Een liedje voor een cent(1969)–Miep Diekmann– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 20] [p. 20] Kasjeweel Een kasjeweel zat op Het Plein en riep: ‘Hier wil ik altijd zijn! Ik denk, dat 'k hier een hut ga bouwen en dan voorgoed vakantie houden.’ Hij nam een schop en groef een put en dat was dat. ‘Dit is mijn hut!’ ‘Dat dacht je maar!’ riep een agent die Pleindienst had op dat moment. ‘Een kasjeweel is ons te min die komt ons land niet zomaar in!’ Daarop greep hij hem in zijn lurven: ‘Als jij het hier nog eens durft durven!’ En zo moest Kasjeweel wel terug over Het Plein, over de brug tot aan het land van Kasjeweel. Maar om dat land gaf hij niet veel. Want ieder was daar Kasjeweel en ieder werkte veel te veel en niemand had er ooit eens tijd. Een saaie boel, dat is een feit. Dus Kasjeweel bleef op de grens. ‘'k Ga er niet in! Ik vind: een mens mag ook wel leven voor zijn pret, altijd dat braaf-zijn is toch pet? Hier blijf ik zitten op een paal!’ [pagina 21] [p. 21] De mensen riepen: ‘Een schandaal! Hier op de grens kan hij fijn niksen! En wij?’ Zij konden dat niet fiksen. Vorige Volgende