Museum, Add. 18.162 en 20.034 en Wenen, Österreichische Nationalbibliothek, 13.655.
Verder bevat dit handschrift drie korte heiligenlevens, nl. Sinte seruaes des heilighen bisscops ende confessoers leuen (fol. 177roa-178rob), ook voorkomend in hs. Leiden, Bibliotheek der Rijksuniversiteit, Letterk. 271; Van sinte trypon martelaer (fol. 187rob-180rob) en Van sinte victoer martelaer (fol. 180voa-181vob) en een vertaling van de geschriften van Sulpicius Severus over de H. Martinus van Tours, nl. de Vita sancti Martini (fol. 181vob-197vob), de Epistolae (fol. 197vob-202vob) en de Dialogi (fol. 205vob-245roa), eveneens voorkomend in de hss. Deventer, Athenaeumbibliotheek, 10 W 6; Haarlem, Stadsbibliotheek, 187 D 5 en Wolfenbüttel, Herzog August Bibliothek, 14. 21 Aug. 4o (Cat. 3059). Ten slotte bevat het handschrift nog drie korte teksten over de H. Martinus (fol. 202vob-205vob).
Het handschrift is in 1474 geschreven en heeft aan het klooster Sint-Maria Magdalena in Bethanië te Amsterdam toebehoord. De kopiiste, die ook hs. Haarlem, Bisschoppelijk Museum, S.J. 92 heeft geschreven, was waarschijnlijk een non van het voornoemde klooster. Later behoorde het toe aan de Amsterdamse numismaat en historieschrijver Andries Schoemaker (1660-1734). Van hem werd het vóór 1729 gekocht door de Amsterdamse geschiedschrijver en bibliograaf Isaäc le Long (1683-1762), wiens rijke bibliotheek in 1744 te Amsterdam is geveild. In 1858 werd het door Chr. Henny (1789-1868) te Velp aan de Openbare Bibliotheek, sedert 1956 Gelderse Bibliotheek, te Arnhem eerst in bruikleen gegeven en daarna geschonken.
I. le Long, Historische beschryvinge van de reformatie der stadt Amsterdam, Amsterdam, 1729, p. 305; Cat.-I. le Long, Amsterdam, 1744, p. 18, nr. 43; [P. Nijhoff], Catalogus van de Openbare Bibliotheek te Arnhem, Arnhem, 1858, p. 243; Catalogus van de Openbare Bibliotheek te Arnhem, Arnhem, 1883, p. 346; B.J.M. de Bondt, Het Maria Magdalenaklooster, Bijdragen voor de Geschiedenis van het bisdom Haarlem, 22 (1897), p. 245-261; C.G.N. de Vooys, Middelnederlandse legenden en exempelen. Bijdrage tot de kennis van de prozalitteratuur en het volksgeloof der middeleeuwen, Groningen-Den Haag, 1926, p. 14, voetnoot 4; J.A. Jolles, De Openbare Bibliotheek te Arnhem, Bijdragen en Mededelingen der Vereniging ‘Gelre’, 41 (1938), p. 99 en 132; I.H. van Eeghem, Vrouwenkloosters en begijnhof in Amsterdam van de 14e tot het eind der 16e eeuw, Amsterdam, 1941, p. 236; J. Deschamps, Die mittelniederländischen Übersetzungen der Dialoge Gregors des Grossen, Neuphilologische Mitteilungen, 53 (1952), p. 467; J. Deschamps, De herkomst van het Leidse handschrift van de Sint-Servatiuslegende van Hendrik van Veldeke, Handelingen der Zuidnederlandse Maatschappij voor Taal-