Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdbeeldgedicht-2Term voor die poëzie die geïnspireerd is op een werk uit de beeldende kunst. Het beeldgedicht kent verschillende vormen. Zo is er het portretgedicht, dat een tekening, schilderij of gravure vergezelt, en waarin, meestal in de vorm van een epigram, de voorgestelde persoon als voorwerp van lofprijzing centraal staat. Vondel was hierin zeer productief. Ook het emblema kan als vorm van het beeldgedicht gezien worden. Naast het eigenlijke beeldgedicht onderscheidt men ook cumulatieve beeldgedichten, die (een deel van) een oeuvre als onderwerp hebben, en fictieve beeldgedichten, die een niet bestaand kunstwerk evoceren. Het genre kende een grote bloei in de 16de en 17de eeuw, en een opleving in 20ste eeuw. Een voorbeeld van een 20ste-eeuws beeldgedicht is H. Claus’ ‘Visio Tondali’ uit Een geverfde ruiter (1961). Tom van Deel verzamelde een aantal beeldgedichten in Ik heb het Rood van ’t Joodse Bruidje lief (1988). Duits equivalent: Bildgedicht. Lit: G. Kranz, Das Bildgedicht. Theorie-Lexikon-Bibliographie (1981) U. Weisstein, ‘Das Bildgedicht: geschichtliche und poetologische Betrachtungen’ in Id. (red.), Literatur und Bildende Kunst (1992), p. 152-157 A. Zuiderent, ‘Beeld, abstractie en poëtische boventonen: over beeldgedichten en muziekgedichten’ in Voortgang (1995), p. 249-262 H. Brems, ‘"Binnen of buiten. Of het iets uitmaakt": over enkele beeldgedichten van Willem van Toorn’ in M. van Vaeck e.a. (red.), De steen van Alciato (2003), p. 129-144.
|
|