basisgegevens
gestandaardiseerde naam kamer:
De Wyngaertsranke
spelwijze in bron(nen):
De wyngaertsranke [1508]
varianten:
zinspreuk:
In godts name [1508]
gebruikte code:
KAPP
patroonheilige:
De zoeten naam Jezus [1508]
vroegste bronvermelding:
1508
gedoopt:
geografisch-politieke situering van de kamer
plaats:
Kapelle
(stad/dorp/vrijheid):
district:
gewest:
Zeeland
korte geschiedenis
Het rederijkersgilde van Kapelle werd in 1508 opgericht door Hendrik van Bruellis, Jan Corneliszoon Brouwer en de Kapelse schoolmeester Hubrecht Jansz. vander Gois. De kamer zou in 1555 door die van Reimerswaal zijn gedoopt. In 1563 voerde het gilde een klucht op over Priapus broek. Geruchten over het spel deden de ronde en toen ze de deken van Reimerswaal bereikten hoorde hij dat de Kapelse rederijkers een schandelijk stuk hadden opgevoerd over de broek van Sint-Fransiscus. Hij diende daarop een klacht in bij de Grote Raad te Mechelen, die de zaak doorverwees naar het Hof van Holland. De vertoning bleek na onderzoek wel onwelgevoeglijk, maar niet schandelijk genoeg voor een vervolging. Rond 1560 werd door De wyngaertsranke een feest georganiseerd. (Zie Dibbets 182). De kamer kreeg in 1595 een nieuw reglement. Ze speelde in 1667 voor het Kapelse handbooggilde en liet in 1686 een zilveren beker vervaardigen.
Nog in 1766 komt in de overloper van Kapelle voor, een stuk grond van 'Retorica gilden alhier'
documenten
reglementen:
Privileges in afschrift: 1508 (1804) en 1595 (1792). In bezit kamer.
ledenlijsten:
rekeningen:
inventarissen:
processtukken:
In verband met de geruchten over een schandelijk stuk in 1563: zie inlichtingen verzameld door het Hof van Holland bij Kleijntjes, 52-101.
Schrijven van het Hof 10 januari 1565 stilo curiae, bij Bijlo, bijlage 4, p.211-212. Origineel in: NA, Hof van Holland, 381, f.251/2-251/4. Niet teruggevonden.
rekwesten:
rentetitels:
correspondentie:
literaire productie:
historische nota's:
andere nota's:
Zilveren beker 1686 en gildeketens. In bezit kamer te Hansweert.
Overloper Kapelle 1766.
verantwoording
broncitaten:
literatuur:
Meertens 1943.
Van der Woude 1977.
Dekker 1979.
Wils 1930.
Kleijntjes 1940/1, 57-58.
Dibbets 1989.
Van Dixhoorn 2001.
naar bibliografie