Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Refreinenbundel (1940)

Informatie terzijde

Titelpagina van Refreinenbundel
Afbeelding van RefreinenbundelToon afbeelding van titelpagina van Refreinenbundel

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.08 MB)

Scans (7.35 MB)

XML (0.94 MB)

tekstbestand






Editeur

C. Kruyskamp



Genre

poëzie

Subgenre

refreinen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Refreinenbundel

(1940)–Jan van Doesborch–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

[CLIII]

En smorgens vondic dat al ghelogen was

Refreyn

 
ONlancx droomden mi so sotste dromen
 
Ia men hadder padden met mogen stoffieren. Ga naar eindvs. 2
 
Mi docht dat ic paus gemaect was van romen
 
En mijn wijf cardinael om duechts vercieren,
5[regelnummer]
Mijn kinderen eertsbisscopen door mijn bestieren
 
Dus en mocht niemant tegen ons voortstel clappen.
 
Doe gingen wi raet houwen onder ons vieren
 
Ga naar margenoot+ Hoe dat wi veel tonnen gouts mochten snappen.
[pagina 271]
[p. 271]
 
Ic weet raet sprac dwijf doe, gaet, laet brieuen lappen
10[regelnummer]
An alle kercdoren ende sterck doen gebien
 
So wie dat gebonden is, al dragen si cappen,
 
Nonnen, baghijnen oft mishoude lien, Ga naar eindvs. 12
 
Dat si bi ons comen; wi sullense mits dien
 
Elcken ontbinden, twelck noyt geplogen was.
15[regelnummer]
En smorgens vondic dat al ghelogen was.
 
 
 
Ic consenteerdet als paus ende ooc mijn kindren
 
Dat eertsbisscopen waren dies mi therte loech.
 
De cardinael mijn wijf en wouts niet verminderen
 
Want si screef de bullen diemen al omme droech.
20[regelnummer]
Tvolc dat wetende bracht mi gelt genoech,
 
Twas al ontbint mi desen bant verwaten; Ga naar eindvs. 21
 
Deen vercocht sijn soch dander peert en ploech
 
En brachten mi tgelt thuys met grote vaten.
 
Tvolck liep te Romen achter straten
25[regelnummer]
So dick als mieren doen met groten hopen,
 
Triep al tsa, tsa, neemt veertich ducaten
 
Ende wilt mi desen bandt ontknopen
 
Op dat ick weder mach ongebonden lopen.
 
Ga naar margenoot+ Mi docht dat ic sprac die daer wtgetogen was,
30[regelnummer]
Ende smorgens vondic dat al ghelogen was.
 
 
 
Dair quam so veel volcx docht mi tontbindene
 
Dat geen van ons allen mocht hebben gemack.
 
Om datmens noit meer en plach te vindene
 
So wout al ontbonden sijn wie yet gebrack;
35[regelnummer]
Deen wijf riep: ontbint mi van desen droncken sac,
 
Dander: och mi van desen tuysschere verlost; Ga naar eindvs. 36
 
Ende die een wijf ha die qualick sprack
[pagina 272]
[p. 272]
 
Riep: here ontbint mi, eer tgelt vermost.
 
Mer aerdige vroukens vol weelden gedost Ga naar eindvs. 39
40[regelnummer]
Die met ouden rochleers waren bedwongen,
 
Spraken: al ist dattet hondert cronen cost
 
Ontbint ons ende geeft elcken eenen iongen.
 
Wast cruepel of blint, tquam al bi gesprongen
 
Om tontbinden tsijne wat oyt bedrogen was.
45[regelnummer]
Ende smorgens vondic dat al ghelogen was.
 
 
 
Prince
 
Ick ontbrandt al dat ghelt gaf,
 
Dies sinte Peeter gestoort wten hemel clam
 
Want hi een ander paus met hem brochte
 
Die mi doen alle mijnen protel nam. Ga naar eindvs. 49
50[regelnummer]
Dit siende was ick op hem so gram
 
Ga naar margenoot+ Dat icken metten vuysten op sijn snotgat liep,
 
En met dien dat mijn vuyst ghewrongen quam
 
Sloech ick mijn wijf so die bi mi sliep
 
Dat si bi na al haer ghebueren riep
55[regelnummer]
Van groter veruaertheit, dat icker af ontspranc.
 
Dwijf creet en maecte so groten gepijp Ga naar eindvs. 56
 
Ia dat icker bey mijn handen om wranck,
 
Vloeckende den droom van fortunen cranck,
 
Want hoe ic met wanen snachs doorulogen was
60[regelnummer]
Ende smorgens vondic dat al ghelogen was.
[tekstkritische noot]Opschr. En, S.: Mer.
1. so, S.: dat.
2. stoff., S.: scoff.
3. dat ontbr. bij S.; van: te
6. voortstel, S.: worstel.
eindvs. 2
padden ... stoffieren: lees wsch. met S. scoffieren en vgl. voor den zin ABN. LXXXV, e, 5/6: ‘Zij ziet zoe vriendelijck ... Men zouder padden me mueghen vergheven’.
margenoot+
[f. 213 r°]
[tekstkritische noot]9. doe gaet ontbr. bij S.
10. An, S.: op.
11. dat ontbr. bij S.
12. Voor Nonnen bij S.: synt; oft ontbr.
13. sullense, S.: sellen.
18. de, S.: Die.
19. id.
29. mi docht, S.: docht my; ic: elc; al: wt.
Tusschen 30 en 31 bij S. een heele strophe die hier ontbreekt.
33. datmens, S.: datment.
eindvs. 12
mishoude: ongelukkig getrouwde.
eindvs. 21
verwaten: vervloekt.
margenoot+
[f. 213 v°]
eindvs. 36
tuysschere: dobbelaar, speler; vgl. S. XXXIX, 64; CLXV, 26. - vermost: beschimmeld.
[tekstkritische noot]38. here, S.: heer heer; mi eer, S.: ons doer dit.
43. bi, S.: aen.
44. tont binden, S.: ontbonden.
46. Prince, S.: Princesse; na gaf: soe my dochte.
47. gestoort ontbr. bij S.
51. icken metten v., S.: mit mynder vuijst.
55. dat icker af, S.: ick doe.
59. met, S.: van.
eindvs. 39
gedost: gekleed.
eindvs. 49
protel: duiten.
margenoot+
[f. 214 r°]
eindvs. 56
gepijp: misbaar.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken