Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdduvelrijeEtym: Middelnederlands < duvelerie = duivelskunsten, tovenarij. Scènes in het laatmiddeleeuwse toneel, bijvoorbeeld in het mirakelspel, waarin duivels een rol spelen om de mens tot het kwaad te verleiden. Men spreekt daarom ook wel van duivelspel. Doorgaans gaat het om sterk komische taferelen waarin deze duiveltjes een mislukte poging doen om zieltjes voor hun baas Lucifer te winnen en daarbij boertige en scabreuze taal uitslaan. Deze duivelscènes hebben vaak tevens de functie om verplaatsingen van de toneellocatie te begeleiden en de ontwikkelingen op het toneel te verlevendigen, bijvoorbeeld omdat ze een publieksfunctie hebben. Ze zijn in die zin vergelijkbaar met de zinnekens. Duvelrijen of duivelspelen komen onder meer voor in de Spiegel der minnen (ca. 1470) van Colijn van Rijssele en in Vanden heilighen sacramente vander Nyeuwervaert (1500) van Jan Smeken.
Duivels zoals die optraden in de zgn. duivelspelen. [bron: R.L. Erenstein (red.), Een theatergeschiedenis der Nederlanden (1996), p. 65].
Lit: H. Pleij, ‘Spectaculaire duivelscènes domineren de opvoering van het mirakelspel Vanden heilighen sacramente vander Nyeuwervaert in Breda’ in R.L. Erenstein (red.), Een theatergeschiedenis der Nederlanden (1996), p. 64-69 B.A.M. Ramakers, Spelen en figuren (1996), p. 413-414.
|
|