Verzamelde werken. Deel 3. Proza-gedichten
(1920)–Lodewijk van Deyssel– Auteursrecht onbekend
[pagina 11]
| |
Zult gij dit na uw lichaamsdood ook kennen? Als ik spreek van het mij bewust worden op deze wijze, spreek ik van de tijdelijke-orde uit, noem ik het verschijnsel naar zijn wezen in de tijdelijke-orde. Na den lichaamsdood, waar dus de tijdelijke-orde niet bestaat, kan hiervan geen sprake zijn. |
|