XLV.
Myn Heere.
Den uwen met die bygevoegde stucken vanden 4. deses syn by ons den 5. daeraen wel ontfanghen, dient desen daerop voor antwoort, dat den gewesen president Radelant van hier vertoghen is sonder eyt, soe aen die Ho. Mo. heeren staten generael als aen syn Excell. te versoeken, als uwer E. breder vuyt den mondt van D. Thaurino verstaen sult hebben, die alles gecommuniceert is, ende aengenomen heeft uwer E. delachtich te maecken. Den gewesen procureur generael is noch hier, dan hebben van hem (voor als noch) van ymant eyts vernomen; Lambert Canter ende die soen van Hendrick van Helsdingen syn oock hier, wy meynen ende syn oock van sommighe onderricht, dat sy willen versoeken moderatie van haer vaders sententien. Wy sullen sulcx met alle moogelycke middelen beletten ende wederstaen, want soe dat geschieden, daer soude mede die autoriteyt publicq gecrenckt ende die gebannen met haere complicen gecouraseert woorden, by soe verre sy het versoeken aen syn Excell., hebben wy ordre gestelt, door den clerck van Melander daeraff terstondt veradverteert te sullen syn. Wat belanck het communiceren met den heer Oldenbarnevelt, het eerste concept vande acte, ons toegesonden, sal uwer E. mondelyck naeder bericht woorden door eenyghe vanden onsen, die eerstdaghe tot Utrecht sullen coemen ende uwer E. het voorschreven concept weder brengen; om te becomen enyghe pennynghen van ons verschoten servitien, hebben wy voor aencomen van uwer E. missive met den heer Oldenbarnevelt al gesproken, die ons antwoorden, die saecke favorabel te sullen weesen, ende den commis vande finantie by hem te ontbieden, om van hem te verstaen, hoe het met die bursse al stondt, 't welck al geschiet soude syn geweest, ten waere dat den commis Volbergen, overmits syn crenckte, nu eenyghe daghen syn huys gehouden heeft ende als noch houdt, sullen hetselve niet t'min met neersticheyt vervolgen ende onse heeren (hebbende resolutie) adverteren. Hiermede, myn heere, nae ons gans vrundelycke groetenisse, bidden Godt
Almachtich, uwer E. ende ons t'samen te houden in syn goddelycke protectie, den 8. Spt. 1611.
Uwer E. gans geaffectionerde vrinden,
Johan de Goyer. Justus van Rysenburch. Peter Fransz.
Opschr.: Aen myn heer Ledenberch, secretaris van die heeren staten van Utrecht, tot Utrecht.
Auteursrechtvrij