CCXXVIII
Het heele, en kostbare, geheim om goede kunst te maken, is, - de aanwezigheid der dispositie aan-genomen - dat men het heele kleine en eenvoudige gaat schrijven, waarvan men zéker is het te weten en zich niet laat verleiden om iets grootsch en buitengewoons op te schrijven.
Indien gij alleen wéét dat uw inktkoker daar staat en dat gij een genot-rijk perendrupsje op de tong hebt, schrijf dan niet dat God u is verschenen of dat het Heelal een reaal-dialektiek is.
Ja, al meent gij nog zoo zeker te weten, dat God U is verschenen, - schrijf toch liever van den inktkoker en het perendrupsje. Want dán zult gij de proef op de som eerst verkrijgen. Indien namelijk hij U werkelijk is verschenen, zullen de inktkoker en het perendrupsje goddelijk worden onder uw handen.
Dit is de weêrgaloze belooning voor de nederigen van Hart en de armen van Geest.