1954 Reisbeurzen van het ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen
Jaarlijks werden er reisbeurzen en reistoelagen uitgeloofd door het ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen. In 1954 kon men meedingen ‘door het inzenden van tussen 1 Juli 1952 en 1 Juli 1954 verschenen letterkundig werk’ (Mededelingen van het Departement van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen september 1954 p. 787). De jury voor de proza-inzendingen bestond uit C. Rijnsdorp (voorzitter), Hella S. Haasse en Ben Stroman. Hermans stuurde Paranoia in, dat in november 1953 verschenen was. Hermans wist wat Stroman van deze verhalenbundel dacht. In het Algemeen Handelsblad van 6 maart 1954 was Stroman lovend over Het behouden huis en het verhaal Paranoia, maar de andere verhalen vond hij bedenksels. Stroman was veel meer te spreken over De grote zaal van Jacoba van Velde (‘een boek van Europees peil’, Algemeen Handelsblad 8 mei 1954) dan over Paranoia.
De jury-uitslag stond in O.K.W. mededelingen van 19 februari 1955 (p. 107): de reisbeurs van ƒ2000 ging naar Jacoba van Velde voor De grote zaal, Tonny van der Horst kreeg een reistoelage van ƒ750 voor De levend begraven maagd. Haar verhaal is niet afzonderlijk verschenen. Omdat nu iedereen natuurlijk alsnog het verhaal wil gaan lezen dat indertijd onder andere Het behouden huis naar de kroon stak, geef ik hierbij de vindplaats: Klaverblad van vier (1952, p. 55-86). Een van de andere verhalen is van Ben Stroman.