
| |
Minrebroederstraat 25
Een 14de-eeuws dwars huis met een later middeleeuws diep achterhuis, bestaande uit twee bouwlagen, kelders en zadeldaken. De achtergevel van het achterhuis is een tuitgevel met verhoogde schouders. Boven een deel van de begane grond van het voorhuis ligt nog de samengestelde balklaag met de sleutelstukken behorend bij een
stijlenconstructie in samenhang met een overkragende houten voorgevel. Het achterhuis heeft enkelvoudige 18de-eeuwse balklagen.
| |
Minrebroederstraat 2
Een in 1975 na de sloop in 1968 geheel herbouwd diep huis van rond 1582, bestaande uit twee bouwlagen, een kelder en een zadeldak. Het werd gebouwd ter plaatse van de voormalige Minderbroederkerk.
| |
*Minrebroederstraat 6
Een 18de-eeuws diep huis met een door een gang met het voorhuis verbonden losstaand dwars achterhuis. Het voorhuis bestaat uit twee bouwlagen, een kelder, een straatkelder en een zadeldak. Boven begane grond en verdiepingen liggen enkelvoudige balklagen. Van de begane grond tot aan de zolder leidt een spiltrap. Het
| |
| |
achterhuis telt drie bouwlagen en een zadeldak. Boven zowel de begane grond als de verdiepingen ligt een enkelvoudige balklaag. Op de begane grond bevindt zich een bedstedewand waarin ook de trap begint. Het huis is gebouwd ter plaatse van de voormalige kloosterkerk van het Minderbroederklooster.
| |
Minrebroederstraat 18
Een in aanleg 17de-eeuws, doch in de 18de-eeuw ingrijpend verbouwd dwars tweebeukig huis, bestaande uit twee bouwlagen, een kelder aan de achterzijde en twee zadeldaken. De balken van de 17de-eeuwse enkelvoudige balklagen hebben op de begane grond in de voorste beuk en op de verdieping in de achterste beuk een duivejager-profiel. Rond 1900 is het huis naar links vergroot. De voorgevel van deze uitbreiding is een copie van de 18de-eeuwse gevel.
| |
Minrebroederstraat 28
Een 17de-eeuws diep huis met een 18de-eeuwse gevel, bestaande uit twee bouwlagen, een kelder en een zadeldak. In de topgevel aan de achterzijde, identiek aan die van het buurhuis nr 30, bevindt zich in de top een 17de-eeuws kruiskozijn.
| |
Minrebroederstraat 30
Een in opzet aan nr 28 gelijk 17de-eeuws diep huis, bestaande uit twee bouwlagen, een kelder en een zadeldak. In het voorste deel van de kelder ligt een enkelvoudige balklaag met zware balken en één 16de-eeuws sleutelstuk, dat van elders afkomstig zal zijn.
| |
Molenstraat
De Molenstraat liep aan de noordzijde langs het Wittevrouwenklooster. Het is de enige van de verschillende Molenstraten en -stegen die zijn naam heeft behouden. Deze straten lagen in de buurt van de molens die op de stadswal gebouwd waren. De oude bebouwing is merendeels van het éénlaags dwarse type.
| |
Molenstraat 13
Een rond 1600 als éénlaags dwars huis gebouwd pand, sinds het midden van de 19de eeuw bestaande uit twee bouwlagen met een zadeldak. Onder het 16de-eeuwse deel ligt een kelder met twee troggewelven op een gordelboog. Waarschijnlijk behoorde
het huis oorspronkelijk tot een reeks dwarse huizen.
| |
Moutstraat
De Moutstraat is voor een deel aangelegd op in 1860 door het r.k. Parochiaal Armbestuur aangekocht terrein en deels ter plaatse van de voormalige Brouwerij De Boog. De bouw van de huizen, waarbij van nummer 6 slechts de voorgevel resteert, behoorde tot hetzelfde project als de bebouwing in de Boogstraat. De straat behoort tot het complex ‘Zeven Steegjes’.
| |
*Moutstraat 3-6
Zie Boogstraat 1-9 oneven.
| |
Muntstraat
Aan de oostzijde van deze straat grensde het terrein van het Cellebroederklooster. Nadat het complex in 1582 in handen van de Stad kwam werden in 1586 delen gesloopt. De erven langs de straat werden verkocht en bebouwd. Langs de westzijde lag het perceel van een huis aan de Kromme Nieuwegracht, waarin tot 1648 de Provinciale Munt was gevestigd. Na het vertrek hiervan werd de straat verbreed en het perceel verkaveld. De huizen hebben veelal een dwarse opzet.
| |
Muntstraat 5
Twee achter één in de 18de eeuw verbouwde gevel samengevatte 17de-eeuwse dwarse huizen, bestaande uit twee bouwlagen, kelders en zadeldaken. Links staat een diep achterhuis.
| |
Muntstraat 7
Een rond 1648 gebouwd dwars huis met een diep achterhuis, bestaande uit twee bouwlagen, een zadeldak en kelders. De samengestelde balklaag boven de verdieping ligt haaks op die boven de begane grond. Het
| |
| |
achterhuis heeft eveneens samengestelde balklagen. Op de plafonds bleek bij recente verbouwing de 17de-eeuwse kleurafwerking met afwijkende biezen nog vrijwel compleet aanwezig. Het huis heeft aan de Nobeldwarsstraat een poorthuisje. Sinds 1856 is het samengevoegd met nr 9.
| |
Muntstraat 9
Een rond 1648 gebouwd en in 1856 met nr 7 samengevoegd dwars huis met een even breed diep achterhuis, bestaande uit twee bouwlagen, kelders en zadeldaken. Boven begane grond en verdieping liggen gewijzigde samengestelde balklagen.
| |
*Muntstraat 4
Een midden 17de-eeuws diep huis met dragende binnenmuur, bestaande uit twee bouwlagen, kelders en een zadeldak. Boven begane grond
en verdieping liggen samengestelde balklagen. In de kleine achterkamer staat een Lodewijk xv-schoorsteenpartij met oorspronkelijke geschilderde afwerking. Het huis wordt toegeschreven Ghijsbert Thonisz. van Vianen en Peter Jansz. van Cooten.
| |
Muntstraat 6
Een 17de-eeuws dwars tweebeukig huis met één zadeldak haaks op de voorgevel. Het bestaat uit twee bouwlagen en kelders. Boven begane grond en verdieping liggen samengestelde balklagen. |
|