Verzamelde geschriften
(1950)–Alphons Diepenbrock– Auteursrecht onbekend
[pagina 175]
| |
1897 [De Symphonie Pathétique van Tschaikowsky]De heer v. Br. vergunne mij aan zijn schrijven nog een paar opmerkingen vast te knoopen. Het doet mij genoegen dat hij mij het werk uit de handen genomen heeft, want de symphonie van Tschaikowsky op het laatste door Nikisch gegevene concert is mij evenzeer als hem een ergernis geweest. Laat het maar eens gezegd zijn dat deze Tschaikowsky-symphonie een smakeloos maakwerk is. Als vele dirigenten dit werk een eereplaats toekennen op hunne concerten, dan bewijst dit niets anders dan dat oordeel en smaak bij hen door het zinledige begrip ‘modern’ zijn verbijsterd, en dat zij als kinderen alles wat glinstert voor goud aanzien. Wie dit niet bij een eerste auditie onmiddellijk voelt, dien is dit met woorden niet duidelijk te maken. De heer v. Br. wil onderstellen dat de partituur finesses en schoonheden bevat die men niet hoort, maar die de dirigenten verblinden. Maar een partituur kan toch nooit alleen haar waarde ontleenen aan hetgeen enkel voor het oog bestaat. Deze ‘symphonie’ mist de twee hoofdelementen van een kunstwerk, stijl en idee. Want de ideeën zijn banaal, gering en te klein in verhouding der middelen, waardoor dus reeds van stijl geen sprake kan zijn; bovendien voelt men als zij geëindigd is volstrekt niet, waarom dat nog niet zoo een tijd zou doorgaan, of niet reeds vroeger geëindigd zou zijn. Eindelijk het mengsel van verlepte coquetterie en Siberische barbaarschheid.Ga naar voetnoot1 Maar waartoe zooiets te zeggen? Moet het publiek niet zelf van Tschaikowsky, Grieg en al die schijnkunst langzaam gedégouteerd worden? Dat Nikisch iemand is die als een virtuoos het orkest bespeelt, is voldoende gebleken; dat hij ook een superieur dirigent is bewees hij voor mij althans door de uitvoering van het Voorspel der Meistersinger; dat hij een superieur kunstenaar is heeft hij niet bewezen, daar hij een groote artistieke impiëteit heeft begaan, door een klein meesterwerk als de Freischütz-ouverture te laten volgen door een groot maakwerk. |
|