Algemeen letterkundig lexicon

groeiboek

Algemeen: een non-fictie boek dat volwassen lezers kan ondersteunen en gidsen bij de opeenvolgende stappen gedurende een belangrijke nieuwe fase in hun leven (bijv. zwangerschap, ouderschap, huwelijk, een nieuwe baan). Het gaat daarbij vaak om een invulboek, waarin de lezers bijzondere momenten of mijlpalen kunnen neerschrijven, op vragen antwoorden, opdrachten uitvoeren, foto’s plakken, enz. Voorbeeld: Mijn groeiboek als kinderbegeleider, aangeboden als ‘een boek dat kinderbegeleiders kunnen invullen om na te denken over hoe ze zich voelen, hoe ze hun job doen en hoe ze nog kunnen bijleren’.

In een didactische context: een fictioneel kinderboek (kinderliteratuur) dat verhalen vertelt over dezelfde personages binnen dezelfde fictionele wereld op een taalniveau dat mee evolueert met de leesvaardigheid van de lezers. Daarbij kan ook de inhoud van het boek op het cognitieve en emotionele vlak ‘meegroeien’ met de zich ontwikkelende lezers. Dergelijke boeken onderscheiden zich van gewone niveauboeken, die elk apart op een enkel niveau van leesvaardigheid gesitueerd zijn. Voorbeeld: M. de Bel & A. van Heugten, Het grote Boeboeksgroeiboek (2017), een behoorlijk lang boek (196 blz.) dat acht verhalen bevat die meegroeien met het leesniveau van de kindlezers (twee verhalen per AVI-niveau, gaande van AVI start tot AVI M4).

gril

groeirijm