Het leven van Frank Rozelaar
(1982)–Lodewijk van Deyssel– Auteursrechtelijk beschermdaant.Saturdag, 6 November 1897, ochtendAls zij zoo'n beetje te druk of stout zijn, aarzel ik heel lang met tusschenbeide te komen, want dat gelijkt op een zware menschenhand, die slaat in een nest bewegelijke en geluidjes- makende vogeltjes. * Ga naar margenoot+Bij het denken en stellen eener gedachte stuit ik dikwijls af | |
[pagina 76]
| |
op de wijsgeerige wiskunde of op de muziek-wijsbegeerte, waarin alleen zij geheel geformuleerd kan worden. * Ik vraag mij meermalen bezorgd af of ik wel zóo ben, dat ik verdien daar bij te zijn, daar - o duizelende gedachte - zóo innig meê samen te zijn. Zoû ik werkelijk véel hebben geleden? * Kan iemant, wiens leven éen, volstrekte, Richting heeft, wel een Dramaschrijver zijn, het Drama begrepen op de wijze der Shakespearianen? Indien gij òf in eene kategorie van het Ziende-Weten leeft, waarin elke verbeeldings-voorstelling, die wellust opwekt of aan wellust-opwekkende verwant is, uw gang tot het Doel vertraagt; òf in eene van het Onziend-Weten, waarin Wellust- gedachten zonder wijding ook het Verkeerde is; - hoe zoudt gij dan een bordeel-tooneel mogen schrijven, waarbij uw gedachte het grootste gevaar loopt met welbehagen bij het Verkeerde te verwijlen? Wat is, hoogst geformuleerd, het onderscheid tusschen een Dramaschrijver, een Heilige en een Wijze? De Drama-Daad is een daad van twijfel. Het is tegen-over- elkaâr stellen van levens-wijzen om dat men geen zekerheid heeft verkregen. |