Krabbeltjes van Oom Chap(1930)–Ch.M. van Deventer– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 12] [p. 12] Smousje. Colly, heb je ooit zoo'n hondje Als dat smousje daar gezien? Weet je, voor een enkel klontje Zwemt hij een minuut of tien. Laatst nog, toen we samen liepen, Kwamen we aan een grooten plas; 'k Kon den bodem niet bediepen, Denk, hoe diep die vijver was. En ik zeg toen tot het guitje: ‘Smousje, als je daar in springt, Krijg je een klontje en een beschuitje, Zóó waar als die golf daar blinkt.’ En wat doet die kattenhater? O, het is zoo'n bij de hand! Zóó maar sprong hij in het water, Zóó maar was hij weer op 't land. Vorige Volgende