22
Kent gij het slot, welks hoge poorten
Samenvatting
Een herderinnetje, met valse beloften verleid door een ridder en vervolgens door hem om een ander in de steek gelaten, springt in de diepe slotgracht van het kasteel waarin de ridder vertoeft. Op het geluid daarvan ijlt de ridder, toch al door wroeging gekweld, naar buiten en springt haar na. In elkaars armen vinden beiden de dood.