19.
‘Wat staat erin?’ vroeg David.
‘Hans van Lelyveld is minder gaga dan de uitgever denkt,’ antwoordde Van der Wiel. Ze zaten aan een tafeltje in een koffiehuis aan de overkant van uitgeverij De Wereld.
‘De secretaresse van Bergwerf was zo vriendelijk een kopie te maken van de brief. Hier, lees zelf maar.’
Saskia schoof dichter naar David toe en las mee.
‘Nu weten we alles,’ zei ze even later.
‘Bijna alles,’ antwoordde Van der Wiel.
‘Waarom heeft hij niet de echte namen gebruikt?’ vroeg David.
‘Dat doen schrijvers bijna nooit,’ zei Van der Wiel. ‘Maar je kunt gemakkelijk achterhalen wie met wie bedoeld wordt.’
‘Zo moeilijk is het niet,’ zei Saskia. Er zijn vier studiegenoten die rechten studeren. Dat moeten Marijke, Marc, Paul en Hendrik zijn. De student economie is natuurlijk Hans van Lelyveld. Ze wonen met zijn vijven in hetzelfde studentenhuis. Tijdens een feest gebeurt er iets tussen de enige vrouw, Marijke dus, en die econoom. Marijke raakt in verwachting van Hans van Lelyveld. Maar ze trouwt met Marc, jouw vader dus. Zeg ik het zo goed?’
‘Zo lees ik het ook,’ zei Van der Wiel.
‘De vier studiegenoten nemen wraak op Hans van Lelyveld,’ vervolgde Saskia. ‘Maar waarom?’
‘Dat staat er niet,’ zei Van der Wiel.
‘Hij heeft haar tegen haar wil verleid,’ suggereerde David.
‘Dat is een mogelijkheid.’ Van der Wiel las de samenvatting nog een keer door. ‘Die wraakactie is doortrapt. Zo lees je het alleen maar in thrillers. Ze hebben hem echt in de val laten lopen.’
‘Van Lelyveld heeft dus een kapitaal binnengesleept,’ concludeerde Saskia.