H. Kolt, Estlands danser
Bij de kennismaking met de Estlandse danser Heigo Kolt, die donderdagavond een dansavond gaf in de kleine zaal van het Concertgebouw, bemerkt men aanstonds te maken te hebben met een kunstenaar uit het Russische randgebied.
Wij vinden bij hem, evenals bij vele andere Russische kunstenaars, die typische menging van gedisciplineerde stijl en overbruisende levenslust, die deze stijl tracht teniet te doen, maar daar nochtans niet in slaagt. Het Russische karakter van dit kunstenaarschap vindt men het sterkst uitgesproken in de dans ‘Le Paysan et la Mort’, die op zichzelf reeds voldoende zou zijn om hem te stempelen tot een van de belangrijkste dansers die de laatste tijd in Nederland zijn opgetreden.
Het is geen wonder, dat hij als danser uit de Russische periferie ook sterk westerse invloeden heeft ondergaan. Wij worden een enkele maal getroffen door een enigszins intellectualistische symboliek, die niet van een zekere schraalheid is vrij te pleiten, maar evenzeer worden wij herhaaldelijk op diep ontroerende wijze geraakt door een verstilde bezinning, die haar schoonste uitdrukking vond in de ‘Danse Esthonienne’, voor mijn gevoel het hoogtepunt van de avond.
Het meest bewonder ik de prachtige hem geheel eigene ontwikkeling der armbewegingen, uit een fel staccato via een bezielde andante naar een zinvolle stilte. Deze volmaakte beweging der armen komt te meer tot haar recht, omdat deze danser ook in andere opzichten een bewonderenswaardige techniek bezit, opgebouwd uit de meest uiteenlopende elementen uit het ballet en de moderne dans.
De zaal, volkomen ten onrechte maar matig bezet, gaf van een groot enthousiasme blijk.