Het nieuw Maas Sluysche hoekertje
(1755)–C.L. Denik– Auteursrechtvrij
[pagina 60]
| |
Stem: Onlangs geleden. Ofte, De Engelsche Fortuyn.Maas-sluysche Menschen
Lieden allegaar,
Ik moet u wenschen,
Hier een Nieuwe-Iaar,
Dat gy, Dat gy,
In voorspoed leven meugt,
En dat elk zy,
In zijn beroep verheugt.
2 ’t Zy Polityke,
Heeren van Maas-Sluys.
Of Kerkelyke,
Dienaars van Gods-Huys,
Ik wensch, Ik wensch,
Haar veel geluk eenpaar,
Een yder Mensch,
Een zalig Nieuwe-Iaar.
3 Ik wensch de Heeren
Burgemeesters al,
Die hier regeeren,
In ’t Maas-Sluysche-dal.
Dat zy met lust,
Regeeren voor en naar,
Met vreed’ en rust,
In ’t zalig Nieuwe-Iaar.
4 De Schepens t’zame
Gy die d’Regten wijst,
‘k Wensch dat gy t’zame,
Tot den Hemel rijst:
Dat rust en vree,
By u mag blinken klaar,
Ik wensch u mee,
Een zalig Nieuwe-Iaar.
5 De zeer Lof-weerde,
Heeren over my,
De Gecommitteerde,
Van de Visschers,
‘k Wensch u voorspoed,
En vreedzaamheyd te gaar,
Dat u ontmoet,
Een zalig Nieuwe-Iaar.
6 Gy Burgers alle,
‘k Wensch dat Godt den Heer,
Op u laat valle,
Zegen meer en meer!
Dat yder Mensch,
Zijn Neering en Affaar???,
Doet na zijn wensch,
In ’t zalig Nieuwe-Iaar,
7 Visschers gewezen,
En zeer wijd vermaard,
Wiens Lot moet wezen,
Ook van mijn verklaard:
Godt geeft dat gy,
Meugt vaaren allegaar,
Behouden vry,
In ’t zalig Nieuwe-Iaar.
8 Oorlof voor ’t leste,
Het word scheydens-tijd,
Houd ’t my ten besten,
Ga ik hier niet wijd:
Wie gy zijn meugt,
Dit is mijn wensch eenpaar,
Word nieuw in deugd,
In ’t zalig Nieuwe-Iaar.
’t Hangt aan Gods Zegen. |
|