Parnassos.’ Zóó en niet anders moest de bundel heeten... Glimlach als 't u blieft niet; weet, dat deze titel de vrucht was van diepzinnige overpeinzingen, van minutieus wikken en wegen. En weet ook, dat Wittewrongel nu nog altijd bereid is om een tweegevecht aan te gaan met den barbaar, die zijn titel belachelijk zou vinden.
Ten andere, wie de meesterlijke inleiding las, die Ray Wittewrongel voor den dichtbundel van Zwartekens schreef, zal zeker niet spotten, want hij zal overtuigd zijn, dat ‘Sens-unique op den Parnassos’ waarachtig de gepaste titel is. Klaar en duidelijk openbaart Wittewrongel de diepe beteekenis er van:
‘Die titel is de synthese, niet alleen van dezen bundel, maar van gansch de jonge Vlaamsche dichtkunst. Gelijk er maar één weg leidt naar de zaligheid, zoo is er voor den modernen mensch maar één weg, die leidt naar de pure poëzie: deze getrokken door het machtig vers van de jonge dichters, van wie Remi Zwartekens de exponent is.’ - Komaan, waar is de held, die hierop iets aan te merken heeft?