‘Don Arturo,’ praatte Ireguí, ‘je hebt een goede keus gedaan. Wie zou dat hebben gedacht? Ik praat nog niet eens over de geestelijke verheffing van het volk, waaraan zij haar krachten wil wijden. Dat is natuurlijk wel mooi, maar het zal wel op niets uitlopen; het volk vraagt om geestelijke verlaging en niet om verheffing. Maar ik geloof toch dat zij gelijk heeft met haar verhalen over het leven na de dood. Wij moeten onze opdracht vervullen. Zou het verkopen van schoenen en het nalopen van bronzen Apollo's ook een opdracht zijn?’
‘Wie weet,’ antwoordde Valdés.
‘Je denkt daar misschien min over, maar er moet toch van alles zijn in dit leven. De geestelijke verheffing moet er zijn, maar ook de geestelijke verlaging.’
‘Het is mogelijk, maar daarom wordt nog niet ieder bij de groep van de zaligen, de beatificati, ingelijfd.’
‘Wij lopen toch geen kans onder de groep van de weigerachtige zelfmoordenaars te worden ondergebracht? Por el amor de dios, Arturo!’
‘Men moet niet over het leven na de dood denken. Dat is gevaarlijk!’
‘Adjutorium nostrum in nomine dei.’
De volgende dag werd het tweetal uit de droom gewekt, enigszins hardhandig, dat Carlota genezen zou zijn. De ontvangst was al dadelijk geheel verschillend van de dag tevoren. Zij richtte het woord uitsluitend tot Arturo, dat zij een enkele maal onderbrak om Ireguí scherp aan te kijken, alsof zij zijn identiteit niet kon vaststellen. Zij vertelde aan Arturo, dat zij niet van Curaçao kon weggaan zolang zij niet zeker was van de dood van Oscar. Zij meende dat Oscar wel eens zijn zaak aan een dubbelganger kon hebben overgedaan om zelf spoorloos te kunnen verdwijnen uit een leven, waarin hij geestelijk dreigde te verstikken. Zij vroeg wat Arturo daarvan dacht, maar zonder op het antwoord te wachten deelde zij mee dat dat zeer goed mogelijk was. Tenslotte had iedereen een dubbelganger, men moest maar eens denken aan Hugo Steensma en Ferdinand Bournouille. Dubbelgangers leken soms alleen lichamelijk op elkaar, maar het gebeurde ook wel eens dat zij geestelijke gelijkenis vertoonden. Wie weet was dat bij Oscar en diens dubbelganger het geval geweest. Wie weet had de dubbelganger dus toe-