Verzamelde werken. Deel 3. Proza-gedichten
(1920)–Lodewijk van Deyssel– Auteursrecht onbekend
[pagina 107]
| |
met hun kleuren, klanken en bewegingen, en zonder ooit éen oogenblik te haperen, zóó dat mij ontwijfelbaar moest blijken, dat ik in den hemel ben, dat is die plaats, waar alles even heerlijk is, waarvan ik lang geleden dikwijls heb gehoord. |
|